Rotary Contact 01 2013

Happy 2013 !

Val d’aoste : randonnées sous

le regard des géants des alpes

toolbox: managementsteun

Voor Vzw’s

3 4 7 – 0 1 / 2 0 1 3 w w w . r o t a r y . b e l u x . o r g

IlC belgIë/luxemburg-rusland zIet leVenslICht

re aCH wItHIN to eMbr aCe HuMaNIt y

OOk Op

aussi sur

iPad

© Frank peters

INVITATIONRemise de charte

Rc Verviers en Ardenne Bleue ‘New Generation’

PROGRAMME16h30 Cérémonie à l’Hôtel de Ville de Verviers18h30 Accueil et cérémonie protocolaire à l’Eau

Rouge à Francorchamps19h30 Apéritif20h30 Ouverture des échoppes dînatoires ‘Tour du

Monde’ par le traiteur Luc Collignon22h00 Concert animé par THX2U (‘Thanks to you’)

InsCRIPTIOn ET InFO (itinéraire, P.A.F., etc.) www.rotaryardennebleue.com/remisedecharte

InFOs COMPLéMEnTAIREs0497 19 41 18 ou [email protected]

23.02.2013

j a n v i e r 2 0 1 3 | r o t a r y c o n t a c t 3

INhOud sOmmAIre

rota ry INte r N atIoN a l

4 RI president’s message 5 Hoofdartikel • éditorial 6 Flash Info 8 Ziggy Marley of de innerlijke revolutie 9 Ziggy Marley ou la révolution intérieure 10 Zürich: zenuwcentrum van RI in Europa en ver daarbuiten 11 Zurich, plus qu’un simple relais du RI 12 Veelgestelde vragen over het Future Vision Plan 13 Plan Vision pour l’Avenir : des questions, des réponses

M a g a Z I N e 14 Vlaams YEP-programma zoekt nieuw elan 15 Un Peace Fellow au parcours remarquable 16 ToolBox: een zuurstofkuur voor vzw’s 18 ToolBox : une bouffée d’oxygène pour les asbl 20 new Year’s special ! 24 Agenda 27 Focus 28 Zelfmoordlijn redt levens en spaart euro’s 29 Coast Greeters: een persoonlijk welkom aan de kust 32 Val d’Aoste : randonnées sous le regard des géants des Alpes 36 Museum Kazerne Dossin: van discriminatie tot genocide 38 Optimisme et confiance, deux denrées immatérielles capitales 40 ILC België/Luxemburg-Rusland ziet levenslicht in Berlijn 41 naissance à Berlin d’un CIP Belgique/Luxembourg-Russie 42 sue en Gerard: een romantisch Rotaryverhaal 43 De boekenplank • Au rayon livres C l u b s

44 en volgende 48 et suivantes

NL Na bijna twaalf jaar voorbereiding gingen vorige maand de deuren open van het nieuwe mu-seum kazerne Dossin in Mechelen. initiatiefnemer patrick Dewael bestem-pelde een bezoek aan dit museum over Holocaust en mensenrechten alvast als ‘een burgerplicht’. Ook voor de hedendaagse jeugd… 36

01/2013

VAL d’AOsTe : rANdONNées sOus Le regArd des géANTs des ALpes

TOOLbOx: eeN zuursTOfkuur VOOr Vzw’s

ILC beLgIë/Luxemburg-rusLANd zIeT LeVeNsLIChT IN berLIjN

403216

© Christophe Ketels

4 r o t a r y c o n t a c t | j a n u a r i 2 0 1 3

r I P r e s I D e N t ’ s M e s s a g e

Chères AmIes, Chers AmIs,

sakuji Tanaka RI-voorzitter – Président du RI

NL Zoals alle Japanse zakenlui draag ik

bijna elke dag een maat-pak. Op de kraag draag ik steeds met trots het Rotaryspeldje. Overal waar ik kom, merken de mensen dit op en weten dan wie ik ben. Voor Ro-tariërs betekent het dat ik een vriend ben. Maar ik zou willen dat ook niet-Rotariërs beter be-grijpen waar dit speldje voor staat.

Daarom vraag ik om steeds uw Rotary speldje te dragen en waar no-dig uit te leggen wat dit symboliseert. Ik ben er-van overtuigd dat het dragen van dit speldje iets in u verandert. U gaat twee keer naden-ken voor u iets zegt of doet.U wordt er ook de hele tijd aan herinnerd dat u Rotariër bent – en dat we er zijn om anderen te helpen.

We moeten met z’n al-len over Rotary durven praten. Als iemand u vraagt waarom u zo’n wieltje op uw borst heeft gespeld, moet u dit be-knopt en helder kunnen uitleggen. Wat is Ro-tary? Wat doet Rotary? Op zo’n vragen moeten we een antwoord klaar hebben.

We mogen niet enkel op zoek gaan naar nieuwe leden om Rotary groter

te maken. We moeten hun daarentegen tonen wat voor een uitzonder-lijke organisatie Rotary is en hoe het lidmaat-schap van een Rotary-club een extra dimen-sie kan geven aan hun leven.

Wanneer we iemand voorstellen Rotariër te worden, helpen we hem of haar die extra dimen-sie te vinden. Ik denk dat ieder van ons zijn peter dankbaar is. De dag waarop ik lid werd van Rc Yashio, sloeg ik een nieuwe richting in met mijn leven. Ik kreeg een hechter contact met anderen en haalde meer voldoening uit mijn be-staan. Dankzij Rotary ben ik een gelukkiger mens geworden!

Die ongelofelijke erva-ring wil ik met anderen delen, en dat kan vol-gens mij het best door nieuwe leden te werven. Het is dan ook van be-lang dat het grote pu-bliek Rotary en haar verwezenlijkingen leert kennen. Daarom moe-ten we iedere dag aan ons imago werken – en dat begint met zoiets simpels als het dragen van ons Rotaryspeldje.

fr Comme tous les hommes d’affaires

japonais, je porte un costume chaque jour ou presque. À son revers, j’épingle avec fierté mon insigne rotarien. Partout où je me rends, les gens remarquent cet insigne et savent dès lors qui je suis. Les Rotariens comprennent que je suis un des leurs, le s non-Rota r iens voient l’épinglette éga-lement. Mais je veux être certain que toutes ces personnes en con-naissent aussi la signi-fication.

Voilà pourquoi je vous demande de porter votre insigne et d’expli-quer ce qu’il signifie. Je crois profondément que le simple fait de l’avoir au revers de sa veste peut changer la per-sonne qui le porte. Il la fait réfléchir avant de parler et d’agir. Il lui rappelle qu’il/elle est Rotarien(ne) et que sa mission est d’aider les autres.

Nous devons tous être prêts à parler du Ro-tary. Lorsque quelqu’un vous demande à quoi se rapporte votre épin-

glette, vous devez être en mesure de le lui ex-pliquer. Qu’est-ce que le Rotary ? Que fait-il ? Nous devons tous être parés à répondre à ces questions simples.

Nous ne pouvons pas demander à des mem-bres potentiels de re-joindre le Rotary uni-quement dans un souci de croissance de notre effectif. Nous devons leur montrer que le Ro-tary est une organisa-tion remarquable et que leur vie prendra une autre dimension après avoir rejoint un club.

Lorsque nous propo-sons à quelqu’un de devenir Rotarien, nous le faisons aussi dans le but de l’aider. Cha-cun d’entre nous est, je pense, reconnaissant envers son parrain. Le jour où je suis devenu membre du Rc Yashio, ma vie a pris un tour dif férent : rapports plus profonds avec les

autres, impression de satisfaction accrue, sentiment de paix et du devoir accompli… Grâce au Rotary, j’ai une existence bien plus heureuse et plus pro-ductive qu’auparavant.

Je veux faire partager à d’autres cette expé-rience magnifique, et pour moi, recruter de nouveaux membres en est le meilleur moyen. Mais pour ce faire, il est essentiel de sensi-biliser le public au Ro-tary et à ses réalisa-tions. Comment ? En renforçant notre image publique et, bien sûr, en portant chaque jour notre insigne de Rota-rien !

Meer nieuws van en over sakuji Tanaka vindt u op www.rotary.org/president

besTe VrIeNdeN eN VrIeNdINNeN

Actualité de sakuji Tanaka sur www.rotary.org/fr/president


H o o f D a r t I k e l É D I t o r I a l

bOeIeNde perspeCTIeVeN

VOOr 2013

des perspeCTIVes prOmeTTeuses

pOur 2013

VEraNTWOOrDELiJkE uiTGEVEr ÉDiTEur rEspONsaBLE

Paul Gelders Bovelingenstraat 230, 3870 Heers

sECrETariaaT – sECrÉTariaT Lut Van Ransbeeck

rAAd VAN besTuurCONseIL d’AdmINIsTrATION

VOOrZiTTEr – prÉsiDENT Alain Van de Poel PDG 2170ViCE-VOOrZiTTEr – ViCE-prÉsiDENT

Paul Gelders PDG 1630

ErEVOOrZiTTErs prÉsiDENTs HONOrairEs

† Emiel Sanders PDG 2170 Johan Verhaeghe PDG 1620 Jules De Vleminck PDG 2170

Paul Coppens PDG 1620

LEDEN rvB – MEMBrEs C.a. Patrick Backx DG 2170

Frederik Baggen PDG 1630Werner Braemscheute DGE 1620

Paul Coppens PDG 1620 Johan De Leeuw PDG 1620

Norbert Friob DGE 1630 Gui Milants PDG 2170

Dirk Schockaert DG 1620Philippe Slap DGE 2170

Jacques Vermeire DG 1630

rEDaCTiEraaD – COMiTÉ DE rÉDaCTiON Alain Van de Poel PDG 2170

Paul Gelders PDG 1630 Johan De Leeuw PDG 1620

Steven Vermeylen Denis Crepin

asbl vzw RBS D 1620 – D 1630 – D 2170 avenue de l’Exposition Universelle 68

Wereldtentoonstellingslaan 68Bruxelles 1083 Brussel – tel. 02 420 35 00 – fax 02 420 11 10 – e-mail: [email protected] – www.rotary.belux.org

LaY-OuT www.propaganda.be

Lid van de unie van de uitgevers van de periodieke pers. Overname verboden zonder voorafgaande

toestemming. Vanwege strikte eisen naar vorm en inhoud is een nalezing van iedere tekst noodzakelijk. De redactie behoudt zich het recht voor de nodige veranderingen aan te brengen.

Membre de l’Union des éditeurs de la presse périodique. Reproduction interdite sans autorisation préalable. Les exigences de forme et de contenu imposent une relecture de chaque texte reçu. La rédaction se réserve le droit d’y

apporter les modifications nécessaires.

Wie een tekst en foto(‘s) doorstuurt naar de redactie van Rotary Contact, gaat akkoord met de publicatie ervan in

ons tijdschrift en op onze website.

Toute personne envoyant texte et photo(s) à la rédaction de Rotary Contact en accepte la publication dans la revue

ainsi que sur notre site internet.

Happy 2013 !

VAL D’AOSTE : RANDONNÉES SOUS

LE REGARD DES GÉANTS DES ALPES

TOOLBOX: MANAGEMENTSTEUN

VOOR VZW’S

3 4 7 – 0 1 / 2 0 1 3 W W W . R O T A R Y . B E L U X . O R G

ILC BELGIË/LUXEMBURG-RUSLAND ZIET LEVENSLICHT

RE ACH WITHIN TO EMBR ACE HUMANIT Y

OOK OP

AUSSI SUR

iPad

© Frank Peters

NL Aan het begin van dit nieuwe jaar bieden wij u en uw familie-

leden namens de redactie onze al-lerbeste wensen aan. We hopen dat 2013 u op persoonlijk, professioneel en Rotaryvlak veel voldoening mag brengen.

Zelf nemen we alvast een ‘vliegende start’. We brengen u deze maand een extra uitgebreid nummer, waarvan de digitale versie bovendien geopti-maliseerd is voor iPads en andere ta-blets (zie p. 7). We kunnen en willen immers de toenemende mogelijkhe-den van digitale communicatie niet aan ons voorbij laten gaan. De voor-bije maanden heeft een IT-werkgroep trouwens een aantal interessante toekomstperspectieven uitgewerkt, die de communicatie binnen Rotary

BeLux ongetwijfeld ten goede zul-len komen en nauw aansluiten bij de werkwijze van Rotary International. Wij houden u hierover de volgende maanden op de hoogte.

2013 belooft ook op andere gebieden een boeiend Rotaryjaar te worden. In juli wordt het Future Vision Plan algemeen ingevoerd (zie p. 12) en even voordien vindt de Rotarycon-ventie plaats in Lissabon. Een ‘boog-scheut’ ver, zeker als u weet dat de volgende conventies gepland zijn in Australië, Brazilië en Zuid-Korea! Heel wat Rotariërs uit onze distric-ten hebben hun reisvoorbereidingen al getroffen.

Wij nemen ons in elk geval voor om ook in 2013 elke maand een gevari-eerde Rotary Contact samen te stel-len. Zoals u weet, kunt u ons daarbij helpen. Heeft u suggesties of ideeën, aarzel dan niet om ons te contacte-ren! We kijken ernaar uit…

De redactie

fr En ce début d’année, nous adressons, à vous et à vos fa-

milles, tous nos meilleurs vœux. Nous espérons que 2013 vous appor-tera de nombreuses satisfactions sur les plans personnel, professionnel et rotarien.

De notre côté, nous avons déjà pris un départ ‘sur les chapeaux de roue’. Ainsi, ce mois-ci, nous vous propo-sons un numéro plus épais que de coutume, et dont la version numé-rique a été optimisée pour les iPads et autres tablettes (voir p. 7). Nous ne voulons pas passer à côté des nouvelles opportunités en matière de communication numérique… Ces derniers mois, un groupe de travail ‘IT’ a d’ailleurs identifié un certain nombre de perspectives d’avenir in-téressantes qui, tout en suivant de près la méthode de travail du RI,

vont très certainement améliorer la communication interne au Rotary BeLux. Nous vous tiendrons infor-més dans les mois qui viennent.

L’année 2013 pro met également d’être passionnante dans d’autres domaines rotariens. En juillet, le Plan Vision pour l’Avenir entrera en vigueur (voir p. 13) et, quelques jours auparavant, la convention du Rotary aura eu lieu à Lisbonne… à un jet de pierre de chez nous, sur-tout quand on sait que les conven-tions suivantes se dérouleront en Australie, au Brésil et en Corée du Sud ! De nombreux Rotariens de nos trois districts ont déjà entamé leurs préparatifs de voyage.

Quoi qu’il en soit, tout au long de 2013, nous nous efforcerons de vous proposer chaque mois un Rotary Contact varié et intéressant. Comme vous le savez, vous pouvez nous y aider. Si vous avez des idées ou des suggestions, n’hésitez pas à nous contacter ! Nous attendons avec impatience…

La rédaction


f l a s H I N f o

NL Deze foto werd een jaar geleden op de Zuidpool genomen. Albert Bosch bereikte de pool na een tocht

van 52 dagen, waarbij hij een slee met 130 kilo proviand en materiaal voorttrok. Albert is geen Rotariër, maar zijn overleden vader Josep was dat wel. Hij was lid van Rc Barcelona-Diagonal en in 1995-96 gouverneur van D 2210. De foto met het Rotarywiel is dan ook een eerbetuiging aan hem. Albert was met deze krachttoer overigens niet aan zijn proefstuk toe. Hij bedwong al de hoogste top van elk continent, waaronder in 2010 de Mount Everest. In 2014 staat een tocht naar de noordpool op het programma. En ook dan zal hij een Rotaryvlag bij zijn bagage steken…

fr Cette photo a été prise au pôle sud il y a tout juste un an. Albert Bosch y était arrivé sans encombre après un

périple à pied de 52 jours, durant lequel il avait tiré son traîneau de 130 kilos. Albert n’est pas Rotarien. s’il pose ici avec dans ses mains une reproduction de la roue rotarienne, c’est en hommage à son père Josep (aujourd’hui décédé), qui fut membre du Rc Barcelona-Diagonal et gouverneur du D 2210 en 1995-96. Par ailleurs, Albert a déjà atteint le plus haut sommet de chaque continent – le Mont Everest fut vaincu en mai 2010 – et son prochain projet est de rallier le pôle nord en 2014… avec dans ses bagages un drapeau du Rotary.

rotary on ICe


f l a s h i n f o

uNe ANNée CApITALeÀ l’aube de cette année nou-velle, celle du 108ème anniver-saire du Rotary, je souhaite présenter mes meilleurs vœux à tous les Rotariens. Notre Fondation s’apprête à vivre un changement capital avec, dans six mois, le lancement mon-dial du Plan Vision pour l’Ave-nir, notre nouveau modèle de subventions. Nous comptons sur vous pour que les change-ments qu’il implique au niveau du district soient un succès.Un des objectifs fondamentaux du Plan est de permettre aux Rotariens de déterminer eux-mêmes ce qu’ils peuvent ac-complir tant localement qu’à l’étranger, et ce bien plus effi-cacement que ne pourrait le faire la Fondation depuis le siège d’Evanston. Le nouveau modèle transfère aux respon-sables des districts un pouvoir de décision accru et la mission de bien gérer les ressources de la Fondation.Notre réussite dépend aussi du succès de la prochaine As-semblée internationale (forma-tion annuelle des gouverneurs

élus), qui se tiendra en fin de mois à San Diego et sera lar-gement consacrée au Plan Vi-sion pour l’Avenir. Les DGE en reviendront solidement formés et motivés, et c’est sur cette base solide que se construira une Fondation encore plus per-formante en 2013-14. – Wilf Wilkinson, président Fonda-tion Rotary

brAVO, dANIeLLe !Chaque mois, le magazine The Rotarian propose, dans sa rubrique ‘The talent around the table’, l’interview d’un(e) Rotarien(ne) ‘de base’ au par-cours exemplaire et/ou aux réalisations étonnantes. En ce mois de janvier, c’est une compatriote qui a l’honneur de figurer dans les colonnes de la revue : Danielle Baltus (Rc Lessines), actuellement membre du RI Youth Exchange Committee, revient notamment sur son année d’échange en 1963-64 au Texas (voir aussi RC 343, p. 11), et compare les conditions de vie actuelles des YEP avec celles d’alors.

de LA guerre à LA pAIxLa ville de Londonderry (Ir-lande du Nord), autrefois frap-pée par les émeutes et la vio-lence, est devenue aujourd’hui une destination touristique de choix. Pour célébrer le 15ème anniversaire de l’Accord du Vendredi Saint, point culmi-nant du processus de paix en-tamé dans les années 90, le Rc Londonderry organisera, du 24 au 26 mai, un forum inter-national sur le thème ‘Peace through building bridges’.

En septembre dernier, près de 1.000 participants s’étaient déjà inscrits à ce séminaire, où le président du RI Sakuji Tanaka figure parmi les ora-teurs invités.

Avant cela, le prochain forum du RI pour la paix se dérou-lera à Honolulu (Hawaï) du 25 au 27 janvier prochain. Il aura pour invitée d’honneur Aung San Suu Kyi, figure bien connue de l’opposition non vio-lente à la dictature militaire birmane et lauréate du prix Nobel de la paix en 1991.

NL Zoals steeds is dit nummer van Rotary

Contact ook in digitale versie beschikbaar. Deze maand is ons digitale tijd-schrift echter helemaal ge-optimaliseerd voor iPad en andere tablets. Daar-voor hebben we extra visu-ele content voorzien, waardoor u als lezer nog meer betrokken geraakt bij ons magazine. De link naar de kiosk waar u de digitale Rotary Contact kunt downloaden, vindt u op onze websitewww.rotary.belux.org.

rOTAry CONTACT Op IpAd

eeN CruCIAAL jAArBij het begin van dit nieuwe jaar, waarin Rotary 108 jaar zal bestaan, wil ik mijn beste wensen aanbieden aan alle Ro-tariërs. Onze Foundation staat voor grote veranderingen. Bin-nen zes maanden wordt ons nieuwe toelagemodel, het Fu-ture Vision Plan, immers alge-meen ingevoerd. Wij rekenen op u allen om hiervan een suc-ces te maken!Eén van de hoekstenen van het nieuwe model is dat de Ro-tariërs de kans krijgen om zélf te bepalen wat ze willen ver-wezenlijken, zowel lokaal als internationaal. Zij zijn daar-voor immers veel beter ge-plaatst dan de Foundation-medewerkers in Evanston. De districtsverantwoordelijken krijgen dus meer beslissings-macht en de daarmee samen-

hangende financiële verant-woordelijkheid.Ons welslagen hangt ook af van het succes van de vol-gende International Assem-bly (de opleidingssessie voor de verkozen gouverneurs). Die vindt eind deze maand plaats in San Diego en zal groten-deels gewijd zijn aan het Fu-ture Vision Plan. De kennis en motivatie die de DGE’s daar opdoen, zal een stevige basis vormen voor een nóg krachti-ger Foundation in 2013-14. – Wilf Wilkinson, voorzitter Ro-tary Foundation

eLekTrONIsCh sTemmeN: OOk bIj rOTAry!Als eerste club in onze distric-ten organiseerde Rc West-malle-Kempenland de voorbije

maand elektronische verkiezin-gen. ‘De aanleiding om over te stappen naar een verkiezing via internet was het feit dat de deelname vorig jaar aan de magere kant was. Nauwelijks 12 leden van de toen 37 na-men aan de tweede ronde van de verkiezingen deel. Als ver-kozen voorzitter voel je je dan niet erg gesteund’, zegt CICO Julien Noels. Clubvoorzitster Suzy Sluyts kwam met het idee op de proppen om de procedure te digitaliseren.

‘Ik probeerde zelf een toepas-sing te ontwikkelen, maar die voldeed op verscheidene pun-ten niet’, aldus Julien. ‘Daarom riep ik de hulp in van DGN Ludo Van Helleputte, die zich als enthousiast ontwikkelaar aan het werk zette. Er was heel wat overleg nodig om de pro-

f l a s H I N f o

rOTAry CONTACT sur IpAd

fr Ce numéro de Rotary Contact est, comme

de coutume, disponible également en version nu-mérique. Toutefois, ce mois-ci, la version numé-rique a été optimisée pour la lecture sur iPad et autres tablettes. Nous en avons profité également pour augmenter le contenu de la revue.Sur notre site webwww.rotary.belux.org, vous trouverez le lien qui vous permettra d’accéder au kiosque où vous pou-vez télécharger ce Rotary Contact 100% compatible avec l’iPad.

cedure in overeenstemming te brengen met onze statuten. Via Up2DateBook werd alles uit-eindelijk in een gebruiksvrien-delijke module gegoten. Met enkele klikken kon iedereen zijn voorkeur bekend maken voor het bestuur 2013-14 en de voorzitter 2014-15. Bij het sluiten van de verkiezingspe-riode was het resultaat meteen te bekijken in een overzichte-lijke taartgrafiek.’

NLfLAsh INfO

frfLAsh INfO


r o t a r y I N t e r N a t I o N a l

zIggy mArLey Of de INNerLIjke

reVOLuTIeAls zoon van de legendarische Bob Marley, icoon van

de reggae en de Rastafaribeweging, vond David ‘Ziggy’

Marley zijn eigen weg binnen de muziekwereld. Van zijn

vader erfde hij niet enkel zijn muzikaal talent, maar ook

zijn sociale bewogenheid.

NL Ziggy was pas twaalf toen zijn vader in 1981 stierf aan huidkanker.

Vandaag is hij zelf vader van zes kinde-ren. Muzikaal gaat het hem voor de wind: hij won al vijf Grammy Awards. Maar ook op humanitair vlak laat Ziggy zich niet onbetuigd. Zijn stichting URGE is vooral actief op Jamaica en in Ethiopië, waar ze onder meer scholen bouwt, ziekenhuizen beheert en noodopvang voorziet voor kin-deren. In 2008 schaarde hij zich ook ach-ter het initiatief Little Kids Rock. Hiermee krijgen kansarme kinderen in de Verenigde Staten gratis muziekinstru-menten en –lessen.

Zijn sociale engagement kreeg Ziggy gro-tendeels met de paplepel mee. ‘Mijn ouders stonden steeds klaar om anderen te hel-pen. Zelfs toen ze nog arm en onbekend waren’, zegt hij. ‘Mensen kwamen bij ons binnenlopen om wat suiker te vragen, of wat ijs. Nooit werden ze de deur gewezen. Dat heeft een diepe indruk op mij ge-maakt. Mijn vader is nooit vergeten waar hij vandaan kwam. Hij is de mensen uit zijn buurt steeds blijven bijstaan.’

Toen Rotary zijn steun vroeg voor de cam-pagne End Polio Now, hoefde Ziggy dan ook geen twee keer na te denken. Eerst was hij te zien op de ‘This Close’-posters, naast andere wereldsterren als Bill Gates, Desmond Tutu, Jackie Chan en Eddy Merckx. En zopas liet hij één van zijn lied-jes op de End Polio Now-cd van RI zetten (zie RC 346, p. 11). ‘Als ik mijn bekendheid kan gebruiken om anderen te helpen, zal ik dat zeker niet laten. Het spreekt voor zich dat ik de gemeenschap iets teruggeef voor alle kansen die ik heb gekregen.’ Het liedje dat hij afstond voor de cd is één

van zijn bekendste nummers: Personal Revolution. ‘In mijn jeugd stond “revo-lutie” voor radicale sociale verandering, voor manifestaties in de straten. Maar on-dertussen is gebleken dat we niet al onze problemen kunnen oplossen met een re-volutie. Daarom geloof ik meer in de term revolutie als innerlijke kracht, de motor tot positieve veranderingen.’Ziggy Marley groeide op in een omge-

ving zonder polio. Jamaica was, na de Verenigde Staten, één van de eerste lan-den dat zijn kinderen liet inenten. Hoewel het eiland pas sinds 1982 officieel polio-vrij is, beschouwde hij de ziekte steeds als ‘a thing of the past’.

Wel kwam hij zijdelings in contact met po-lio toen hij op zijn tiende de muzikanten van de groep Israel Vibration ontmoette, vrienden van zijn vader. Zij waren in de jaren ’50 besmet geraakt met het polio-virus, dat toen regelmatig toesloeg op Jamaica. Toch verdiepte hij zich pas die-per in de polioproblematiek toen hij zich bij het Rotaryinitiatief aansloot. ‘Toen be-sefte ik welke vérstrekkende gevolgen de ziekte kan hebben en waarom het zo be-langrijk is dat we ze uitbannen. Daar wil ik 100% voor gaan!’

Bron: The rotarian(Bewerking/vertaling: s.V.)

‘Mensen kwamen bij ons binnenlopen om wat suiker te vragen, of wat ijs. Nooit werden ze de deur gewezen.’

Het album ‘End Polio now’ is beschikbaar op iTunes, of op cd, in de online shop van RI: shop.rotary.org. Er staan ook bijdragen op van andere muzikale polio-ambassadeurs, zoals Itzhak Perlman, staff Benda Bilili en Donovan.

© paul Natkin

Ou LA réVOLuTION INTérIeure



L’album ‘End Polio now’ est disponible en téléchargement sur iTunes et, en version CD, dans la boutique en ligne du Rotary (shop.rotary.org). Outre Ziggy Marley, on y retrouve Itzhak Perlman, staff Benda Bilili, Donovan, et bien d’autres artistes.

Ou LA réVOLuTION INTérIeureFils du célébrissime Bob Marley,

icône vénérée du mouvement

rastafari et de la musique

reggae, David ‘Ziggy’ Marley

a réussi à se faire un prénom

dans le monde impitoyable du

show business. Il est vrai qu’il a

hérité des talents musicaux de

son paternel… mais aussi de sa

conscience sociale.

Lorsque son père est décédé d’un cancer de la peau en 1981, Ziggy avait à peine douze ans mais il était déjà actif sur le plan musical. Aujourd’hui papa à son tour de six enfants et détenteur de cinq Grammy Awards, il est également connu pour son engagement humanitaire et phi-lanthropique. Il a ainsi fondé URGE, une organisation active en Jamaïque et en Éthiopie principalement, dont les objectifs consistent à construire des écoles, à gé-rer des hôpitaux ou encore à apporter un soutien aux enfants en difficulté. Depuis 2008, il est aussi membre de Little Kids Rock, une association qui fournit gratui-tement des instruments de musique et des leçons à des enfants défavorisés aux États-Unis.

Cette volonté d’engagement, Ziggy la doit en grande partie à son père : ‘Lui et ma mère ont toujours eu à cœur d’aider les autres, même lorsqu’ils étaient en-core pauvres et inconnus’, explique-t-il. ‘Les gens entraient chez nous pour de-mander un peu de sucre, un morceau de glace… J’ai vu tout cela. Et cela a forgé ma conscience. Mon père n’a jamais oublié d’où il venait, il n’a jamais oublié les habi-tants de son quartier.’

Pas étonnant dès lors de retrouver Ziggy aux côtés du RI, avec d’autres personna-lités, en tant qu’ambassadeur de la lutte pour l’éradication de la polio : il a tout d’abord participé à la campagne publici-taire ‘This Close’ (avec notamment Bill Gates, Desmond Tutu, Jackie Chan et Eddy Merckx), mais il est également pré-sent sur la compilation musicale mise en vente par le RI au profit de End Polio Now

(voir RC 346, p. 10). ‘Si je peux jouer de ma notoriété pour aider les autres, je ne vais certainement pas m’en priver. C’est bien à mon tour de restituer à la commu-nauté une partie de tout ce qu’elle m’a apporté.’

Sur le CD, il a choisi de faire figurer une de ses chansons emblématiques, Personal Revolution. Un choix évident : ‘Lorsque j’étais enfant, le terme «révolution» fai-sait référence au changement social, aux manifestations dans la rue… Toutes les révolutions qui ont eu lieu n’ont pas per-mis pour autant de régler nos problèmes. Selon moi, la révolution doit naître à l’in-térieur de chacun d’entre nous, elle doit être le moteur de nos efforts en faveur du changement positif.’

Ziggy Marley a grandi dans un monde exempt de polio : la Jamaïque fut, après les États-Unis, l’un des premiers pays à vacciner ses enfants, si bien que le dernier cas à avoir été recensé sur l’île remonte à 1982. Pour lui et pour bien d’autres gosses vivant sur le sol jamaïcain, cette maladie était un peu comme une relique du passé…

Et pourtant, lorsqu’il avait dix ans, il a rencontré les musiciens du groupe Israel Vibration, des amis de son père. Tous avaient été frappés par la polio dans les années 50, lorsque les épidémies s’abat-taient régulièrement sur l’île. Mais c’est bien plus tard, au moment de rejoindre la campagne antipolio, que Ziggy s’est vrai-ment rendu compte de ce qu’est la mala-die, de sa nature invalidante qui contraint les personnes touchées à se déplacer en

chaise roulante ou à l’aide d’une canne. Une prise de conscience tardive mais effi-cace !...

source : The rotarian(Adaptation/traduction : D.C.)

© paul Natkin



zürICh: zeNuwCeNTrum VAN rI IN eurOpA eN Ver dAArbuITeN

Zoals elke Rotariër weet, staat de hoofdzetel van Rotary International

in Evanston, een voorstad van Chicago. Maar RI telt wereldwijd ook

zeven ‘regionale kantoren’, die de clubs en districten in hun gebied op

verschillende manieren bijstaan. Het Europese kantoor is gelegen in Zürich.

NL Het kantoor, dat naast de Europese ook de Afri-

kaanse districten onder zijn vleugels heeft, opende zijn deu-ren in 1925. Er werkten toen twee mensen, die de dertig clubs op het Europese vaste-land bedienden. Wie had toen kunnen denken dat het kantoor 88 jaar later een veertigtal werknemers zou tellen, die ten dienste staan van ongeveer 8.170 clubs, met samen meer dan 300.000 Rota riërs?

Rotary kende in Europa inder-daad een gestage groei, slechts onderbroken door de Tweede Wereldoorlog, toen de meeste clubs verplicht werden ontbon-den. Na de oorlog ging het kan-toor in Zürich weer open en na-men de Rotaryclubs de draad weer op.

Een ander sleutelmoment was de introductie van Rotary in

Centraal- en Oost-Europa, na de val van de Berlijnse Muur in 1989. In steden als Warschau en Boedapest, waar Rotary al voor de communistische machts-overname actief was, gingen de oude clubs opnieuw van start. In Rusland en de rest van de voormalige Sovjetunie maakte men voor het eerst kennis met onze organisatie. In Moskou werd er bijvoorbeeld al in 1990 een Rotaryclub opgericht.

Geografisch is de zone die het RI-kantoor in Zürich bestrijkt, dus aanzienlijk uitgebreid. Vandaag telt ze 121 districten in 114 landen en regio’s. Naast Europa (met uitzondering van RIBI, Rotary International in Great Britain and Ireland) en Afrika neemt het kantoor ook een deel van West-Azië en het Midden-Oosten onder zijn hoede. Het is dus niet te ver-wonderen dat het personeel in

Zürich 22 nationaliteiten telt en gebruikmaakt van zeven van de negen officiële RI-talen.

Het regionale RI-kantoor biedt, in het kader van de Rotary-doelstellingen, professioneel, efficiënt en cultureel aange-past advies aan de Rotariërs. Daarvoor beschikt het over vier departementen.

sTeuN AAN CLubs eN dIsTrICTeN (Cds)Dit departement verstrekt in-formatie over de hulpmiddelen en diensten die het RI-secre-tariaat aanbiedt. Bovendien staat het club- en districts-besturen bij door info te ver-strekken over administratieve RI-procedures, beslissingen van de Board enz. Het behan-delt ook toelatingsaanvragen van nieuwe clubs en aanvra-gen voor naams- en territori-umveranderingen.

Goed om weten: wijzigingen in het ledenbestand (nieuwe leden, ontslagen,…) moeten niet rechtstreeks gemeld wor-den aan het regionale kantoor. Wanneer de CICO deze gege-vens wijzigt in de gegevens-bank van Rotary BeLux, krijgt Zürich automatisch een kopie.

fOuNdATION Deze dienst verwerkt de di-verse vormen van erkenning voor giften aan de Founda-tion, zoals de PHF-onderschei-dingen. U krijgt er ook infor-matie over de humanitaire en educatieve programma’s van de Foundation, en over de ver-schillende fondsen.

fINANCIëNDe financiële dienst behan-delt de betalingen (bijdragen aan RI, giften aan de Founda-tion,…). Indien u vragen hebt over het saldo van uw club of over de halfjaarlijkse versla-gen (SAR), kunt u hier terecht. Deze dienst stort ook de toege-kende budgetten aan de gou-verneurs en de financiële steun aan de begunstigden van de Foundation-programma’s.

besTeLLINgeNDit departement beheert de bestellingen van officiële RI-uitgaven. Om een bestelling te plaatsen, volstaat het een e-mail te sturen naar [email protected], met vermelding van het referentienummer, het ge-wenste aantal en het leverings-adres. Bestellen kan ook via http://shop.rotary.org. Op deze website kunt u trouwens een aantal publicaties en infobro-chures gratis downloaden (klik onderaan op ‘RI Download Li-brary’).

Meer info: alle contactpersonen en –gegevens vindt u op p.10 van de Rotary BeLux Directory 2012-13.

Het Europees RI-secretariaat in 1930



Info : coordonnées et personnes de contact en p. 4 du Directory BeLux 2012-13

Le staff du bureau régional de Zurich (2011)

zurICh, pLus qu’uN sImpLe reLAIs du rI

Tous les Rotariens le savent : le siège mondial du

RI est situé à Evanston, près de Chicago. Mais il

existe également sept bureaux régionaux dans

le monde (en quelque sorte les succursales du

RI), chargés d’épauler les clubs et districts de

leur zone géographique respective. Voici une

présentation de ‘notre’ bureau, qui est basé à

Zurich, en Suisse.

fr Le Bureau Europe/Afrique ou EAO (Europe/Africa Office) a ouvert ses

portes en 1925, il employait alors deux personnes chargées de servir 30 clubs en Europe continentale. Qui aurait pu ima-giner que, quelque 85 ans plus tard, ce même office compterait une quarantaine d’employés au service d’environ 8.170 clubs, soit plus de 300.000 Rotariens ?

Depuis l’implantation du Rotary en Eu-rope, le nombre de clubs a en effet connu une croissance régulière, interrompue toutefois par la Seconde Guerre mondiale, qui a contraint la majorité d’entre eux à se dissoudre. Après la guerre, le bureau a rouvert et les clubs se sont reformés.

Autre jalon important : l’expansion en Eu-rope centrale et orientale après la chute du mur de Berlin, en 1989. La fin de la guerre froide a permis la résurgence d’an-ciens clubs, par exemple à Varsovie et à Budapest, ainsi que la création de nom-breux nouveaux clubs tels que le Rc Moscow en 1990, déclenchant l’essor du Rotary en Russie et dans les États nouvel-lement indépendants.La zone géographique couverte par EAO

s’est donc considérablement étendue. Au-jourd’hui, elle comprend 121 districts, soit 114 pays et régions : l’Europe dans sa globalité (excepté le RIBI, le Rotary In-ternational in Great Britain and Ireland), l’Afrique, mais aussi une partie de l’Asie occidentale et du Moyen-Orient. Pas éton-nant dès lors que le staff de Zurich com-prenne 22 nationalités différentes et manie sept des neuf langues utilisées par le RI.

La mission officielle d’un bureau régio-nal est d’apporter des réponses profes-sionnelles, efficaces et culturellement adaptées aux Rotariens afin de les aider à atteindre les objectifs du Rotary. Pour ce faire, il dispose de quatre départements.

sOuTIeN Aux CLubs eT dIsTrICTs (Cds)Ce département fournit des informations sur les outils et services offerts par le se-crétariat du RI. En outre, il soutient les dirigeants de club et de district dans l’ac-complissement de leur mission, notam-ment en les conseillant au sujet des pro-cédures administratives, des décisions du Board, etc. Il traite aussi les demandes d’admission de club et de changement de localité ou de nom.

Bon à savoir : il est inutile de signaler les modifications d’effectif (nouveau membre, démission…) au bureau régional. En effet, à chaque fois que le CICO d’un club en-code une telle modification dans la base de données du Rotary BeLux, une copie est automatiquement envoyée à Zurich.

serVICe fONdATIONIl s’occupe des témoignages de reconnais-sance pour les contributions à la Fonda-tion – entre autres les PHF – et vous in-forme sur les programmes éducatifs et humanitaires de la Fondation, ainsi que sur ses divers fonds.

serVICe fINANCIerIl traite les paiements (cotisations au RI, contributions à la Fondation, etc.) dans dix devises différentes. Il renseigne les clubs sur le solde de leur compte et sur les rapports semestriels (SAR) qu’ils doivent fournir. Il verse aussi les allocations bud-gétaires aux gouverneurs ainsi que les fonds aux récipiendaires des programmes de la Fondation.

serVICe des COmmANdesIl gère la vente des publications officielles du RI. Pour commander, il vous suffit d’envoyer un e-mail à [email protected] en indiquant le numéro de référence de la publication, la quantité désirée et une adresse d’expédition. À noter que vous pouvez également vous rendre dans la boutique en ligne du RI (http://shop.rotary.org) afin de télécharger gratuite-ment certaines de ces publications et de la documentation (cliquez sur ‘RI Download Library’ en bas de page).



VeeLgesTeLde VrAgeN OVer heT fuTure VIsION pLANBinnen minder dan een half jaar treedt de nieuwe toelagestructuur van de Rotary Foundation in

werking. In ons novembernummer publiceerden we hierover al een uitgebreid dossier. Op deze

pagina vindt u nog eens de essentie, gepresenteerd in vraag en antwoord.

Welke voordelen biedt dit model voor de clubs en districten? Het is veel eenvoudiger: in plaats van twaalf soorten toe-lagen, zijn er nog maar drie: wereld-, districts- en pakket-toelagen. Toch blijft er een ruime waaier aan acties mo-gelijk. De toelagen worden sneller betaald. Via de transparante online-procedures kennen de clubs en districten bovendien op elk moment de staat van hun dossier. De districten kunnen met 50% van hun Specifieke Districtsfondsen zelf toela-gen uitkeren. Zo krijgen zij meer financiële armslag en meer controle. De districtstoelagen kunnen gebruikt worden voor zowel lokale als internationale ac-ties, waaronder Vocational Training Teams (vergelijk-baar met de huidige GSE’s), studiebeurzen en alles wat verband houdt met de ac-tiedomeinen van de Rotary Foundation. De clubs en districten bepa-len zelf in welke mate zij bij-dragen tot de gesteunde pro-jecten. Ze beslissen ook zelf

over de verdeling van hun districtstoelage. De financieringstermijn van een studiebeurs die betaald wordt met een wereldtoelage wordt korter. Zo krijgen de clubs en districten meer tijd om hun aanvragen in te die-nen. Deze beurzen worden bovendien medegefinancierd uit het Wereldfonds, wat de kosten voor de peterclubs beperkt.

Waarom voert de Foundation deze aanpassingen door?Om haar middelen efficiënter in te zetten. In 2007 ging 20% van haar programmabudget naar uitgesproken duurzame projecten, met een grote im-pact op het terrein. 80% ging naar bescheidener korteter-mijnprojecten. Het Future Vision Plan wil dit omkeren.

Waarom legt men zoveel na-druk op duurzaamheid?Het geld dat de Foundation uitbetaalt, is eigenlijk een lan-getermijninvestering in de betrokken gemeenschappen. Daarom moeten we de lokale mensen er van meet af aan bij betrekken. Als de Rotariërs hun kennis overdragen, zou

het project op termijn zelf-standig moeten kunnen voort-bestaan.

Hoe kan mijn club of district de noodzakelijke certificatie krijgen?Om aanvragen in te dienen, moeten de clubs en districten inderdaad gecertifieerd zijn. Dat kan makkelijk online ge-beuren. De DG, de DGE en de Foundationverantwoordelijke moeten verklaren het protocol-akkoord voor districten te zul-len naleven. Wanneer dat ge-beurd is, kunnen de clubs een certificatie ontvangen. Zij moe-ten zich op hun beurt aanslui-ten bij een protocolakkoord, één van hun leden naar een oplei-dingssessie afvaardigen en be-antwoorden aan eventuele bijko-mende criteria van het district.

Hoe passen Rotary’s strate-gische partnerschappen in dit plaatje?De Rotary Foundation ging partnerschappen aan met en-kele internationale organi-saties die actief zijn op één of meer van haar strategische actiedomeinen. Deze partners leveren technische, financiële of promotionele steun. Rotary werkte met hen een aantal pro-jecten uit die in aanmerking komen voor een pakkettoelage.

Kunnen we met de nieuwe toelagen studiebeurzen financieren?Ja, dat kan via districtstoe-lagen en via wereldtoelagen. In het eerste geval kan het district vrij beslissen over de keuze van de bursaal en het studiedomein. In het tweede geval moet de studie in de lijn liggen van een strategisch ac-tiedomein.

Heeft men bij de voorberei-ding van het Future Vision

Plan rekening gehouden met de mening van de Rotariërs? Ja. De meeste krachtlijnen van het nieuwe model zijn uit-gewerkt op basis van aanbeve-lingen van het RI-bestuur én gewone Rotariërs. De Rotary Foundation heeft ook veel ge-had aan de input van de ‘pi-lootdistricten’, die het model sinds juli 2010 uittesten. Zij uitten in grote mate hun te-vredenheid over het Future Vision Plan.

Enkele voorbeelden: 85% van de ondervraagde personen stellen dat de crite-ria uit het protocolakkoord hebben geleid tot een beter financieel beheer. Over het algemeen zijn de districten tevreden over de overstap op een online-sys-teem. Dat vergemakkelijkt het werk. De pilootclubs en –districten lijken meer betrokkenheid te tonen bij de projecten die zij via de nieuwe toelagerege-ling financieren. Volgens de pilootdistricten nemen nu meer clubs deel aan internationale acties.

Wanneer is het Future Vision Plan geslaagd voor de Foundation?Dat hangt af van verschillende factoren: de deelname van de Rotariërs aan de programma’s, de hoogte van de giften aan de Foundation, de weerklank in de media… Om een meetbaar resultaat te krijgen, wordt er een evaluatieprocedure ingesteld voor de projecten. Zo krijg t de Foundation een beter zicht op hun duur-zaamheidsgraad en het aan-tal mensen dat baat vond bij de toelagen.

Bron: ri



pLAN VIsION pOur L’AVeNIr : des quesTIONs, des répONses

Dans moins de six mois, le nouveau modèle de

subventions de la Fondation Rotary entrera

en vigueur. L’occasion de vous donner encore

quelques précisions et éclaircissements via le

petit jeu des questions/réponses, tout en vous

rappelant que nous avons publié un dossier

spécial à ce sujet (Global Outlook de novembre

2012, Rotary Contact 345).

En quoi ce nouveau modèle sera-t-il bénéfique aux clubs et aux districts ? Il a l’avantage de la simplicité : on passe de douze à seulement trois types de subventions (‘mondiales’, ‘de district’ et ‘clé en main’), tout en maintenant une grande variété d’actions possibles. Les subventions seront payées plus rapidement et les pro-cédures en ligne, claires et transparentes, permettront aux clubs et aux districts de connaître à tout moment l’état d’avancement de leur dossier. Les districts auront accès à 50% de leur Fonds spéci-fique de district (FSD) pour alimenter leurs propres sub-ventions, soit un financement plus important et davantage de contrôle sur l’utilisation de leur FSD. Les subventions de district pourront être utilisées pour financer une grande variété d’actions locales et à l’étranger, dont notamment des équipes de formation professionnelles (similaires aux GSE), des bourses d’études et tout projet en rapport avec la mission de la Fondation Rotary. Les clubs et les districts pour-ront déterminer leur niveau de participation aux projets. Ils pourront également choisir la répartition des fonds de leur subvention de district. Le calendrier de financement d’une bourse d’études finan-cée par une subvention mon-diale sera plus court, réduisant ainsi le temps nécessaire aux clubs et aux districts pour pla-nifier leur demande. Ce type de bourse recevra en outre une contrepartie du Fonds mondial, ce qui allègera les frais annuels supportés par les parrains.

Pourquoi la Fondation change-t-elle son modèle de subventions ?Pour utiliser plus efficace-ment ses ressources. En 2007, 20% de son budget des pro-grammes finançait des projets durables, à fort impact, et 80% des projets plus modestes et à court terme. Le nouveau mo-dèle renversera cette tendance.

Pourquoi la pérennité est-elle si importante ?Les fonds de la subvention doivent constituer un investis-sement à long terme au profit de la collectivité bénéficiaire. Pour pérenniser un projet, il est nécessaire d’impliquer les membres de cette collectivité dès le départ. La formation et le transfert des connaissances leur permettront de rester au-tonomes même après le départ du Rotary club. En outre, des projets s’inscrivant dans la durée offriront un meilleur retour sur l’investissement rotarien.

Comment mon club ou mon district peut-il obtenir sa cer-tification ?Les clubs et les districts doivent être certifiés pour être en mesure de soumettre des de-mandes de subvention. La cer-tification du district s’obtient en ligne. Au travers de son DG, de son DGE et de son respon-sable Fondation, il s’engage à respecter les termes du proto-cole d’accord de district. Une fois cela fait, il peut alors certi-fier ses clubs. Ceux-ci doivent à leur tour s’engager à res-pecter les termes du protocole d’accord du club, mais aussi envoyer un de leurs membres au séminaire consacré aux subventions et répondre à tout autre critère fixé par le district.

Qu’est-ce qu’un partenariat stratégique ?C’est une relation à grande échelle et sur plusieurs années entre la Fondation Rotary et une autre organisation inter-nationale dotée d’une expertise dans un ou plusieurs axes stra-tégiques. Les partenaires straté-giques du Rotary apportent une aide technique, financière et/ou promotionnelle. Ces partena-riats débouchent sur des projets financés par des subventions clé en main.

Les nouvelles subventions pourront-elles financer des bourses d’études ?Oui. Les bourses pourront être financées aussi bien par des sub-ventions de district que par des subventions mondiales. Dans le premier cas, le district sera libre de choisir le boursier et le do-maine d’études. Dans le second, ces dernières devront s’inscrire dans l’un des axes stratégiques.

A-t-il été tenu compte de l’avis des Rotariens pour améliorer le nouveau modèle avant son lancement mon-dial ?Oui. La plupart des aspects essentiels du nouveau modèle ont été élaborés à partir des recommandations et des com-mentaires provenant de diri-geants du RI et de ‘simples’ Rotariens. La Fondation Rotary a également attaché beaucoup d’importance au retour d’information des dis-tricts pilotes, qui testent les nouvelles subventions depuis juillet 2010. Les enquêtes me-nées auprès d’eux indiquent qu’ils sont en majorité satis-faits du Plan Vision pour l’Ave-nir. Exemples : 85% des personnes interro-gées affirment que les cri-

tères exigés par le proto-cole d’accord ont amélioré les pratiques de gestion des fonds dans leur district. Les districts sont en géné-ral satisfaits du système en ligne et de l’élimination des formulaires papier. Ils pensent que cette procédure leur facilite la tâche. Il apparaît que les districts et les clubs pilotes ont un sentiment de responsabilité accrue à l’égard des projets financés par les nouvelles subventions. Selon les districts pilotes, davantage de clubs par-t ic ipent à des actions internationales.

Comment la Fondation saura-t-elle que le Plan Vision pour l’Avenir est une réussite ?Plusieurs facteurs permettront de déterminer le niveau de réussite du nouveau modèle : participation des Rotariens aux programmes, ampleur des dons à la Fondation, couverture mé-diatique des projets parrainés… Cependant, les indicateurs réels de réussite seront déterminés par une procédure d’évaluation des projets, qui indiquera leur degré de pérennité tout en four-nissant des données précises sur le nombre de bénéficiaires des subventions.

source : www.rotary.org/fr


y o u t H

VLAAms yep-prOgrAmmA zOekT NIeuw eLAN

In D 1630 nemen dit

jaar 102 studenten deel

aan Rotary’s Youth

Exchange Program:

90 uit Wallonië en

12 uit Vlaanderen.

Ook in de andere

districten vormen de

Vlaamse deelnemers

een minderheid. Staan

wij Vlamingen dan

zoveel minder open

voor andere culturen?

Of is het programma te

weinig bekend?

NL Wordt een jaar levenservaring op-doen, een nieuwe taal leren en inter-

nationale vrienden maken door Vlaamse ouders beschouwd als een verloren jaar? Feit is dat slechts zes van de 35 Vlaamse clubs uit D 1630 één of meer uitwisse-lingsstudenten uitsturen.

Zijn de Rotariërs wel voldoende op de hoogte van het vijfde actiedomein van Rotary International? Doen we genoeg om dit actief te promoten? Contacten leg-gen met de media en scholen kost tijd en geld – en dat is er vaak niet. Nochtans biedt het YEP-programma jongeren een unieke ervaring en kan het op lange ter-mijn bijdragen tot een betere wereldver-standhouding.

Een organisatie als AFS toont aan dat je wel degelijk met succes jeugduitwisselin-gen kunt organiseren vanuit Vlaanderen. We moeten dus allicht iets wijzigen aan onze aanpak, en vooral aan onze commu-nicatie. Wordt het geen tijd dat we een pak meer geld en energie pompen in dit

programma? Deze vraag houdt ons YEP-comité en onze gouverneur Jacques al ge-ruime tijd bezig...

Misschien moeten we het voorbeeld van AFS volgen en onze rebounds (terugge-keerde uitwisselingsstudenten, nvdr) ac-tief inzetten op het terrein?

Op donderdag 29 november zijn we al-vast gestart met een bekendmakingscam-pagne bij de laatstejaarsstudenten van verschillende Vlaamse scholen. Het start-schot werd gegeven op de VIRO-beurs van de Provinciale Hogeschool Limburg in Hasselt. Met enkele rebounds en gast-studenten uit Paraguay, Brazilië, Peru, de V.S. en Canada bemanden we een stand, waar we contact konden leggen met zo’n 400 studenten.

De geïnteresseerden kregen een bro-chure mee. Maar het waren waarschijnlijk vooral de enthousiaste verhalen van onze in- en rebounds die enkele jongeren aan het denken hebben gezet. Hopelijk stel-

len zich weldra kandidaat om ook ‘het jaar van hun leven’ te ervaren.

We beseffen dat dit een kleinschalig begin is, maar we willen dit laten uitgroeien tot iets groots. Alleen kunnen we dit niet, we hopen dan ook op hulp vanuit de clubs. Frisse ideeën en sponsoring (voor bijvoor-beeld een eigen banner, brochures en pro-motiemateriaal) zijn meer dan welkom! Wie zin heeft om hier mee zijn schouders onder te zetten en ons programma zo een nieuw elan te geven, zullen wij met open armen ontvangen.

Onze toekomst ligt bij de jeugd, en dat zal nooit veranderen. Moeten wij de jon-geren dan niet alle kansen bieden om het beste te maken van de maatschappij van morgen? Ik denk alvast dat zoiets mijn en uw plicht als Rotariër is. Het wiel moet draaien en daar hebben we u voor nodig!

Heidi Van der auweraOutbound coördinator D1630 nL

De kleurrijk bevolkte YEP-stand op de VIRO-beurs trok alleszins veel aandacht


y o u t H

Au pArCOurs remArquAbLeLe 19 novembre 2012,

le Rc Genval a eu le

plaisir de recevoir

Christophe Stiernon,

‘son’ Rotary Peace

Fellow… le premier

du D 2170 !

fr Le PDG 2170 Georges Richard (Rc Bruxelles-

Europe) et son épouse Janik ont rehaussé la réunion de leur présence, cependant que G e org e s Ca rd i n a e l ( R c Namur-Citadelle), président de la commission d’évaluation des candidats l’an dernier, était empêché, et ce au regret de tous. Georges garde le souve-nir impérissable d’avoir inter-rogé Christophe par Skype pour son entretien d’évalua-tion, alors que celui-ci se trou-vait au Kivu.

Diplômé de l’ICHEC (licence en sciences économiques et com-merciales, management inter-national), Christophe débute sa carrière comme consultant chez Deloitte. Il accomplit en-suite un stage à la Commission Européenne. Mais l’humani-taire l’intéresse…

Sa première expérience dans ce domaine se déroule au sein d’une ONG française dispo-sant d’un budget annuel fort important. Il part en Inde comme stagiaire au service finances de l’organisation. Ensuite, au sein de Handicap International, nous le retrou-vons collaborateur de projet en Irak, puis au Pakistan, à Islamabad, en tant qu’adjoint du responsable d’une mission qui emploie 700 Pakistanais.

Plus tard, toujours pour Handicap International, il est envoyé comme chef de mission en République Démocratique du Congo (voir photo), plus exactement au Nord-Kivu, à Goma, d’où il est rentré dé-but novembre, quelques jours avant les tristes évènements que nous avons connus.

Fort d’une expérience de plu-sieurs années bâtie dans l’en-vironnement de conflits et confronté aux conséquences de ceux-ci, Christophe va dès à présent se consacrer à l’ana-lyse des causes de conflits (par exemple les déplacements de populations entières), ainsi qu’à l’étude de leur résolution. En janvier 2013, à la reprise des cours universitaires dans l’hémisphère Sud, il s’envo-lera pour l’Australie, direction University of Queensland. Les contacts avec le Rc Genval, son club parrain, sont assurés. Il correspondra par e-mail et son coach du club lui fera parvenir, également par mail, tous les comptes rendus de réunions.

Un mot sur les Centres du Rotary pour études internatio-nales sur la paix et la résolution des conflits. Il en existe six, tous situés au sein d’universi-tés partenaires agréées par la Fondation Rotary : University of Bradford (Angleterre), Duke University and University of North Carolina (États-Unis), International Christian University (Tokyo), University of Queensland (Australie), Uppsala University (Suède), nouvel lement agréée, et Chulalongkorn University (Thaïlande).

Les cinq premiers centres pro-posent des programmes allant de 15 à 24 mois et délivrent des Masters en divers domaines : relations internationales, ad-ministration publique, déve-loppement durable, études sur la paix, résolution des conflits. Quant à Chulalongkorn, il pro-pose, deux fois par année, des programmes de trois mois et délivre des Certificats à ses im-pétrants. La limite est fixée à dix nouveaux candidats bour-siers par année et par centre, à l’exception de Chulalongkorn (25 boursiers par session au maximum).

À l’issue de ce séjour universi-taire à l’étranger ponctué par une formation complémen-taire passionnante, les Rotary Peace Fellows seront appelés tout naturellement à rejoindre le réseau mondial des alumni (les anciens boursiers de la Fondation) et, surtout, ils se feront un devoir moral d’être les meilleurs ambassadeurs du Rotary International.

Quel le bel le jeunesse et quel beau programme de la Fondation Rotary ! Bon vent, Christophe.

Jean ThiriarRc Genval

uN peACe feLLOw


M a a t s C H a P P I J

TOOLbOxeeN zuursTOfkuur VOOr Vzw’s

Managementexpertise uit de privésector ten

dienste stellen van vzw’s: dat is de missie

van Toolbox. Door processen en structuren

te optimaliseren, helpen vrijwillige experts

non-profitorganisaties hun doelstellingen

te bereiken. Hoe en waarom vernemen

we van stafleden Christine Castille en

Eric Vankeerberghen, en van vrijwilliger

Jacques Van Egten (Rc Lessines).

NL Wie kan er een beroep doen op ToolBox?

C.C.: ‘Wij stellen onze diensten ter be-schikking van kleine en middelgrote vzw’s die actief zijn in de sociale sector, ten behoeve van een doelgroep in België. Het kan gaan om gehandicapten, jonge-ren, kansarmen, noem maar op. We wer-ken voor vzw’s met 2 tot 20 VTE’s. Echt grote organisaties of verenigingen die zich richten op ontwikkelingssamenwer-king in het Zuiden, kunnen dus niét bij ons terecht. Sportverenigingen en cultu-rele vzw’s evenmin, tenzij hun werking een sociaal luik omvat.’E.V.: ‘De voorbije 9 jaar heeft ToolBox zo meer dan 130 vzw’s uit heel België bege-leid. In 2012 zetten een honderdtal vrij-willigers zich in voor 52 projecten bij 36 vzw’s, goed voor duizenden uren pro bono consulting. De vzw’s betalen alleen een le-denbijdrage. Afhankelijk van hun grootte bedraagt die 250 tot 1000 3.’ J.V.E.: ‘Voor alle duidelijkheid: we blijven dus uit het vaarwater van de professionele consultancybureaus. ToolBox is er enkel voor wie die niet kan betalen. Belangrijk is ook dat de raad van bestuur van de vzw de samenwerking met ToolBox moet steu-nen. Die kan immers tot ingrijpende en duurzame veranderingen leiden.’

Hoe gaan jullie precies te werk? C.C.: ‘Na een intakegesprek, maken wij samen met de betrokken vzw een door-

lichting van haar werking en leggen we de pijnpunten bloot. We vertrekken van-uit de missie, de visie en de waarden van de vzw. Worden die nog door iedereen ge-deeld? Dan kijken we naar de strategie: is er een ondernemingsplan, hanteert men operationele doelstellingen? Pas dan ne-men we de dagelijkse werking onder de loep: HR, projectmanagement, financiën, communicatie, enz. In laatste instantie kunnen we ook advies verlenen rond sys-temen en infrastructuur: boekhouding, IT, eventuele juridische kwesties...’E.V.: ‘Een aantal problemen zien we vaak terugkomen. Zo bestaat er vaak wel een organigram, maar ontbreekt een speci-fieke functieomschrijving voor het perso-neel. Ook heeft men vaak te weinig zicht op de cashflow. Verder bestaat de raad van bestuur niet zelden uit gelijkgezinden, die weliswaar veel afweten van hun beroepsdo-mein, maar daarom niet beschikken over de noodzakelijke managementervaring.’ C.C.: ‘Op basis van onze doorlichting, stellen we één of meer vrijwilligersteams samen die met de vzw aan de slag gaan. Maandelijks trekken zij hiervoor min-stens acht uur uit. Voor de meeste projec-ten duurt het traject dat zij doorlopen 6 tot 12 maanden. Interactie is daarbij erg belangrijk. Het is niet de bedoeling dat onze vrijwilligers op eigen houtje een be-leidsplan uitschrijven.’J.V.E.: ‘Soms begin je een bepaald pro-bleem aan te pakken en stuit je op een

dieperliggende problematiek. Alles hangt samen. Dat vereist van beide kanten een zekere flexibiliteit.’

Hoe wordt bepaald welke vrijwilligers bij welk project terechtkomen?C.C.: ‘Eerst en vooral uiteraard op basis van de gevraagde expertise. Daarnaast speelt ook de locatie een rol: we kunnen onze vrijwilligers niet elke maand naar de andere kant van het land sturen. We hebben nu een honderdtal experts-leden, maar de geografische verdeling is nog niet optimaal. In sommige provincies, zo-als West-Vlaanderen en Henegouwen, zijn we nog te weinig vertegenwoordigd.J.V.E.: ‘Als vrijwilliger werk je steeds in teamverband, minstens met z’n tweeën. Je staat er dus nooit alleen voor. Er is een ge-degen opleiding voorzien, om je vertrouwd te maken met de ToolBox-methodologie. Het staat je natuurlijk steeds vrij een op-dracht al dan niet te aanvaarden. Er is wel enige voeling vereist met de organisa-tie die je begeleidt. Niet zelden blijven de vrijwilligers na afloop van de begeleiding contact houden. Sommigen gaan zelfs ze-telen in de raad van bestuur.’

Jacques, jij bent al enige tijd vrijwilli-ger bij ToolBox. Kan je ons iets vertel-len over je concrete ervaringen?J.V.E.: ‘Ik was vroeger actief bij Ex-Change, een initiatief dat experts uit het Noorden voor tijdelijke expertise-op-



▲ ToolBox-vrijwilligers en vzw-verantwoordelijken volgen de cursus non-Profit Management aan de solvay Brussels school

geTuIgeNIsseN • ‘Ik vond het een heel verrijkende ervaring om

in de non-profitsector te werken. Bijdragen tot maatschappelijk verantwoorde doelstellingen, geeft veel voldoening. Ik kwam in contact met mensen die 100% achter hun project staan en er alles voor doen om anderen vooruit te helpen. Een aanrader!’ (Inge Janssen, ToolBox-vrijwilligster)

• ‘De coaching heeft ons geholpen een helikopterbeeld te krijgen van onze werking. We zijn tot de vaststelling gekomen dat we nog veel meer keuzes moeten maken in de afbakening van de prioritaire doelgroepen. Dankzij de actieplannen kunnen we binnen een welomschreven tijdskader gerichter naar doelstellingen toewerken.’ (Veerle Leroy, vzw Het Punt)

• ‘Als ToolBoxmedewerkers kregen we inzicht in een andere wereld. Zelf brachten we een andere, zakelijkere aanpak aan. De convergentie van deze twee werelden is leerrijk en waardevol.’ (Hilde Keuppens & Marta Jiron, ToolBox-vrijwilligers)

• ‘Het is boeiend en verhelderend om via een profitspiegel en –klankbord naar je werk te kijken. Het biedt je de kans om, in dialoog, tot werkbare tools op maat te komen. Tools die een reële ondersteuning bieden en waarmee je organisatiebreed vooruit kan, zonder bijkomende administratieve last.’ (Marie-Josee Meeus, vzw Cador)

Wilt u uw managementervaring ook ten dienste stellen van sociale vzw’s? Of bent u betrokken bij een vzw die nood heeft aan een nieuwe adem? neem dan een kijkje op www.toolboxh2o.org. Ook info voor financiële giften vindt u hier.

drachten naar kmo’s in het Zuiden stuurt. Op social-profitfora heb ik Christine leren kennen, die mij bij ToolBox heeft binnen-geloodst. Ik ben als expert aan de slag ge-gaan bij de vzw Onafhankelijk Leven – die trouwens al heel wat steun heeft gekre-gen van de NVSG. Onafhankelijk Leven komt op voor de zelfbeschikking van per-sonen met een beperking, in alle levens-domeinen. De vzw is op korte tijd sterk gegroeid, wat onder meer problemen op-leverde voor het procesmanagement. Via workshops hebben we de belangrijkste processen verduidelijkt en uitgeschre-ven. De teamleden kregen ook een beter zicht op hun rol binnen de management-structuur, wat een positieve impact had op de efficiëntie en de groepsdynamiek. Ook financieel hebben we één en ander bijgestuurd.’

ToolBox is zelf ook een vzw. Hoe wordt die gefinancierd?C.C.: ‘We zijn een onafhankelijke vzw die werkt zonder subsidies. De aangesloten vzw’s betalen een kleine bijdrage, maar voor de rest zijn wij aangewezen op giften. We kunnen rekenen op een aantal trouwe partners, zoals de Bank Degroof Founda-tion, het Triodos Fonds en de Bernheim Stichting. Ook krijgen we steun van Del-haize en Belgacom. Dat laatste bedrijf sti-muleert haar ‘high potentials’ bovendien om hun competenties in te zetten via Tool-Box. Daarnaast hebben we via de Koning

Boudewijnstichting een rekening waarop particulieren giften kunnen storten.’E.V.: ‘Operationeel hebben we ook al vijf jaar een partnerschap met de Solvay Brussels School. In het kader van de cur-sus Non-Profit Management bieden wij een aantal stageplaatsen aan in onze vzw’s. Op onze beurt mogen wij elk jaar tien vrijwilligers of vzw-vertegenwoordi-gers afvaardigen naar de cursus. Een per-fecte win-winsituatie!’

s.V.


s o C I É t É

Des experts bénévoles issus du secteur privé qui aident des asbl à optimiser leur impact en

améliorant leur capacité de gestion, telle est la mission de ToolBox (‘boîte à outils’). Pourquoi

cet objectif ? Comment l’atteindre ? Rencontre avec Christine Castille et Eric Vankeerberghen,

membres du staff ToolBox, accompagnés du bénévole Jacques Van Egten (Rc Lessines).

TOOLbOxuNe bOuffée d’OxygèNe pOur Les AsbL

fr Qui peut faire appel à Tool Box ?

C.C. : ‘Nous mettons nos ser-vices à la disposition des pe-tites et moyennes entreprises à but non lucratif, actives dans le secteur social et ayant un groupe cible bien déter-miné : personnes handica-pées, jeunes, défavorisés, etc. Nous travaillons pour des asbl comptant 2 à 20 ETP (équiva-lents temps plein). Les gros organismes actifs dans la coo-pération au développement ne peuvent donc pas faire appel à nous. Les clubs sportifs et les associations culturelles non plus, à moins que leurs activi-tés comportent un volet social.’E.V. : ‘Au cours des neuf der-nières années, ToolBox a ainsi accompagné plus de 130 asbl établies un peu partout en Belgique. En 2012, une cen-taine de bénévoles se sont en-gagés dans 52 projets mis sur pied par 36 associations diffé-rentes, ce qui représente des milliers d’heures de consul-tance pro bono. En contrepar-tie, les asbl doivent juste payer une contribution, dont le mon-tant (250 à 1.000 3) varie en fonction de leur taille.’

J.V.E. : ‘Soyons clairs : nous ne naviguons pas dans les eaux des cabinets de consul-tants spécialisés. ToolBox est là pour ceux qui ne peuvent se payer ce type de service. Par ailleurs, il est important que le conseil d’administration de l’asbl concernée avalise la collaboration avec ToolBox,

ToolBox aide l’asbl Le Manège du Possible à reconstruire les

bases de son projet avant de l’accompagner dans la définition

de sa vision et stratégie future

car celle-ci peut donner lieu à des changements profonds et durables.’

Comment se déroule précisé-ment votre travail ?C.C. : ‘Après un premier en-tretien, nous procédons, avec l’asbl concernée, à un examen de son fonctionnement et nous

identifions les «zones doulou-reuses». Nous prenons comme points de départ la mission, la vision et les valeurs de l’or-ganisation. Sont-elles encore partagées par tout le monde ? Ensuite, nous examinons la stratégie : existe-t-il un plan d’entreprise, a-t-on fixé des ob-jectifs opérationnels ? Ce n’est


s o C I É t É

qu’alors que nous passons au crible le fonctionnement quo-tidien : ressources humaines, gestion des projets, finances, communication, etc. En der-nière instance, nous pouvons également fournir des conseils au sujet des systèmes et de l’infrastructure : comptabilité, informatique, questions juri-diques éventuelles…’E.V. : ‘Certains types de pro-blème reviennent régulière-ment, comme par exemple l’ab-sence de description spécifique des fonctions et postes de per-sonnel. Souvent, on constate aussi un manque de visibi-lité sur les flux de trésorerie. Enfin, il n’est pas rare que le conseil d’administration soit composé de personnes ex-pertes dans leur domaine pro-fessionnel mais ne disposant pas de l’expérience nécessaire en matière de gestion.’C.C. : ‘Sur base de notre au-dit, nous mettons une ou plu-sieurs équipes de bénévoles au travail, en collaboration avec l’asbl et à hauteur de huit heures mensuelles au minimum. Dans la plupart des cas, le processus dure de six à douze mois. Nous atta-chons beaucoup d’importance à l’interaction : le but n’est pas que nos bénévoles conçoivent et imposent leur propre plan d’accompagnement.’J.V.E. : ‘Parfois, on s’attaque à un point bien spécifique et puis on tombe sur un problème plus profond. Tout se tient. Cela exige une certaine flexibilité de part et d’autre.’

Comment décide-t-on de mettre tels bénévoles sur tel projet ?C.C. : ‘Tout d’abord, bien sûr, sur la base de l’expertise re-quise. Le lieu joue égale-ment un rôle : nous ne pou-vons envoyer nos bénévoles chaque mois à l’autre bout du pays. À l’heure actuelle, nous disposons d’une cen-taine de membres experts, mais leur répartition géogra-phique n’est pas idéale. Dans certaines provinces comme la Flandre-Occidentale ou le Hainaut, nous sommes encore sous-représentés.’

J.V.E. : ‘Les bénévoles tra-vaillent toujours en équipe, ou au moins par deux. Au départ, une formation approfondie leur est prodiguée afin de les fami-liariser avec la méthodologie de ToolBox. Naturellement, ils ont le droit d’accepter une mission ou non, et il est néces-saire d’avoir un ‘bon feeling’ avec l’association que l’on ac-compagne. Il n’est pas rare que des volontaires gardent un contact avec l’asbl à l’issue de leur mission, certains finissent même par siéger au conseil d’administration.’

Jacques, vous êtes bénévole chez ToolBox depuis un bon moment. Pouvez-vous nous en dire un peu plus sur votre expérience ?J.V.E. : ‘J’ai tout d’abord tra-vaillé chez Ex-Change, une association belge qui envoie des experts dans des PME du Sud pour des missions tem-poraires. Puis j’ai rencon-tré Christine lors d’un forum consacré au secteur à profit social, et elle m’a fait entrer chez ToolBox. En tant qu’ex-pert, j’ai commencé à y travail-ler pour l’asbl Onafhankelijk Leven qui, entre parenthèses, a reçu également un soutien

financier de la part de l’ANAH. Onafhankelijk Leven milite pour l’autonomisation des per-sonnes handicapées dans tous les domaines. Elle a connu une croissance rapide, ce qui lui a valu quelques problèmes de management. Via plusieurs ateliers, nous avons pu mettre au clair les processus clés. Nous avons également réussi à clarifier le rôle de chacun au sein de la structure de gestion, ce qui a eu un impact positif sur la dynamique de groupe. Enfin, nous avons apporté quelques améliorations sur le plan financier.’

ToolBox elle-même est une asbl. Comment est-elle finan-cée ?C.C. : ‘Nous sommes une orga-nisation indépendante et fonc-tionnons sans subsides. Les associations affiliées paient une petite contribution mais, pour le reste, nous comptons sur les dons. Nous avons heu-reusement plusieurs par-tenaires fidèles, comme la Bank Degroof Foundation, le Fonds Triodos et la Fondation Bernheim. Nous sommes éga-lement soutenus par Delhaize et Belgacom. Cette dernière encourage ses ‘high poten-

tials’ à mettre leurs compé-tences au service de ToolBox. Enfin, nous avons également un compte à la Fondation Roi Baudouin, sur lequel les par-ticuliers peuvent verser des dons.’E.V. : ‘Sur le plan opération-nel, nous avons, depuis cinq ans, un partenariat avec la Solvay Brussels School. Dans le cadre du cours Non-Profit Management, nous proposons un certain nombre de stages dans nos asbl. En retour, nous pouvons inviter chaque année dix bénévoles ou représentants d’asbl à suivre ce cours. Un parfait exemple d’accord win-win !’

s. V.(Traduction : D.C.)

TémOIgNAges• ‘La rencontre avec les instances

dirigeantes et les collaborateurs s’est déroulée dans un excellent climat. Elle a permis de redéfinir la mission, les valeurs et la vision de l’association, puis de mettre en place un plan de communication. L’ouverture d’esprit du comité de direction, son implication et son expertise combinée à nos expériences professionnelles variées en tant que consultants a permis un enrichissement mutuel au profit d’une belle action.’ (Catherine Hansoul et Philippe Allardin, bénévoles ToolBox)

• ‘Notre demande initiale était une aide pour élaborer une stratégie de communication vis-à-vis des entreprises privées. À la lecture des résultats de l’enquête préliminaire,

il est apparu qu’une définition précise de la mission de notre asbl s’imposait avant toute chose. La souplesse et l’adaptabilité de la méthode ToolBox nous permet d’utiliser au mieux nos ressources internes. Les conseils avisés des consultants nous ont déjà été très utiles dans la rédaction d’un projet pour la Commission Européenne ! D’autres chantiers suivront très bientôt…’ (sophie Jekeler, Fondation samilia)

• ‘Un schéma de reporting sur le compte de résultat et le cash-flow a été développé afin de prévoir l’évolution mois par mois. Le système permet une actualisation régulière. Pour le projet immobilier, l’ensemble des investissements et des coûts ont été repris afin de déterminer le coût total de l’investissement, son financement et les besoins de

trésorerie actuels et futurs pour cette activité additionnelle. Un tableau hebdomadaire de trésorerie a aussi été mis en place. La mission s’est terminée à l’automne. Le projet immobilier se concrétise actuellement et la Maison Médicale peut croître, à la plus grande satisfaction de ses bénéficiaires.’ (Jacques-Henri Fourneau et Philippe Léonard, bénévoles ToolBox)

• ‘ToolBox a toujours agi de manière très respectueuse des avis des autres et du vécu de terrain, par une approche très objective des problématiques. Grâce à leur regard extérieur et à leur esprit d’entreprise, ils aident efficacement les membres de l’asbl à structurer leur organisation dans le respect des échéances et la recherche d’un meilleur fonctionnement.’ (Arlette Pirenne, Foyer saint Augustin)

vous aussi, vous avez envie de mettre votre expérience et vos compétences au service des asbl sociales ? Ou bien vous êtes engagé au sein d’une asbl qui recherche son second souffle ? Surfez donc sur www.toolboxh2o.org. vous y trouverez également des infos sur les donations.


N I e u w J a a r s s P e C I a l

Wat vond u de belangrijkste trend/evolutie/gebeurtenis van 2012?

Wie heeft u in 2012 positief verrast?

Van wie of wat verwacht u veel in 2013?

Wie wenst u wat toe in 2013?

Wat wenst u zichzelf toe in 2013?

Welk mondiaal probleem zou rotary na de uitroeiing van polio best aanpakken?

kAreL VAN eeTVeLTGedelegeerd

bestuurder UnIZO

Het afkalvend con-sumentenvertrouwen waardoor een record aan spaargeld wordt opgepot ten koste van de consumptie op de binnenlandse markt. Daardoor dreigen de consumenten hun eigen job te ondergraven.

De ondernemers, met name door hun koppig verzet om te blijven vechten voor hun onderneming en daarbij niet te aarze-len samen hun stem te laten horen. Ruim 29.000 onderschreven de UNIZO-actie ‘ikkomopstraat.be’.

Hopelijk groeit bij alle betrokkenen (politici, vakbonden, onderne-mersorganisaties en burgers) het besef over de grote uitdagingen waarvoor ons land en heel Europa staan, zodat ze bereid zijn om samen te werken voor een betere toekomst.

Aan onze politici de moed om de juiste beslissingen te nemen. Aan ondernemers het-zelfde koppig doorzet-tingsvermogen, hopelijk ondersteund door las-tenverlaging en respect. Aan alle medeburgers het besef door een kleine inlevering meer kansen te creëren voor ons allemaal.

Gezond naar lichaam en geest en veel (zon-)dagen veilig op de fiets, samen met al wie me lief is.

Het is niet aan mij een organisatie met zoveel ervaren vrijwil-lige inzet de weg te wijzen. Belangrijk blijft meer mensen kansen te geven, bij ons en elders, en onze wel-vaart te delen.

CArOLINe VeNGedelegeerd

bestuurder VKW

Ondanks de vele on-heilspellende berichten en de onderliggende moeilijkheden is de eu-rozone blijven bestaan. Heel wat landen hebben moedige hervormings- en saneringsinspan-ningen opgestart en door het ingrijpen van de Europese centrale bank is de storm op de financiële markten wat geluwd. De Nobelprijs voor de EU, die econo-mische integratie kop-pelt aan vrede en stabi-liteit, heeft me dan ook zeer verheugd.

Mieke Van Hecke, de topvrouw van het katholiek onderwijs, heeft in 2012 onmis-kenbaar indruk op mij gemaakt. Zij slaagt erin vast te houden aan een levensbeschouwe-lijke visie, ook nu die tegenwind te verduren heeft, én op een breed-denkende manier om te gaan met de uitdagin-gen van onze tijd.

In vele opzichten heeft Europa een leidende rol, of het nu gaat over de strijd tegen klimaatverandering of het ondersteunen van ontluikende demo-cratieën. Ik hoop dan ook dat de voorzitter van de Europese Raad, Herman van Rompuy, erin zal slagen ons goed en wel door de huidige crisis te lood-sen. Ik heb daar ook alle vertrouwen in.

Veel ondernemers heb-ben in 2012 zwarte sneeuw gezien. Het zou mooi zijn dat zij de moeilijkheden in 2013 achter zich kunnen laten en weer volop middelen kunnen vin-den om te investeren in succesvolle groei-projecten. Dat zou ook goed nieuws zijn voor de werkgelegenheid en voor de overheidsfi-nanciën.

VKW beschikt over een uniek netwerk van geëngageerde onder-nemers voor wie het woord waardencreatie twee betekenissen heeft. Onze werking wordt gedragen door een minstens zo gedre-ven team van mede-werkers. Ik hoop in 2013 evenzeer op hen te mogen rekenen.

De strijd tegen het analfabetisme is nog niet gestreden. Zeker heel wat jonge meisjes worden nog bewust uitgesloten van onder-wijs. Nochtans is dat dé weg uit armoede.

mArTIN heyLeNTV-maker

Dat de Arabische Lente dreigt over te gaan in een fundamentalisti-sche Arabische Winter, waarvan wij hier ook de gevolgen beginnen te voelen.

Tom Boonen. Verrezen uit zijn as, als een prachtige feniks.

Van FC Barcelona, van VIER, van de kijkers.

Ik wens leidende figu-ren het inzicht toe dat onze maatschappij niet verder mag evolueren naar een almaar rij-kere minderheid en een groeiende arme onder-laag. Het is niet humaan en het is een tijdbom. Met iets minder winst te incasseren is er veel goeds te verwezenlijken.

Een goed idee, een goede uitwerking ervan, een goed tv-pro-gramma, en er gezond uitkomen.

Armoede.

mArC bueLeNsManagement-

professor Vlerick

Na 244 jaar verscheen op 13 maart de laat-ste gedrukte bladzijde van de Encyclopedica Britannica. En op 21 december verging de wereld, zodat weinigen deze pagina nog hebben gelezen.

Dat er voor elke hyste-ricus die echt geloofde dat we zouden ver-gaan op 21 december, 99 nuchtere zielen waren die eens de schouders ophaalden.

Van de feiten. Enkel die kunnen ook de 99 nuchteren echt in beweging zetten.

Ik wens alle regerin-gen toe dat ze de feiten rustig delen met hun bevolking, en de hys-terici aanmanen eerst hun wilde kreten af te zwakken, de feiten te checken en dan liefst te zwijgen.

Wat ik al de anderen toewens. Waarom zou ik zo speciaal zijn?

De Rotariërs zijn wijs en oud (sic) genoeg om daar zelf over te oor-delen!


N I e u w J a a r s s P e C I a l

Wat vond u de belangrijkste trend/evolutie/gebeurtenis van 2012?

Wie heeft u in 2012 positief verrast?

Van wie of wat verwacht u veel in 2013?

Wie wenst u wat toe in 2013?

Wat wenst u zichzelf toe in 2013?

Welk mondiaal probleem zou rotary na de uitroeiing van polio best aanpakken?

IVAN VAN de CLOOTHoofdeconoom

Itinera

De doorbraak in het ont-ginnen van schaliegas in de VS, het zogenaamde ‘fracking’. Als de ver-wachtingen daarom-trent ingelost worden, zouden de VS op termijn zelfvoorzienend kunnen worden op energievlak. Dit zou ook belangrijke gevolgen kunnen heb-ben voor het conflict in het Midden-Oosten.

De ontdekkers van het Higgsdeeltje in het Zwitserse CERN. Tot welke toepassingen het zal leiden, weten we vandaag niet. Maar dat wisten we ook niet bij eerdere doorbraken in de kwantumfysica, die ondertussen wel tot nieuwe computertech-nologie hebben geleid.

De herverkiezing van president Obama is hoopgevend, vooral omdat een tweede ambtstermijn voor een Amerikaanse presi-dent op zich veel kan-sen inhoudt. Hij moet dan immers niet meer herkozen geraken, waardoor hij het kor-tetermijndenken kan overstijgen.

We weten uit onderzoek dat mensen radicali-seren als ze enkel met gelijkgezinden praten. Ik hoop dan ook dat we in 2013 een tegengewicht kunnen bieden aan de polarisering in het maat-schappelijke debat door mensen over het muurtje heen te laten kijken.

Tijd om wat bij te lezen. Zowel fictie (bv. God van Jack Miles) als non-fic-tie (bv. After Virtue van A. MacIntyre, over de rol van moraliteit in het economisch leven).

Het hepatitis B-vaccin kan wereldwijd 90% van de leverkankerdoden vermijden en is zeer effectief als het jong wordt toegediend. Eén vaccin kost 3,60 US$.

dIrk sChOCkAerT

DG 1620

Wat Rotary betreft, zou ik zeggen de vernieuwde aanpak van de PR en de communicatie. In het algemeen denk ik aan de groeiende onzeker-heid (bankencrisissen, economische crisissen en politieke crisissen). Verontrustend zijn ook de instabiliteit van Europa en de euro, de sociale crisissen en de staatsschuld met bijho-rende besparingen.

De Rotariër die zich jaar na jaar met zijn club inzet voor vele goede doelen.

Ik hoop dat de macht-hebbers de moed vin-den om het egoïsme de kop in te drukken en te zorgen voor een gelijk-matiger verdeling van de welvaart.

Zij die lijden en zij die in grote armoede leven wens ik de kracht en de middelen ter verbete-ring van hun lot.

Dat ik de kracht en inspiratie mag heb-ben om goed te doen tegenover mijn familie, vrienden en andere medemensen, en ook rekening te houden met het leefmilieu.

De kernvraag is hoe we op een ethisch ver-antwoorde en humane manier de groei van de wereldbevolking onder controle kunnen bren-gen. Daarnaast denk ik aan de bestrijding van aids. Preventie staat voorop, maar we kun-nen ook aidsremmers verstrekken aan wie daar geen geld voor heeft.

jACques VermeIre

DG 1630

De belangrijkste trend in 2012 is de macht van de media in ons dagelijks leven en meer bepaald voor Rotary. Meningen worden als feiten beschouwd en percepties als realiteit. Rotary heeft nog te wei-nig gewerkt aan haar imago. Dit onduidelijke beeld maakt ons zeer kwetsbaar en geeft de media volledige vrijheid van interpretatie.

De fantastische resul-taten van Rotary in India. De inentingscam-pagne tegen polio is er zeer succesvol en de bemiddeling van Rotary in het conflict met Pakistan haalde zelfs de krantenkoppen. Door die successen verloopt ook de ledenwerving er vlot.

Van onszelf, Rotariërs. We moeten in 2013 verder investeren in het imago van Rotary. Daarbij moet de klem-toon niet liggen op ons-zelf, maar wel op onze projecten.

Om even buiten het Rotarykader te treden: de werknemers van Ford Genk en de toeleverings-bedrijven wens ik nieuwe en hoopvolle perspec-tieven.

Minstens evenveel enthousiasme en moti-vatie voor Rotary als in 2012.

Ik denk dat het nog te vroeg is om op deze vraag te antwoorden, laten we blijven focus-sen op poliobestrijding tot deze verschrikke-lijke ziekte helemaal is uitgeroeid.

pATrICk bACkxDG 2170

De crisis in de wereld. De Rotaryclubs van ons district.

Van diezelfde clubs. Ik wens iedereen een gelukkig Nieuwjaar: mogen uw dromen alle-maal uitkomen.

Veel werk. De problematiek van het zuiver water in de wereld.


s P É C I a l N o u V e l a N

Quel a été selon vous le fait (évènement, tendance…) le plus important de 2012 ?

Qui vous a surpris positivement en 2012 ?

En qui ou en quoi placez-vous le plus d’espoir pour 2013 ?

Que souhaiter pour 2013, et à qui en particulier ?

Et qu’auriez-vous envie de vous souhaiter à vous-même ?

Quelle grande cause sanitaire mondiale le rotary devrait-il embrasser après la polio ?

CédrIC VIsArT

de bOCArmé(Rc namur)

Procureur général près la Cour d’Appel

de Liège

Malheureusement, la confirmation d’une crise économique profonde qui a une influence directe et négative sur le bien-être de la population, particuliè-rement celle des pays du sud et la plus défavorisée. Augmentation du chômage, diminution des traitements et indemnités diverses, moins-value du patrimoine mobilier et immobilier sont les signes inquiétants d’une récession qui se confirme au fil des mois, sans que n’apparaissent aujourd’hui des signes crédibles de reprise. On ne peut qu’être inquiet devant cette évo-lution et sans doute fau-dra-t-il s’adapter et trouver le moyen de vivre et fonc-tionner dans une économie stagnante.

On peut souligner que la Belgique a retrouvé un gouver-nement stable et est à même de prendre les mesures qui s’imposent dans des circonstances diffi-ciles. On peut aussi mentionner globale-ment une diminution des violences dans le monde, même si la situation reste précaire au Moyen-Orient ou en Afrique.

On peut placer son espoir dans l’amélio-ration de la solidarité au sein de nos sociétés modernes en difficulté et dans un plus grand engagement des pays prospères par rapport aux pays qui souffrent de la faim ou sont vic-times de phénomènes climatiques catastro-phiques.

Mon principal souhait va à ceux qui souffrent de la misère, des violences et des injustices où que ce soit dans le monde. La crise ambiante ne devrait pas les pénaliser par des diminutions de contribution dans les budgets réservés à la coopération, malgré les soucis économiques des pays nantis.

Pour moi-même, rien de particulier, si ce n’est rester en bonne santé car il s’agit d’une condi-tion essentielle pour une bonne qualité de vie.

Ayant eu l’occasion de travailler dans des pays du tiers-monde, j’ai constaté qu’il est une bataille à mener, outre la lutte contre la maladie (et la polio en a été un remarquable exemple) : celle de l’eau, qui reste une cause essentielle de maladies et de mort, particulièrement des enfants. Il faut parfois peu de choses pour améliorer des situations dramatiques, et ce pour-rait être un challenge pour le RI de contribuer à améliorer les situa-tions les plus critiques.

pIerre krOLLDessinateur, caricaturiste

Celui que j’ai vécu de la façon la plus proche, c’est évidemment la tuerie de Liège. J’y habite et mes enfants étaient en ville à ce moment, et même sur la place Saint-Lambert peu auparavant. C’était en 2011, mais les années, pour moi, ce sont un peu mes albums rétrospectifs, et ceux-ci vont d’octobre à octobre. Sinon, 2012 c’est avant tout, pour l’observateur de la vie politique que je suis, la pre-mière année du gouverne-ment Di Rupo. Il y en a qui lui donnaient trois mois, il est toujours là !

Eh bien, précisément Elio Di Rupo, premier premier ministre francophone (et wal-lon) depuis plus de trente ans, mauvais bilingue, dans une période très difficile du point de vue éco-nomique, qui garde la barque à flots. Comparez un peu ce que ce gouver-nement a déjà fait avec ceux, succes-sifs, d’Yves Leterme ! Et je ne suis pas socialiste. Je ne suis d’ailleurs rien du tout.

L’Europe. Peut-être (mais j’en doute) que son prix Nobel pour-rait la motiver. Plus d’Europe est bon pour chacun en Europe, mais de plus en plus en doutent.

Je souhaite aux deux chats de ma fille de ne pas se faire écra-ser comme le fut son précédent chat l’hiver dernier !

De travailler moins pour gagner plus… Allez, pour gagner autant, ça sera déjà très bien.

Toutes ces maladies infantiles que l’on soigne relativement aisément ici, parfois même très aisément, mais qui, dans les régions les plus pauvres (je pense par exemple au Congo de ma nais-sance), sont des mala-dies mortelles.

pATrICk NOThOmb(Rc Arlon) Diplomate,

auteur de Dans stanleyville

Une année supplémentaire de paix en Europe.

Le gouvernement Di Rupo et le gouvernement Monti.

En quelques pas enfin décisifs en direction du fédéralisme européen.

Un progrès démocratique et la fin de la guerre civile à l’Est en Répu-blique Démocratique du Congo, pays qui n’a jamais cessé pour nous d’être ami.

Le statu quo. La lutte contre le sida.


s P É C I a l N o u V e l a N

Quel a été selon vous le fait (évènement, tendance…) le plus important de 2012 ?

Qui vous a surpris positivement en 2012 ?

En qui ou en quoi placez-vous le plus d’espoir pour 2013 ?

Que souhaiter pour 2013, et à qui en particulier ?

Et qu’auriez-vous envie de vous souhaiter à vous-même ?

Quelle grande cause sanitaire mondiale le rotary devrait-il embrasser après la polio ?

jeAN-CLAude juNCker

(Rc Bascharage-Kordall)

Premier ministre luxembourgeois

L’élection de François Hollande à la pré-sidence de la République française, le deuxième mandat du président Obama aux États-Unis et la réélection de Vladimir Poutine à la présidence de la Russie. Sans oublier l’horrible guerre civile en Syrie. La tendance la plus importante a été à nou-veau la ‘polycrise’ de la dette dans la zone euro. Car ce n’est aucunement une crise de l’euro – au contraire. Et aussi la ‘poly-crise’ politique et sociétale, économique et sociale, écologique et climatique, éthique et morale. Nous devons retrouver le sens politique et la cohésion sociale en Europe et dans le monde occidental. Car le pouvoir mondial se déplace vers l’Asie, vers le bassin pacifique, vers la Chine, vers l’Inde. Un pouvoir qui n’arrive toujours pas à empêcher la faim dans le monde. En fait, la crise de la faim est la crise la plus importante de notre temps. Et également notre plus grande honte…

Le comité norvégien du Prix Nobel de la Paix qui a choisi l’Union Européenne. Ce fut un bon, un excellent choix. Pas pour les dirigeants du Vieux Continent mais pour l’idée même de l’Europe qui reste dans son essence une idée de paix et donc d’humanisme profond. Même si aujourd’hui l’output de la paix ne suffit plus. Il faut aussi construire l’avenir européen chez nous et dans le monde. Mais il faut savoir que sans l’amplificateur de l’UE, les États-nations européens ne comptent plus pour grand-chose dans le monde. Encore faut-il parler d’une seule voix…

Dans les citoyens européens, dans leur bon sens et dans leur juste mesure. Par la suite aussi dans les dirigeants européens. Car ils vont écouter leurs citoyens. Pour le reste, je place mon espoir en mes con-victions de liberté personnelle, de justice sociale, de bien commun.

Je souhaite à nous tous une prise de conscience afin de pouvoir affronter nos crises. Et je souhaite aux affa-més de ce monde la fin de leur faim. Le nombre de personnes souf-frant de la faim a baissé en 2012. Il faut continuer sur cette voie.

Plus de sagesse et plus de temps pour ma famille, mes amis, pour moi aussi.

Déjà, le combat, avec d’autres, du Rotary contre la polio est une très bonne chose. Une autre grande cause sanitaire pourrait être le combat contre le cancer ou contre le sida. Il faut faire avan-cer la recherche. Et il faut surtout aider les plus démunis.

dIrk sChOCkAerT

DG 1620

En ce qui concerne le Rotary : notre nou-velle approche en matière de relations publiques et de communication. Sur un plan plus général : l’insécurité croissante provoquée par les crises bancaire, écono-mique et politique. Inquiétantes également sont l’instabilité de l’Europe et de sa mon-naie unique, les crises sociales et la dette de l’État, avec la politique d’austérité qui en découle.

Le/la Rotarien(ne) qui, année après année, s’engage avec son club pour la bonne cause.

J’espère que les gens au pouvoir trouveront le cou-rage de tourner le dos à l’égoïsme et de veiller à une répartition plus équitable des richesses.

Je souhaite à ceux qui souf-frent et à ceux qui vivent dans la pauvreté de trouver la force et les moyens d’améliorer leur sort.

D’avoir la force et l’inspiration nécessaires pour faire du bien à ma famille, à mes amis et aux autres, et aussi pour respecter l’environnement.

La question centrale est de savoir comment contrôler la croissance de la population mon-diale d’une manière humaine et éthique-ment responsable. Je pense également à la lutte contre le sida… C’est aussi à nous de faire en sorte que les médicaments antiré-troviraux soient distri-bués à ceux qui n’ont pas les moyens d’en acheter.

jACques VermeIre

DG 1630

Le pouvoir des médias au quotidien. Les opinions sont considérées comme des faits et les impressions deviennent la réalité. Quant au Rotary, il ne soigne pas assez son image. Le grand public ne sait rien de nos actions et de nos ambitions. Cette image floue nous rend vulnérables et donne aux médias une complète liberté d’interprétation.

Les résultats fantastiques enregistrés par le Rotary en Inde : les campagnes de vac-cination contre la polio ont été un succès total, et la médiation du Rotary dans le conflit au Pakistan a même eu l’honneur des manchettes des journaux. Grâce à ces victoi-res, le recrutement dans ces pays est florissant.

En nous-mêmes, les Rotariens. Cette année, nous devons conti-nuer à investir dans l’image du Rotary. En mettant l’accent non pas sur nos personnes, mais bien sur nos projets.

Pour sortir un peu du cadre rotarien : je souhaite de nouvelles per-spectives, pleines de promesses, aux travailleurs de Ford Genk et à ceux des entre-prises sous-trai-tantes.

Au moins autant d’enthousiasme et de motivation pour le Rotary qu’en 2012.

Selon moi, il est un peu tôt pour répondre à cette question. Continuons à concen-trer nos efforts sur la lutte contre la polio jusqu’à l’éradication totale de cette terrible maladie.

pATrICk bACkxDG 2170

La crise mondiale. Les Rotary clubs de notre district.

En ces mêmes clubs.

Je souhaite à cha-cun une heureuse année. Puissent tous vos rêves devenir réalité.

Beaucoup de travail.

La problématique de l’eau salubre dans le monde.

N.d.L.r. : Pour être complet, signalons que nous avons également reçu la réponse d’un collaborateur de l’explorateur Alain Hubert, qui nous a expliqué que celui-ci était actuellement en mission dans l’Antarctique et qu’il aurait donc du mal à répondre à notre petit questionnaire…

R U B R I E K S N A A M

24 r o t a r y c o n t a c t | j a n u a r i 2 0 1 324 r o t a r y c o n t a c t | j a n u a r i 2 0 1 3

a g e N D a

deAdLINes AgeNdANL Om belangrijke activiteiten van uw club in de agenda te laten

opnemen, kunt u deze, rekening houdend met de deadline en bestreken periode voor elk nummer, per e-mail, fax of post bezorgen aan RBS. U kunt uw aankondigingen ook invoeren via de website: http://public.rotary.belux.org/events

fr Pour faire publier gratuitement les activités importantes de votre club dans l’agenda durant la période couverte par un numéro,

envoyez-les avant la date limite par e-mail, fax ou courrier à RBS. Vous pouvez aussi encoder vos annonces via l’agenda en ligne: http://public.rotary.belux.org/events

bANkrekeNINgeN – COmpTes bANCAIresd 1620: BE94 0682 2929 4014Foundation: BE83 0682 2929 7115polioplus: BE27 0682 5070 1173

d 1630: BE05 0013 0655 8775Foundation: BE05 0054 3587 7875polioplus: BE91 0015 6467 5876

d 2170: BE62 0014 1829 1661Foundation: BE96 0012 2314 1405

dIsTrICTsAgeNdA – AgeNdA dIsTrICTsd 1620:16.03: Spring

Convention15.06: Summer

Convention

d 1630:27.04: Assembly

d 2170:02.02: DTTS23.02: PETS20.04: Assembly08.06: Conference

Agenda 01/2013

N° VErsCHiJNiNGsDaTuMDaTE DE paruTiON

pEriODE DEaDLiNE

348 05.02 05.02 – 15.03 15.01

ROTARY AT A GLANCEw O r L d w I d e : A s O f 2 8 s e p T e m b e r

rOTArIANs

1.230.551rOTArACTOrs

219.397CLubs

34.404CLubs

9.539b e L u x : A s O f 1 3 d e C e m b e r

rOTArIANs

10.539 CLubs

265D 1620 – 1630 – 2170

DATE 1620 EVENT LOCATION/CONTACT10.01 19h30 La Louvière Jean-noël Colin, ‘sécurité informatique: tous complices!’ Au club

11.01 12h30 Mons Paul neutelings, Rc saint-Ghislain, ‘Un matching grant au Burundi’ Au Maxens. Info: [email protected]

12.01 19h30 Saint-Ghislain soirée théâtre: ‘Êtes-vous net?’ par la troupe Olive & Condiments Foyer culturel de saint-Ghislain. Info : www.everyoneweb.be/rotaryclubsaintghislain

15.01 19u30 Brugge-Zuid Eddy Duquenne, ‘Het economisch plan van Kinepolis’ Clublokaal

22.01 19u30 Brugge-Zuid Alain Remue, ‘Cel vermiste personen’ Clublokaal

24.01 19u30 Gent Pn, Mgr. Van Looy Clublokaal

25.01 19h30 Comines-Warneton Pn, Mme Taminiaux, ‘L’Inner Wheel’ Au club. Info: [email protected]

29.01 19u30 Brugge-Zuid Prof. Aart De Kruif, ‘Typisch testosteron’ Clublokaal

30.01 19u30 Gent-Prinsenhof Karel Van Eetveldt (Unizo) Clublokaal

30.01 19u30 Kortrijk-Groeninghe nieuwjaarsconcert ‘Latino con brio’ stadsschouwburg Kortrijk, info www.rotarygroeninghe.be

31.01 Saint-Ghislain Bernard Lonfils, ‘But et fonctionnement de la Ligue de la sclérose en plaques’

Au club (Le Concordia, Grand Place)

01.02 19h Charleroi-Europe, -Porte de France et ‘7’

Pièce de théâtre en wallon: ‘El nwâr vos va si bén’ Centre culturel de Couillet, rue Vandervelde. Info: Ph. Ciselet, n. Lorenzetti ou J. Culot

01.02 19h30 Mons Pn, John Leroy, ‘Vin des Agaises et la cuvée Ruffus’ ICCI. Info: [email protected]

05.02 19h15 Charleroi-Ouest et Charleroi ‘7’

Pn, Dr Jean-émile Vanderheyden, ‘Comment bien faire pour conserver ou retrouver son sommeil’

05.02 19u30 Diksmuide-Westkust Pn met spreker Rudi Vranckx (VRT) Clublokaal

05.02 20h Thuin-Thudinie Exploration du Monde: M. Dauber, ‘La Toscane, un art de vivre’ école de Gozée Là-Haut. Info: Pierre Bohain 071 21 40 63 ou 0472 22 76 76

06.02 12u30 Gent-Prinsenhof Inkomend DG Werner Braemscheute stelt zijn plannen voor Clublokaal

07.02 19u30 Torhout-Houtland Pn, Alain Remue, ‘Cel vermiste personen’ Ter Leepe


j a n v i e r 2 0 1 3 | r o t a r y c o n t a c t 25 j a n v i e r 2 0 1 3 | r o t a r y c o n t a c t 25

a g e N D a

DATE 1620 EVENT LOCATION/CONTACT08.02 12h30 Mons Chr. Wambersie, ‘L’Union des Classes Moyennes’ Au Maxens. Info: [email protected]

13.02 Interclub Mons-Borinage-Haut Pays

Concert Alain souchon Théâtre Royal de Mons

20.02 19u30 Gent-Prinsenhof Frank Carruet, ‘De rol van de Belgische diplomatie’ Clublokaal

27.02 Laarne Concert met symfonisch Orkest der Lage Landen en fluitist Thijs Van Leer

Zaal nova Wetteren Info: Roland Auman, 0476/50.11.08

28.02 Saint-Ghislain Dr Jean-émile Vanderheyden, ‘La maladie de Parkinson’ Au club (Le Concordia, Grand Place)

01.03 10h30 Les clubs de la zone 6 (Charleroi)

Exposé de Dirk Frimout à destination des jeunes spiroudome, rue des Olympiades 2, Charleroi. Info : [email protected] ou 0475 97 42 20

02.03 19u Gistel ‘Rotary on stage’ – diner/modeshow t.v.v. Think Pink Centrum staf Versluys, Bredene

09.03 8h30 Charleroi-Porte de France Rotary étoile Academy (concours de chant) La Ruche Verrière, Lodelinsart. Info: nadine Lorenzetti 0477 57 79 97

12.03 20h Thuin-Thudinie Exploration du Monde: J.L. Marchand, ‘Espagne, à la croisée des chemins’

école de Gozée Là-Haut. Info: Pierre Bohain 071 21 40 63 ou 0472 22 76 76

15.03 19h30 Mons Pn, Jacques Longueville, ‘L’enregistrement des médicaments’ Royal Golf Club du Hainaut à Erbisoeul. Info: [email protected]

15 & 16.03 Mons-Sud Découverte et dégustation des nectars de Bourgogne (ven de 17 à 21h, sam de 11 à 19h)

salle Calva, chée du Roi Baudouin 39, saint-symphorien. Info: [email protected], 0478 97 97 23

29.03 12h30 Mons Richard Benrubi, ‘souvenirs de Chine’ ICCI. Info: [email protected]

DATE 1630 EVENT LOCATION/CONTACTGeel Wijziging vergaderschema vanaf januari 2013 1e en 3e maandag: 20-22u, 2e en 4e maandag: 12u30-14u

Liège-Rive-Droite Changement d’horaire Rs du 3ème jeudi à 19h30 (au lieu de 12h30), autres Rs inchangées

12.01 20h Huy spectacle André Lamy: ‘Retour au music-hall’ Centre culturel de Huy. Info: 085 21 12 06

12.01 20u45 Westerlo Benefietconcert Zoerlala met Pieter Embrechts & the new Radio Kings

Zoerla, Westerlo. Info: www.zoerlala.be

05.02 20u Westerlo Ram. Dierckx, ‘In de soep’ Clublokaal

DATE 2170 EVENT LOCATION/CONTACTDendermonde Aanpassing vergaderschema Elke tweede maand van het trimester: derde

maandag avondvergadering om 19u30

10.01 19u Antwerpse clubs nieuwjaarsreceptie InG, Lange Gasthuisstraat 20

14.01 19u15 Antwerpen-Park Milo De naeghel, ‘Rotarybeurzen, de beste PR voor Rotary’ Clublokaal

15.01 12h15 Bruxelles-Val Duchesse Diane Platteuw, ‘L’université des aînés’

15.01 20h Braine-l’Alleud Jacques Reynens, ‘Le métier d’agriculteur’ Au club

16.01 19u30 Waasmunster-Durmeland Dr. Kris Verburgh (auteur ‘De Voedselzandloper’), ‘Voeding en verouderen’

Clublokaal

18.01 12h15 Bruxelles-Érasme Conf. Philippe Gérard, chef d’orchestre Au club

18.01 12u30 Brussel-Coudenberg noël Colpin, ‘De werking van de douane anno 2013’ Clublokaal

21.01 18h30 Bruxelles-Forêt de Soignes Ph. Possoz, ‘La Fondation Rotary’ Info: Vincent Lantonnois van Rode 0475 75 63 21

22.01 20h Braine-l’Alleud Conf. sur le carnaval de Binche Au club

24.01 Antwerpen-Park Bezoek aan nocturne BRAFA Info: [email protected]

25.01 20h30 Brussel-Bruxelles Breughel spectacle des Frères Taloche: ‘20 ans de scène’ Cirque Royal. Info: Jean-Marie Crevecœur 0475 92 14 42 ou [email protected]

25 au 27.01 Braine-l’Alleud Kermesse aux boudins salle paroissiale d’Ophain-Bois-seigneur-Isaac

26.01 20u Sint-Gillis Stekene Camasiacum

Optreden Willem Vermandere Zaal De Route, info: www.rccamasiacum.be

27.01 Antwerpen-Mortsel Familiaal Kreeftenfeest Zaal De Koekoek, Aartselaar, info: www.rotaryantwerpenmortsel.be

28.01 19h Bruxelles-Forêt de Soignes Jacques Massion, ‘La bioéthique au quotidien’ Info: Vincent Lantonnois van Rode 0475 75 63 21

29.01 Bruxelles-Val Duchesse Jean-Marie Ginion, ‘La protonthérapie (IBA)’

30.01 19h Bruxelles-Iris Projection du film ‘Itinéraires’ (expédition en chiens de traîneau sponsorisée par le club)

Restaurant La Marina, quai de Veeweyde 65, 1070 Bruxelles. Info: 0475 47 26 46

31.01 Bruxelles-Nord Jacques De Meyer, ‘L’effectif rotarien’ Au club

01.02 12u30 Brussel-Coudenberg Dr. Koen Willems, ‘Verslavingen’ Clublokaal



a g e N D a

John De BruynRc Antwerpen-Ring

Georges MacoursRc Kortrijk-Groeninghe

Yvan rommelRc Brugge ‘t Vrije

Gustave stoopRc Bruxelles

pierre Van ackerRc Menen

Emile VandenbrouckeRc Saint-Ghislain

roger Van HoeijRc Mechelen

Marc Van rymenantRc Bruxelles

DATE 1620 EVENT LOCATION/CONTACT01.02 20h30 Nivelles spectacle Bert Kruismans, ‘La bertitude des choses’ Waux-Hall de nivelles.

Info: [email protected] ou 0478 56 43 04

06.02 19u30 Waasmunster-Durmeland Arnout Pieters, ‘survival in de natuur’ Clublokaal

11.02 18h30 Bruxelles-Forêt de Soignes Centre de Prévention du suicide: ‘La prévention du suicide, pas tout seul!’

Info: Vincent Lantonnois van Rode 0475 75 63 21

14.02 19u Antwerpen-Amerloo Poëzieavond met dichter Jo Gisekin Clublokaal

14.02 19h30 Auvelais Basse-Sambre Pn, Betty Batoul, ‘Les femmes battues’ Au club

15.02 12u30 Brussel-Coudenberg Erik Colsoul, ‘Filosofiestudies anno nu’ Clublokaal

16.02 20h Waterloo International soirée saint-Valentin: fromage, vin et chocolat Golf Club des 7 Fontaines, chée d’Alsemberg 1021, Braine-l’Alleud

20.02 19u30 Waasmunster-Durmeland Alain Van de Poel, ‘De Rotary Foundation’ Clublokaal

21.02 19u Antwerpen-Amerloo Joseph Allijns (KV Kortrijk), ‘Voetbal in België’ Clublokaal

22.02 20u30 Antwerpen-Park Benefietavond met scala & Kolacny Brothers Zuiderkroon Info: [email protected]

25.02 19h Bruxelles-Forêt de Soignes Gautier Havelange, ‘La géobiologie: comment votre lieu de vie peut-il influencer votre bien-être?’

Info: Vincent Lantonnois van Rode 0475 75 63 21

03.03 Namur Course d’endurance de karting (accueil dès 8h) Eupen. Info: www.karting-rotary.be. Petit-déjeuner offert, course des petits à 18h

08.03 20u Leuven Benefietconcert ‘8 seasons in one day’ door Het Kamerorkest o.l.v. Marc Bouchkov

Aula Pieter de somer

15.03 12u30 Brussel-Coudenberg Jan steelant, ‘Het pensioenoverleg’ Clublokaal

23.03 20h30 Nivelles spectacle interactif ‘Impro Justitia’ avec e.a. Bruno Coppens Waux-Hall de nivelles. Info: [email protected] ou 0478 56 43 04

2170

iN mEmORiAm

26 r o t a r y c o n t a c t | j a n v i e r 2 0 1 3

Frankrijk. Te gast bij (past) Rotariër in chambre d’hôtes Villa Catherine met zwembad en zomerkeuken. Wij bieden drie luxekamers en één luxe tweeka-merappartement, allen met privé-badkamer. Info: (nL gesproken) +33.49.48.46.495 of www.villacatherine.com.

VOTre ArTICLe dANs rOTAry CONTACT eT sur INTerNeT ? C’esT pOssIbLe !fr La rédaction de Rotary Contact recherche sans

cesse des articles intéressants. Votre club a-t-il récemment organisé une action particulière ? Un invité a-t-il donné une conférence captivante ? Avez-vous une proposition de texte sur un sujet d’intérêt général ? Alors, faites-le nous savoir ! Si votre sugges-tion est retenue, votre article aura l’honneur d’être publié dans nos colonnes, mais aussi sur internet (http://public.rotary.belux.org/rotarycontact). N’ou-bliez pas que la rédaction d’un numéro est clôturée le 15 du mois précédant sa sortie de presse. Contactez-nous donc suffisamment à l’avance.

VOTre pubLICITé pLeINe pAge COuLeur dANs NOTre reVueVotre club organise bientôt une manifestation d’en-vergure ? Donnez à cet évènement toute l’attention qu’il mérite en plaçant une publicité dans Rotary Contact. Les clubs bénéficient d’un tarif préférentiel : 350 € (+ TVA) pour une pleine page couleur. Veillez toutefois à réserver votre emplacement suffisamment tôt (au minimum quatre semaines avant parution). Ex. : pour le numéro de mars, vous devez réserver au plus tard le 10 février.

uw ArTIkeL IN rOTAry CONTACT eN Op ONze websITe? dAT kAN!NL De redactie van Rotary Contact staat steeds

open voor uw voorstellen. Heeft uw club on-langs een bijzondere actie georganiseerd? Is er een interessante spreker op bezoek gekomen? Wilt u iets kwijt over uw beroepsdomein of een ander interesse-gebied? Laat het ons weten! Als het voorstel in de re-dactionele lijn past, verschijnt uw artikel in ons leden-magazine en op http://public.rotary.belux.org/rotarycontact. Houd er wel rekening mee dat we de samenstelling van een nummer steeds afsluiten op de 15de van de maand vóór verschijning. Neem dus op tijd contact op!

VOOrdeLIg AdVerTereN VOOr rOTAryCLubsKomt uw club binnenkort voor de dag met een grootschalig evenement of een fundraisingactie? Geef dit de aandacht die het verdient met een ad-vertentie in Rotary Contact! Clubs genieten een voor-delig tarief: voor een volledige pagina publiciteit in vierkleurendruk betalen zij slechts 350 € (+ btw). Ge-lieve uw inlassing wel op tijd te reserveren (liefst vier weken voor verschijning).

prOVeNCe, fLAyOsC

Pour tout complément d’information, vous pouvez nous joindre par téléphone (02 420 35 00) ou par e-mail ([email protected]).

voor meer info kunt u contact opnemen op het telefoonnummer 02/420.35.00 of via e-mail: [email protected].

INVITATION

Acquaintance meeting of Rotary E–Club BE-1

“The First Rotary e-club in BELGIUM”

Location : IBM Forum , Brussels Date : 4 FEB.2013 at 19.00

Registration : [email protected] Admission fee : Free

( optional ) Dinner : 50 € Rotary e-clubs are Rotary clubs that meet online, rather than in person.

These clubs function like a regular Rotary club with service projects, fundraising events and fellowship opportunities.

They enjoy all the rights, privileges, and obligations of membership in RI. Join Us @ www.recbe1.be

RC Lanaken-MaaslandLogo embroidered

CapsPolo’sShirtsScarfs

Towels

info: [email protected]

Finest original Belgian Rotary

chocolates

district 1630

Embroidered Rotary Caps and Polo’s

orders welcome at : giftshop.atmtrading.euGiftshop ‘Deeds of Charity’

info: [email protected]

Gift Shop



zeLfmOOrdLIjN redT LeVeNs eN spAArT eurO’s

35% van de bellers naar de

Zelfmoordlijn ziet door dit

gesprek af van zelfdoding.

Dat bespaart niet alleen

veel menselijk leed, maar

ook een heleboel centen.

D 2170 sponsorde een

onderzoek waaruit blijkt dat

de nettobesparing voor de

maatschappij kan oplopen tot

23 miljoen n.

Het was Luc Van Der Biest (Rc Aalst-Noord), vrijwilliger bij het Centrum ter Preventie van Zelfdoding (CPZ), die de bal enkele jaren geleden aan het rollen bracht. ‘Een vijftal jaar geleden kwam ik tot de vaststelling dat het CPZ een structureel gebrek aan midde-len had. Bijkomend geld vra-gen aan de overheid was ech-ter – toen al – geen sinecure. Daarvoor was namelijk een wetenschappelijk onderbouwd dossier nodig dat zwart op wit aantoont dat het geld goed be-steed wordt en, meer nog, een hefboomeffect heeft.’

Om te bewijzen dat de investe-ringen van de Vlaamse over-heid in het CPZ wel degelijk een ‘return’ opleveren, was er dus nood aan een objectief wetenschappelijk onderzoek. Professor Lieven Annemans (Universiteit Gent/VUB), een vooraanstaand gezondheids-econoom, toonde zich bereid om die taak op zich te nemen. Voor de financiering van deze studie ging Luc aan vele deu-

ren aankloppen. Onder gouver-neur Guido Peleman maakte D 2170 hiervoor 30.000 j vrij uit de reserves van het district.

Eind vorig jaar werden de re-sultaten van het onderzoek bekend gemaakt. ‘In 2011 be-droegen de kosten voor de Zelfmoordlijn in het totaal 218.299 j ’, zegt CPZ-direc-trice Kirsten Pauwels. ‘Er wa-ren 5.054 oproepen, wat dus neerkomt op een gemiddelde kost van 43,19 j per contact. De vastgestelde daling van het aantal zelfdodingen – en pogingen – met 35% levert de maatschappij een veelvoud van ons budget op. Elke euro die geïnvesteerd wordt in de Zelf-moordlijn, bespaart de ziekte-verzekering drie tot tien euro. Als je ook rekening houdt met het “productiviteitsverlies” voor de maatschappij dat suï-cide met zich meebrengt, ligt het bedrag nog veel hoger. Professor Annemans becijferde de totale maatschappelijke be-sparing op minimum 5,7 en maximum 23 miljoen j.’ ‘Daar-

mee heeft het CPZ duidelijk be-wezen dat het elke euro over-heidssubsidie meer dan waard is’, aldus PDG Guido Peleman.

VrIjwILLIgersDe sleutel tot het succes ligt in grote mate bij de 85 vrijwilli-gers van de Zelfmoordlijn. Zij beantwoorden – anoniem – op-roepen van mensen die aan zelfdoding denken, maar ook van hun omgeving, nabestaan-den en huisartsen en andere hulpverleners met suïcidale patiënten. Samen met de op-roeper trachten ze de crisis te overbruggen en nieuwe per-spectieven te openen. Elke vrij-williger engageert zich om de lijn zestien uur per maand te bemannen. Dat kan trouwens van thuis uit.

De Zelfmoordlijn is 24 uur per dag en 7 dagen op 7 bereik-baar. Vijf avonden per week is er ook online permanentie, via chat. Vooral jongeren maken daarvan dankbaar gebruik. De meeste oproepers worste-len met eenzaamheid, relatio-

Professor Lieven Annemans en Kirsten Pauwels stelden de onderzoeksresultaten voor bij Rc Aalst-noord



Meer info: www.preventiezelfdoding.be. D 2170 blijft ook in de toekomst de werking van het CPZ steunen. Wilt uw club daar een steentje toe bijdragen? Neem dan contact op met Noël De Man, verantwoordelijke districtscommissie Gemeenschapsdienst, tel. 053/78.82.39, mail [email protected].

nele of maatschappelijke pro-blemen (zoals een nijpende financiële situatie, problemen met werk of studie, enz.). Vrou-wen bellen meer dan mannen: met 61,7% zijn zij ruim in de meerderheid. Bij de chat ligt dat cijfer zelfs op 77,3%. De gemiddelde leeftijd varieert van 41,7 jaar aan de telefoon tot 20,5 jaar bij de chat. Bijna 4 op de 10 oproepers deed als eens een zelfmoordpoging. ‘Vaak is de Zelfmoordlijn de eerste plek waar mensen dur-ven spreken over hun zelfdo-dingsgedachten. Een belang-rijke risicogroep vormen in dat opzicht alleenstaande ou-

dere mannen. Zij worden vaak geconfronteerd met het verlies van hun naasten, een verslech-terende gezondheid en weinig toekomstperspectieven, maar houden hun problemen veelal voor zich.’ De vrijwilligers van de Zelf-moordlijn krijgen een gedegen opleiding, persoonlijke begelei-ding door de CPZ-staf en per-manente vorming. ‘We hebben een trouwe en gemotiveerde vrijwilligersgroep’, zegt Kir-sten Pauwels. ‘Merken dat ie-mand dankzij een gesprek met jou rustiger is geworden en weer een lichtpuntje ziet, geeft dan ook veel voldoening.

Er is uiteraard wel wat verloop in ons vrijwilligersbestand. We zouden dit trouwens graag uit-breiden tot zo’n 150 mensen. Kandidaten zijn dus meer dan welkom.’

preVeNTIe 2.0‘Het CPZ omvat bovendien méér dan enkel de Zelf moord lijn’, be-nadrukt Kirsten Pauwels. ‘Zo hebben we een eigen vormings-dienst, die opleidingen biedt op het vlak van zelfdodingspre-ventie aan organisaties, bedrij-ven en instellingen. In ons do-cumentatiecentrum stellen we wetenschappelijk onderbouwde kennis omtrent dit thema te

hOe OmgAAN meT NOOdkreTeN?Als je geconfronteerd wordt met iemand die zelfdoding overweegt, kunnen onderstaande tips helpen om op de juiste manier te reageren.

WaT JE kaN DOEN:• Probeer open en rustig te praten over het verlangen om te sterven.• Probeer te begrijpen wat de persoon in kwestie beleeft en nodig hem/haar

uit tot een persoonlijk gesprek.• Je kan de omgeving rustig oproepen om zo een netwerk rond

de persoon op te bouwen.• Je kan de persoon aanmoedigen om contact te zoeken met professionele hulp:

de Zelfmoordlijn, huisarts, psycholoog, Centrum Algemeen Welzijnswerk…

WaT JE BETEr NiET DOET:• Oordelen over de persoon en het gedrag• Geluksrecepten geven• Een zedenpreek houden• Meer hulp beloven dan je in werkelijkheid kan bieden• De persoon valse hoop geven• De persoon wijzen op de ‘plicht’ om verder te leven voor de omgeving

(kinderen, partner, ouders…)Bron: CPZ

PDG Guido Peleman bedacht Luc Van Der Biest met een extra PHF

beschikking. We beantwoor-den ook geregeld vragen van studenten en journalisten. In 2009 startten we met ons pro-ject Preventie 2.0. Dat draait om het sensibiliseren van be-zoekers van sites, blogs en fora waarop zelfdodingsgedachten worden geuit. Zo bereiken we mensen nog vóór ze hulp zoe-ken. We hebben ook een soft-wareprogramma ontwikkeld voor sentimentdetectie op het internet. Zo kunnen we de op-sporing van online berichten over zelfdoding gedeeltelijk au-tomatiseren. We werken daar-naast aan een structurele con-tactmogelijkheid via e-mail. We vermoeden immers dat dit de drempel naar onze dienstver-lening voor bepaalde mensen nog aanzienlijk verlaagt.’

s.V.


o N t D e k k e N

NL Nauwelijks ben ik aan het gemeen-tehuis mijn wagen uitgestapt of ik

word al begroet door een goedlachse zes-tiger. Bernard is een gewezen apotheker met een gezonde blos, die al meer dan der-tig jaar in De Panne woont. ‘Toen ik over de Coast Greeters hoorde, was ik meteen enthousiast. Ik ontmoet graag nieuwe mensen, en het helpt me om in beweging te blijven. De meeste greeters geven een tiental rondleidingen per jaar, maar soms geef ik er drie op een maand.’ Bernard is dan ook een geboren verteller, zoals de volgende uren zal blijken.We vangen onze tocht aan langs een voor-malig schelpenfabriekje en enkele vissers-huisjes. De Panne ontstond op het einde van de 18de eeuw. Onder het Oostenrijks bewind wilde keizer Jozef II de kustvis-serij aanzwengelen. Enkele notabelen uit Veurne gaven de impuls om een ne-derzetting op te richten tussen de duinen en de zee. In de periode na de Franse Re-volutie kwam De Panne in handen van twee grootgrondbezitters: Ollevier en Bortier. Rond 1900 vertrok van hieruit al de tweede grootste vissersvloot van onze kust, met zo’n 120 boten. Alleen de Oostendse vloot was nóg groter. Omdat

COAsT greeTers eeN persOONLIjk weLkOm AAN de kusT

Bernard staelens, Coast Greeter van het eerste uur

Een ‘Tram des Tijds’ uit 1956

Het idee ontstond in New York:

plaatselijke vrijwilligers die

toeristen gratis op sleeptouw

nemen om de onbekende kanten

van hun stad te ontdekken.

Sinds begin 2012 kan het ook

aan onze kust. In elke badplaats

staan enkele Coast Greeters

klaar voor een persoonlijke

rondleiding, gekruid met tal

van weetjes en anekdotes. Wij

trokken naar De Panne voor

een ontmoeting met greeter Bernard Staelens.

er geen haven was, moesten de vissers hun platbodemschuiten telkens op het strand trekken. ‘De vissers aan de West-kust stonden bekend om hun spaarzaam-heid’, zegt Bernard. ‘Vandaar ook hun bij-naam: de “puizeschieters”. Op zee deden ze namelijk hun behoefte in een emmer of “puize”, om later met de inhoud hun ak-kertjes en tuinen te bemesten. Zo ging er niets verloren…’

TrAm des TIjdsEven verder stoten we op een tramstel uit de jaren ’50. In 1982 werd deze als een van de laatste klassieke kusttrams uit circulatie gehaald. Dankzij de vrijwilli-gers van de ‘Tram des Tijds’ kreeg hij een grondige restauratiebeurt. De vereniging onderhoudt een zevental historische tram-stellen, die geregeld van stal worden ge-haald voor een ritje over de 67 km lange kusttramlijn. Naast de stelplaats staan drie identieke villaatjes. ‘Kijk eens naar de schoorste-nen’, zegt Bernard. ‘Zwart, geel, rood – de Belgische vlag!’ Via de esplanade lo-pen we in de richting van het strand. Op deze winderige herfstdag zijn er amper toeristen te bekennen. Het verblijfstoe-


o N t D e k k e N

De esplanade met het standbeeld voor Leopold I

Pittoreske villa in de Dumontwijk

risme startte in De Panne in 1893, toen een mevrouw Teirlinck er het eerste hotel opende. Haar klanten werden met een di-ligence afgehaald aan het station in Adin-kerke. Al snel zou het toerisme een hoge vlucht nemen, zodat De Panne een stuk groter werd dan Adinkerke. ‘Tot op van-daag heerst er een zekere rivaliteit tus-sen beide gemeenschappen’, verzekert Bernard me.De esplanade wordt omzoomd door ap-partementsgebouwen uit de jaren ’70. ‘Valt je niets op?’, vraagt Bernard. Ik kan niet meteen iets bedenken. ‘Er zijn ner-gens rolluiken!’, verduidelijkt hij. ‘In die blokken zijn slechts enkele appartemen-ten permanent bewoond. De andere zijn tweede verblijven of voor vakantiever-huur. Om te beletten dat overal de luiken dichtgaan als er niemand is, heeft de ge-meente ze verboden. Anders zou hier in de wintermaanden maar een desolate sfeer heersen.’

pIer kLOeffeWe komen bij het imposante standbeeld van Leopold I. Het was immers in De Panne dat onze eerste koning, op 17 juli 1831, het Belgische grondgebied betrad. Met veel bravoure doet Bernard uit de doeken hoe een Duitse protestantse prins, die in Engeland verbleef, terechtkwam op de troon van ‘bufferstaat’ België. Ook hier wijst hij op een saillant detail: vorig jaar gingen vandalen aan de haal met ‘s ko-nings bronzen degen...

500 meter verder lopen we langs het veel bescheidener standbeeldje van volks-figuur Pier Kloeffe, officieel Petrus Decreton (1853-1939). Pier, een IJsland-vaarder, kreeg op een mooie dag het be-richt dat hij een erfenis zou krijgen van een ver familielid, dat verpleegd werd in het Brugse Groot-Begijnhof. Hij moest dus met de trein naar Brugge, in die tijd een hele onderneming. ‘s Avonds kwam hij echter stomdronken thuis. Hij had het niet aangedurfd om op de trein te stappen en had zijn geld dan maar opgedronken. Een tweede keer was hij wel in Brugge geraakt, maar de begijntjes waren hem te snel af. Ze hielden namelijk het hoofd van de stervende vast en deden hem ‘ja’ knikken toen de notaris vroeg of de er-fenis naar het Begijnhof mocht gaan. Pier kwam dus opnieuw met lege handen thuis… Vandaag is er een ambachtelijk biertje naar hem genoemd.

Aan de voet van het appartementsgebouw ‘Reine Élisabeth’ herinnert een gedenk-plaat aan het fronthospitaal dat hier tij-dens WO I gevestigd was. Onder impuls van koningin Elizabeth vormde kolonel-dokter Antoine Depage het hotel L’Océan in december 1914 op enkele weken tijd om

tot een Rode Kruis-hospitaal. Aanvanke-lijk telde het ziekenhuis 200 bedden, maar de capaciteit werd geleidelijk opgetrokken tot het tienvoudige. Naar schatting wer-den hier gedurende de oorlog zo’n 20.000 geallieerde militairen en 7.000 burgers verzorgd. De koningin zou zelf af en toe een handje hebben toegestoken in het operatiekwartier. Er was zelfs een atelier waar houten armen en benen werden ver-vaardigd, want maar al te vaak moesten de dokters ledematen amputeren.

smOkkeLVerhALeNVia de Nieuwpoortlaan – destijds bekend als de Mosselstraat – stappen we in de richting van de Dumontwijk. ‘Vroeger ron-selden de vele restaurantjes hier nog klan-ten op straat. De prijs van de mosselen op de kaart werd bepaald door één vrouw: de zaakvoerster van La Bonne Assiette.’

Vooraleer we de pittoreske Dumontwijk verkennen, drinken we een glas in het sfeervolle Parkhotel. Bernard heeft mooie herinneringen aan deze plek, want inder-tijd vond hier zijn bruiloftsfeest plaats. Bij een Westmalle Tripel passeren een aan-tal familieverhalen de revue. De smokkel-avonturen van Bernards schoonvader lij-ken wel uit een schelmenroman geplukt. Ook de gemeentepolitiek en de evolutie van de vastgoedprijzen worden deskun-dig becommentarieerd.

Een halfuurtje later lopen we door de ar-chitectonische parel van De Panne. Toen rond 1892 de Zeelaan werd aangelegd, die het centrum met het strand verbindt, omzeilde die met een sierlijke bocht de Kykhillduin. Onder leiding van architect Albert Dumont werd dit gebied rond de eeuwwisseling geürbaniseerd, zij het met veel respect voor het natuurlijke duinre-liëf. Dumont liet elegante, landelijke cot-

tages optrekken die bijzonder in de smaak vielen van de toenmalige bourgeoisie. Ze dragen namen als L’Abri, Sans Souci, Diane of Zeesymphony. Ook na WO I wordt deze cottagestijl verder toegepast, maar stilaan krijgt ook het modernisme voet aan de grond. Dat combineert een functionele vormgeving met platte da-ken, afgeronde hoeken en doorlopende raampartijen met het gebruik van beton, kleurrijke tegels en sierbakstenen. Sinds 1995 is de Dumontwijk, meer dan terecht, beschermd als stadsgezicht. Een prach-tige afsluiter van een inspirerende wande-ling, met warmte en enthousiasme bege-leid door een bijzondere Greeter – zoveel méér dan alleen maar een gids…

steven Vermeylen

Wilt u ook een kustgemeente ontdekken door de ogen van een Belgian Coast Greeter? Maak dan (liefst een tweetal weken op voorhand) een afspraak via www.belgiancoastgreeters.com. De Greeters verwelkomen individuele personen, koppels, gezinnen of groepjes van maximum zes mensen. Hun diensten zijn volledig gratis.


V o y a g e

fr Bref, le randonneur occasionnel et prudent, adepte d’un sport distillé à

faibles doses, se demandera : n’existe-t-il pas une alternative moins éprouvante que le Tour du Mont Blanc ? La réponse est simple : optez pour une version allégée en privilégiant la portion du parcours sans doute la plus spectaculaire, celle qui relie la commune italienne de Courmayeur au Col du Grand Ferret. Vous aurez ainsi tout le loisir d’admirer le versant sud du massif.

uN mur quI VOus TrANspOrTeDe Courmayeur, le sentier grimpe jusqu’au refuge Bertone puis remonte tout le Val Ferret. Ce chemin à mi-pente, sorte de corniche parallèle à la vallée, est

un véritable balcon panoramique sur la chaîne montagneuse : du sommet du Mont Blanc, toit de l’Europe (4.810 m) au Mont Dolent, qui marque la frontière entre l’Ita-lie, la France et la Suisse, en passant par la Dent du Géant et les Grandes Jorasses entre autres, le randonneur tutoie un vé-ritable mur de granit aux nuances rouge/brun, typiques de ce versant sud. Un mur dont la beauté majestueuse, loin de vous écraser, vous élève vers des sommets d’es-thétisme insoupçonnés. On parvient en-suite au refuge Bonatti, puis au refuge Elena, non loin du col du Grand Ferret et de la frontière suisse. Il y a toujours la possibilité d’interrompre le périple et de redescendre dans la vallée, où un bus vous ramènera à Courmayeur. La société

VAL d’AOsTerANdONNées sOus Le regArd des géANTs des ALpes

Le Tour du Mont Blanc est un

itinéraire spectaculaire qui offre

au randonneur des panoramas

uniques et très variés sur la

chaîne la plus élevée d’Europe :

parois rocheuses abruptes,

glaciers imposants, longues

moraines glaciaires, pâturages…

Cela dit, le parcours s’étend sur

presque 200 km et exige donc

une bonne condition physique,

voire une aptitude à l’endurance.

Il faut également être prêt à

dormir dans des refuges – parfois

quelque peu austères – durant

une bonne dizaine de jours…

notre guide Raimondo, avec Courmayeur à ses pieds

Vue sur les Grandes Jorasses, non loin du refuge Bertone


V o y a g e

gérant les transports en commun dans le Val d’Aoste est la SAVDA (www.savda.it).

Le point de départ de notre randon-née est donc la commune italienne de Courmayeur – un peu moins de 3.000 habitants – dont le territoire englobe, conjointement avec celui de Chamonix (France), le sommet du Mont Blanc, ce qui en fait la commune la plus élevée d’Europe occidentale. Via le chemin du Val Sapin, nous prenons peu à peu de la hauteur, avant d’emprunter un sentier plus boisé… et plus escarpé. L’occasion de découvrir les premières fleurs alpestres, parmi lesquelles figurent de nombreuses variétés d’orchidées. La flore est protégée, il n’est en principe pas permis de cueillir des échantillons. L’orchidée pourpre ni-gritella, aussi dénommée fleur-vanille, a des senteurs enivrantes de chocolat. Plus haut, nous verrons également de beaux spécimens d’edelweiss (stella alpina), de gentiane au bleu profond et d’armoise, avec laquelle est fabriquée le génépi, cé-lèbre liqueur locale. On recense plus de 3.000 variétés de fleurs dans les Alpes !

NI bruIT NI sOuILLureJuste avant le refuge Bertone (1.989 m), nous faisons un petit détour afin d’admi-rer une première fois la fameuse façade de la chaîne du Mont Blanc. Les pics, ai-guilles et autres sommets se présentent à nous sous leur meilleur profil, la vue est véritablement époustouflante… d’autant que le silence presqu’absolu – un concept surréaliste pour le citadin que je suis ! – vient souligner la magnificence de l’en-droit. Autre changement radical pour tout qui est habitué à arpenter les rues ani-mées de nos villes : la propreté des lieux. Tout au long de notre périple, nous ne ver-rons pas le moindre déchet jonchant le sol, à peine l’un ou l’autre mégot de ciga-rette… soigneusement ramassé par notre guide. Visiblement, les gens qui viennent

ici respectent le magnifique écrin dans le-quel ils ont la chance de se balader. Il est vrai aussi que nous sommes loin du tou-risme de masse sévissant dans bien des endroits du globe.

Le refuge (www.rifugiobertone.it), construit il y a une trentaine d’années, offre lui aussi quelques jolis panoramas, notamment une vue imprenable sur le Mont Chétif. Les chambres et les dortoirs sont plutôt rustiques, mais ce que l’on demande avant tout, c’est un lit confor-table… et c’est le cas. La cuisine, robo-rative, propose bien entendu des plats typiques de la région. En premier lieu, l’incontournable polenta, sorte de galette à base de farine de maïs que l’on accom-mode un peu selon son humeur. Disons-le tout net : cette bouillie plutôt fadasse ne fait pas partie de nos meilleurs souvenirs gastronomiques. Heureusement, le Val d’Aoste a bien d’autres atouts pour réjouir nos papilles. Ainsi, la fontina, le plus cé-lèbre fromage du coin, recèle une large gamme de saveurs dépendant de la nour-riture donnée aux vaches (fourrage vert ou foin) et, surtout, du degré d’affinage.

Au refuge Bertone, vous aurez peut-être la chance de croiser Renzo Cosson, petit bonhomme discret pourtant considéré comme le ‘pape’ des guides alpins, car il a vaincu à peu près tous les hauts som-mets de la planète. Il a aussi participé à de nombreuses missions de sauvetage. Dans son dialecte, il nous explique avec des mots simples et justes que l’amour de la montagne le pousse perpétuellement vers l’humilité et l’humanisme. Nul besoin d’être bilingue pour le comprendre : le patois valdôtain présente de nombreuses affinités avec le français. Et d’ailleurs, le Val d’Aoste, région autonome à statut spécial, connaît aujourd’hui encore deux langues officielles : l’italien et le français. Le valdôtain, lui, est reconnu au niveau

local et enseigné jusqu’à l’école primaire. Rappelons que la région fit longtemps partie des États de Savoie avant d’être in-tégrée à l’Italie au moment de l’unification du pays (1860).

frANCOphILes, mA NON TrOppOLorsque vous discutez avec les gens, nom-breux sont ceux qui vous avouent se sen-tir aussi proches de la culture française que de l’italienne, même si la langue de Voltaire perd du terrain depuis la fin de la Seconde Guerre mondiale, et même depuis l’époque de Mussolini, qui a fait subir à la région un régime d’italianisa-tion à outrance. Ainsi, on entend parfois dire : ‘Si l’on organisait un référendum sur la question, je suis sûr que nous vote-rions en majorité pour un rattachement à la France.’ Principalement parce que les Valdôtains se montrent très sévères en-vers les hommes politiques italiens, qu’ils jugent inefficaces et malhonnêtes. Mais lorsqu’on leur demande : ‘Et en football, qui supportez-vous ? La France ou l’Ita-lie ?’ – ‘Eh ! Les Azzurri, bien sûr !’ La francophilie a ses limites.

Du refuge Bertone, vous pouvez emprun-ter la fameuse corniche pour rejoindre le refuge Bonatti (2.025 m). Une alternative

La ‘grande descente’ vers le refuge Bonatti

Le Val Veny

Appétissant hors d’œuvre valdôtain


V o y a g e

intéressante – et un peu plus sportive – consiste à emprunter le Mont de la Saxe, puis à passer la Tête Bernarde, la Tête de la Tronche (2.581 m, point culminant de notre randonnée), le Col Sapin et le Col Entre deux Sauts, pour redescendre enfin en empruntant le Vallon de Malatra. Cette variante, petite entorse à l’itinéraire clas-sique, s’avère payante, tant les paysages et les reliefs varient au fil du chemin. Provisoirement, nous perdons de vue le Mont Blanc au profit d’un décor de val-lées et de combes vertes tout en rondeur. Ici, la roche est beaucoup plus friable, on est loin du granit qui donne à la chaîne du Mont Blanc son aspect compact, rude et découpé. La nature du sol – schisteux, donc plus tendre – explique pourquoi, de ce côté-ci de la vallée, on culmine à un peu moins de 3.000 m alors que de l’autre côté, la roche plutonique qui s’est élevée suite au choc des plaques tectoniques ne s’est jamais effritée et continue, hiératique, à tutoyer les 5.000 m.

Peu avant l’arrivée au refuge Bonatti, nous apercevons quelques sympathiques marmottes. Nous voyant arriver, elles sifflent pour donner l’alerte à leurs congé-nères, qui vont se réfugier dans leurs ter-riers. Ceux-ci pullulent le long des che-mins. Durant notre périple, nous aurons la chance de rencontrer également des bouquetins, des chamois, des oiseaux de proie… et de grosses fourmis de près d’un centimètre de long (par contre, pas l’ombre d’un loup ou d’un ours…).

Le refuge Bonatti – du nom du célèbre al-piniste, guide de haute montagne, journa-liste et photographe italien Walter Bonatti – est un chalet moderne et accueillant (www.rifugiobonatti.it). Nous y dégus-terons notamment une savoureuse seu-petta à la valpelleunèntse (soupe à base de chou vert et de fontina), de la charcute-rie locale (mocetta : viande de chamois sa-lée et séchée), ainsi que des châtaignes au miel. Côté vin, la Vallée d’Aoste n’est pas

en reste et peut se targuer de quelques appellations renommées : V.A. Enfer d’Ar-vier, V.A. Fumin, V.A. Gamay, V.A. Torette (cépage mayolet), etc.

Le lendemain, nous redescendons genti-ment vers la vallée, en direction du ha-meau d’Arnouvaz, terminus du bus qui nous ramènera à Courmayeur. Promenade en pente douce, avec deux ou trois gués à franchir, et qui nous permet de faire connaissance avec quelques beaux spé-cimens de ruminants alpestres. Deux d’entre eux nous feront même l’hon-neur d’engager un semblant de duel. À Arnouvaz, nous faisons étape au Chalet Val Ferret pour nous restaurer avec un délicieux fricandeau (noix de veau aux oi-gnons, romarin et vin blanc).

quANd L’IrLANde jOuxTe LA LuNeUne fois de retour à Courmayeur, il est judicieux d’envisager une visite du gla-cier du Miage, situé à une dizaine de ki-

Le lac de Combal, aujourd’hui comblé : des allures de paysage irlandais

Bouquetins sur la moraine du glacier du Miage La partie inférieure du glacier, d’aspect crépusculaire


V o y a g e

Comment y aller ?

en voiture : 865 km depuis Bruxelles. Le val d’aoste est facilement accessible via la France – Chamonix et Tunnel du Mont Blanc ou Col du Petit Saint-Bernard (uniquement en été) – ou via l’allemagne et la Suisse – Martigny et Tunnel du Grand Saint-Bernard ou Col du Grand Saint-Bernard (uniquement en été). info sur les tunnels (péage, consignes de sécurité…) : www.tunnelmb.net et www.letunnel.com.en avion : avec Brussels airlines jusque Genève (97 km de Courmayeur), Milan (222 km) ou Turin (157 km). avec easyjet jusque Genève ou Milan. avec ryanair jusque Turin. info : www.brusselsairlines.com, www.easyjet.com, www.ryanair.com.en train : de Bruxelles-Midi à Turin, puis correspondance pour aoste via Chivasso. De Bruxelles-Midi à Chamonix, puis correspondance en bus pour Courmayeur ou aoste. info : www.belgianrail.be, tél. 070 79 79 79.

lomètres de là. Le Miage débouche dans le Val Veny, qu’il barre par la moraine de la Visaille en formant le lac de Combal, aujourd’hui pratiquement asséché. C’est le plus vaste glacier valdôtain : il me-sure plus de dix kilomètres de long. Sa partie inférieure est entièrement recou-verte de débris rocheux, lui donnant sa couleur sombre et son aspect crépuscu-laire, lunaire. Ici, la végétation ne pousse pas. Mais de l’autre côté de la moraine, le site du lac de Combal est vert comme un paysage irlandais ! Saisissants contrastes naturels distants d’à peine quelques cen-taines de mètres…

Si vous êtes en voiture, rien ne vous oblige à rester dans les environs de Courmayeur : avec ses 3.263 km2 bien aérés, le Val d’Aoste propose une multi-tude d’itinéraires de randonnées ; vous en trouverez donc forcément à votre goût. Un exemple parmi d’autres : la région de Valtournenche et de Breuil-Cervinia, deux villages situés à proximité du pyramidal Mont Cervin. Non seulement les balades y sont bucoliques, mais vous pouvez égale-

ment décider de prendre de la hauteur et, par le téléphérique, rejoindre le Plateau Rosa (3.480 m), qui vient chatouiller les pieds de l’imposant Cervin, culminant encore 1.000 mètres plus haut. Autour du Plateau Rosa – ça y est, vous êtes passé en Suisse ! – s’étendent les pistes de ski. Si vous n’êtes guère friand de sport de glisse, rendez-vous donc au seul restau-rant du coin, à cent mètres du téléphé-rique. La cuisine y est simple mais savou-reuse, et vous pourrez profiter d’un repas convivial sur la terrasse, à l’abri du vent.

Valtournenche en contrebas

En direction de Breuil-Cervinia…

La pyramide du Mont Cervin se reflète dans un étang du Plateau Rosa

Pour peu que le soleil soit de la partie, vous jouirez d’un panorama époustouflant et passerez un moment idyllique, loin de vos contraintes habituelles. C’est ça, le Val d’Aoste : un grand bol d’air frais pour se ressourcer au calme, dans un écrin natu-rel unique !

Denis Crepin

info : www.lovevda.it


e x P o

museum kAzerNe dOssIN: VAN dIsCrImINATIe TOT geNOCIde‘Een burgerplicht’ noemde

Patrick Dewael een bezoek

aan het nieuwe museum

Kazerne Dossin in Mechelen.

Als minister-president nam

hij in 2001 het initiatief voor

dit museaal project, waarin

Holocaust en mensenrechten

centraal staan. Na bijna twaalf

jaar gingen begin december de

deuren open.

De 18de-eeuwse Dossinkazerne heeft een centrale plaats in de geschiedenis van de jodenvervolging in ons land. Van hieruit werden tijdens de Tweede Wereldoorlog 25.482 joden en 352 zigeuners naar het vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau gedeporteerd. De kazerne werd in de jaren ’80 omge-bouwd tot een appartementencomplex. Het bescheiden Joods Museum voor Deportatie en Verzet, dat er ook onderdak vond, is nu omgevormd tot een Memoriaal, een serene plaats van herinnering en bezinning. Naast de kazerne verrees een opvallende nieuwbouw van de hand van architect bOb Van Reeth. Het massieve, monolithische gebouw staat op de plaats waar eertijds de Duitse officieren verbleven, en is een nieuw baken in het Mechelse stadsgezicht. De ramen aan de voorkant zijn dichtge-metseld met zo’n 25.000 stenen – wat ver-wijst naar het aantal mensen dat hier tij-dens de 28 deportaties op de trein werd gezet. ‘Intense afwezigheid’ is het centrale idee waarop Van Reeth zich inspireerde, en dat straalt het gebouw ook uit. Het museum wil niet enkel terugblikken maar het verleden expliciet verbinden met het heden. De geschiedenis van de Holocaust wordt dan ook op tal van ma-nieren gelinkt met andere, actuele men-senrechtenkwesties. Curator Herman Van Goethem (Universiteit Antwerpen) verwerkte hedendaagse fenomenen als racisme, discriminatie, groepsgeweld en genocide in het tentoonstellingspar-cours. Hij bekijkt welke mechanismen een rol spelen, welke vormen het geweld kan aannemen en hoe we ons als maat-schappij in deze context weerbaar kun-nen opstellen. Het museum koestert ove-rigens het plan om tweejaarlijks een groot vredessymposium te houden.

zONdebOkEen inleidend filmpje laat zien hoe de jo-den eeuwenlang een geliefde zondebok waren voor allerlei maatschappelijke pro-blemen. Ook de opkomst van het nazisme wordt hier kort geschetst. ‘Schoolgroepen vormen de meerderheid van onze bezoe-kers’, licht Herman Van Goethem toe. ‘Daarom heb ik gekozen voor een vrij di-dactische, chronologische benadering.’ De tentoonstelling zelf opent met een ver-rassend beeld, heel herkenbaar voor het jonge doelpubliek. Een reusachtige foto toont een extatische massa jongeren op het muziekfestival Tomorrowland, in het nabijgelegen Boom. Het begrip ‘massa’ is dan ook het vertrekpunt in dit verhaal. De massa die opzweept, meesleept, begees-tert en ongelofelijke krachten laat vrijko-men. Maar ook de massa die door een dic-tatuur kan worden omgesmeed tot een machtig politiek projectiel. De vraag hoe een staat omgaat met diver-siteit, wordt hier toegespitst op de om-gang met joden en zigeuners in België, in

de jaren ’20 en ’30. Aan het eind van de jaren ’30 leven in ons land zo’n 75.000 jo-den, voor 90% immigranten en vluchte-lingen uit Oost-Europa en Duitsland. ‘Een kleine bovenlaag buiten beschouwing ge-laten, waren dit vooral arme mensen’, zegt professor Van Goethem. ‘Hun socio-eco-nomische situatie is vergelijkbaar met die van hedendaagse vluchtelingen en immi-granten in ons land. Stadswijken waar nu veel Turken en Marokkanen wonen, wa-ren in die periode trouwens vaak joodse wijken.’ De Belgische overheid staat vrij terughoudend tegenover deze migratie-golf. In 1938 worden nieuwe immigranten opgenomen in vluchtelingenkampen, een jaar later gaan de grenzen helemaal dicht. In kranten als Gazet van Antwerpen en La Libre Belgique verschijnen antisemitische spotprenten. Na mei 1940 stuikt de recht-staat helemaal in mekaar.

defAITIsmeIn oktober 1940 beslist het Duitse mili-taire bestuur dat alle joden op Belgisch


Het nieuwe museumgebouw, symbool van ‘intense afwezigheid’


e x P o

De aanpak en thematiek van dit nieuwe Vlaamse vredesmuseum maken het bijzonder interessant en geschikt voor schoolbezoeken. Gezien de tentoonstelling enkele zeer aangrijpende beelden bevat – vooral in het slotgedeelte – is hij vooral geschikt voor middelbare scholieren. Vanaf maart 2013 voorziet de educatieve dienst aangepaste lessenpakketten. Het groepstarief voor jongeren bedraagt slechts 1 euro, maar het busvervoer kan veel scholen voor problemen stellen. Door de maximumfactuur mogen zij de ouders immers maar een beperkt bedrag aanrekenen voor buitenschoolse activiteiten. Dit vervoer (een kost van enkele honderden euro) zou dus een uitgelezen sponsoropportuniteit kunnen zijn voor uw Rotaryclub! Uiteraard kunt u ook voor uw club zelf een geleid bezoek aanvragen.

eN rOTAry?

grondgebied geregistreerd moeten wor-den. ‘Daarmee wordt de val opengezet’, zegt Van Goethem. ‘Voor het grootste deel voert de Belgische ambtenarij deze maat-regel – die indruist tegen het internatio-nale recht – gewillig uit. Er heerst een al-gemene sfeer van defaitisme. Na de verpletterende Duitse overwinning ziet het er immers naar uit dat het Derde Rijk oppermachtig zal blijven. De Nieuwe Orde lijkt gevestigd. Sommige plaatselijke be-sturen doen trouwens wel érg hun best om van de registratie een succes te maken.’Aan de hand van onder meer foto’s, steek-

kaarten en aanplakbiljetten wordt alles concreet gemaakt. Wat de opeenvolgende administratieve maatregelen voor de jo-den zelf betekenden, komen we aan de weet via vijf videogetuigenissen uit de eerste hand. De verhalen van deze overle-venden lopen verder als een rode draad door de tentoonstelling. Her en der staan ook interactieve multimediaschermen, waarop je alle details kan opzoeken over het jodenregister, de deportaties en de kampen.

pOëzIeALbumIn 1941-42 worden de acties tegen de jo-den een stuk grimmiger. Hun bedrijven worden geliquideerd, hun bankrekenin-gen geblokkeerd en hun bezittingen niet zelden ingepikt. Mede door de toene-mende propaganda, komt het op paas-maandag ’41 in Antwerpen tot een po-grom in de joodse buurt. In de zomer van 1942 beginnen de razzia’s en deportaties, soms met medewerking van de Belgische politie. De bezetter laat uitschijnen dat de weggevoerden naar werkkampen worden gebracht, maar hun behandeling laat het ergste vermoeden. Dit klimaat van angst staat centraal op de tweede verdieping. De 25 verhalen die je hier via een audiogids kunt horen, illustreren het toenemende geweld. Hartverscheurend is bijvoorbeeld het verhaal van een achtjarig meisje, dat in haar bagage voor Auschwitz haar schoolrapport had gestopt, ‘zodat ze er in de juiste klas zou terechtkomen’. Ook het

sombere, wereldwijze gedicht dat de 12-ja-rige Jacob Jalowiec in het poëziealbum van zijn zusje schreef, blijft lang nazinde-ren. Diverse vormen van collaboratie en verzet komen hier eveneens aan bod.

ONTsNAppeN Of sTerVeNDe derde verdieping gaat in op het lot van de joden en zigeuners vanaf hun gedwon-gen verblijf in de Dossinkazerne. Tussen juli 1942 en september 1944 vertrekken van hieruit 28 treintransporten naar Auschwitz-Birkenau. Voor eind oktober 1942 zijn zo al ongeveer 18.000 mensen weggevoerd. Daarna duurt het steeds lan-ger om de transporten te vullen en verblij-ven de slachtoffers soms maanden in de kazerne. Sturmbannführer Philip Schmitt voert er een terreurbewind. Vlaamse SS’ers helpen bij de bewaking. Tijdens de rit – vanaf april 1943 in beestenwagens – proberen bijna 600 mensen te ontsnap-pen. 31 van hen worden neergeschoten, 232 later weer opgepakt. ‘Na den door-tocht van den trein worden zoowat overal lijken langs het spoor gevonden’, lezen we in een rapport van de NMBS. Op 19 april 1943 slagen enkele verzetslui erin om de jodentrein ter hoogte van Boortmeerbeek te doen stoppen. Ze kunnen één wagon openen en 115 mensen laten ontsnappen.Twee derden van de joden worden bij aan-komst in Auschwitz meteen vergast. De anderen moeten slavenarbeid verrichten, vaak tot ze eraan bezwijken. Amper 5% van de gedeporteerden overleeft de oor-logsgruwel. In het totaal zal ongeveer 55% van de joden in België de oorlog over-leven. Onder hen zo’n 15.000 onderdui-kers, gesteund door Belgische verzetsnet-werken en gewone burgers. Bijvoorbeeld Malvine Löwenwirth en haar echtgenoot Kopel Brandstätter wisten zo te overleven. Ondanks alle verschrikkingen eindigt het tentoonstellingsparcours met een hoopvol beeld: een foto van Malvine uit 1946, met haar pasgeboren dochtertje op de arm...

s.V.


Het museumparcours vertelt het verhaal van de Holocaust vanuit Belgisch perspectief

Meer info: www.dossinkazerne.com


OpTImIsme eT CONfIANCe, deux deNrées ImmATérIeLLes CApITALes

fr Alors que les crises se succèdent et continueront

à se succéder, nous sommes, après l’optimisme des Trente Glorieuses, passés au pessi-misme. Pourtant, comme l’écrit Christiane Collange : ‘Tout bien réfléchi, le monde de l’an 2000 n’est pas si original par rapport à celui où nous avons passé notre enfance : trop de guerres (comme dans notre enfance), trop de scandales politico-fi-nanciers (comme dans notre enfance), trop de misère (comme dans notre enfance), de plus en plus de confort, de voi-tures et de téléphones (déjà comme dans notre enfance).

Ceux qui prédisaient le meil-leur ou le pire des mondes exa-géraient, exagèrent toujours. Certes le progrès technique a fait des victimes, mais il a aussi amélioré le sort d’énormément de gens.’

J’ajouterai que si, dans nos pays, après une croissance continue, nous connaissons certains freinages, ce n’est pas parce que cela va un peu moins bien que cela va mal. À l’écoute des médias, il semble cepen-dant que la majorité des nou-velles aient une connotation catastrophiste, ce qui contri-bue à renforcer le pessimisme ambiant et provoque une crise de confiance sans précédent,

ébranlant l’économie mondiale.Ce qui a mani festement changé, c’est la difficulté de l’humain à se projeter dans le futur. En matière indus-trielle, on admettait dans le passé que le long terme s’éta-blissait à quinze ou vingt ans. Aujourd’hui, dès que l’on passe les deux années, la perspective nous engage dans le domaine du flou et du hasard.

Les colloques où l’on discute et recherche des idées et des moyens pour sortir de la crise (ou plutôt des crises à répéti-tion) sont nombreux. Les res-ponsables y sont montrés du

doigt et la création d’emplois est citée comme chantier prio-ritaire. Malheureusement, les questions fondamentales, qualifiées de philosophiques par les experts, sont rarement posées.

Je ne développerai pas les questions essentielles de la sa-tisfaction des besoins de l’être humain et de la recherche du sens, mais consacrerai l’es-sentiel de mes réf lexions à l’approche qui, dans nos pays, est encore considérée comme un objectif majeur, à savoir la lutte contre le chômage et la création d’emplois. Il faut tou-tefois rappeler que, contraire-ment à ce que prétendent les

slogans, celle-ci n’est pas une fin en soi mais bien la résul-tante de la satisfaction des be-soins des populations.

Aujourd’hui, face aux incerti-tudes, aux discours alarmistes et à l’avalanche d’informations négatives (catastrophes na-turelles, dérèglement du cli-mat, augmentation des prix des matières premières et des denrées alimentaires, crises financières, insurrections, fa-mines, augmentation du chô-mage…), le consommateur dé-boussolé a perdu la confiance. Or, sans elle, la consommation diminue, avec comme résultat

une baisse de l’emploi. Sans confiance, il n’y a pas de dé-veloppement économique et social. Elle est un facteur im-matériel au moins aussi im-portant que les ressources naturelles, le capital et le travail.

Nous savons aujourd’hui que notre modèle de croissance, dépendant de la consomma-tion, a ses limites et que sans révision de nos systèmes éco-nomiques basés sur cette croissance, l’emploi y restera lié. Il faudra alors continuer à vivre avec les incertitudes, les crises multiples, et adapter nos comportements.

L’emploi des jeunes est consi-déré comme une priorité mais cette jeunesse, face aux diffi-cultés d’accès au travail, est insatisfaite. Elle affiche son mal-être, que la génération di-rigeante et les parents ne par-viennent pas à solutionner.

Alors que le travail était le moyen par lequel l’homme accède à son indépendance, à son épanouissement, et par lequel il développe sa créa-tivité, il est aujourd’hui un concept politico-social enca-dré par l’État, chasse gardée des syndicats ultra-protégés qui le contrôlent. Résultat : il

est devenu bien trop compli-qué et trop coûteux de travail-ler librement. Malgré les dis-cours et les actions en faveur de la création d’entreprises et donc d’emplois, de moins en moins de personnes peuvent et veulent offrir du travail. L’on sait aujourd’hui que la très large majorité des jobs sont localisés dans les PME de taille humaine et non pas dans les grandes entreprises qui font la une de l’actualité. Malheureusement pour les PME, les discours des autori-tés qui les flattent et la réalité sont différents.

Le problème vient surtout du fait que les législateurs qui

r É f l e x I o N

‘ Sans confiance, rien n’est possible.’ Dalaï-lama

En 1997, le Letzebuerger Wort publiait l’un de mes articles

sous le titre ‘L’optimisme n’est pas une maladie’, titre inspiré de

l’ouvrage Toi, mon senior de l’écrivaine Christiane Collange.

Son message et son engagement avaient comme objectif de nous persuader qu’il dépend de nous que

notre avenir soit à moitié plein ou aux trois quarts vide…


r É f l e x I o N

décident des règles du jeu économique ont rarement été confrontés aux vrais pro-blèmes des entreprises. Ils sont souvent issus d’organisations ayant une vision très adminis-trative et même parfois revan-charde du monde. Avec une vo-lonté militante de bien faire, et une obsession du contrôle, ils finissent par étouffer les initia-tives, voire même par les tuer.

Faut-il rappeler que sans en-trepreneurs, il n’y a pas d’en-treprises et pas de progrès économique ? Il ne faudra ce-pendant pas négliger les ré-flexions sur le sens et les finali-tés à long terme de l’économie, qui est de servir la collectivité et le bien-être des citoyens. La notion de ‘Bonheur National Brut’ (BNB) repose sur quatre principes fondamentaux : le développement économique et la croissance, en retenant que celle-ci n’est pas une fin en soi, elle doit permettre l’améliora-tion de la vie de tous ; la pro-motion de la culture ; la pro-tection de l’environnement et l’utilisation durable des res-sources ; une gouvernance res-ponsable et éthique.

En résumé, la notion de BNB doit remplacer celle du PIB.Dans l’article paru en 1997, j’écrivais que, régulièrement et souvent avec une note de re-proche, l’on me qualifiait d’op-timiste parce que je n’accepte pas de partager les angoisses et les pensées négatives de la société. Aujourd’hui, je reste d’une nature optimiste teintée d’une bonne dose de réalisme. Je préfère cela au tempérament du pessimiste, qui est malheu-reux. Mais il semble que l’es-poir et avoir un bon moral ne soient plus à la mode. Le suc-cès de l’ouvrage L’horreur éco-nomique (Viviane Forester) confirme cet état de fait. Heu-reusement, dans Ce monde qui nous attend, l’auteur Erik Izraelewicz, en traitant de nos problèmes d’une manière réa-liste et positive, redresse les nombreuses lacunes et omis-sions du livre précédent.

Pourquoi faudrait-il se sen-tir coupable chaque fois qu’on évoque un fait constructif, un

progrès et la confiance dans le futur et les générations à ve-nir ? Arrêtons de cultiver le pessimisme et la mélancolie ! Rétablissons la confiance, pro-pageons l’envie de trouver des solutions pour se sortir des difficultés personnelles et col-lectives ! Car comme l’écrivait Raymond Barre, la confiance est la clé des relations sociales, la clé de la réussite individuelle et collective, la clé de la survie de la nation.

Les chefs d’entreprises, surtout des PME, devront être encou-ragés à prendre des risques et à mettre leurs forces au ser-vice de notre avenir commun, sans se laisser contaminer par le pessimisme ambiant. Pour illustrer mes propos, je citerai encore une fois Chris-tiane Collange : ‘Quand j’étais petite, mon papa me racontait

toujours l’histoire des deux petites souris, tombées dans un grand bol de crème. Toutes deux se mettent à nager, cepen-dant bien vite, elles se rendent compte que le rebord est trop haut ; impossible de sortir du bol. La première petite sou-ris perd l’espoir. Elle cesse de nager et se noie. L’autre continue à remuer ses petites pattes pour maintenir sa tête à la surface. Tout à coup, au bord de l’épuisement, elle sent quelque chose de dur. À force de battre la crème, elle a formé du beurre. Elle grimpe sur la motte et sort du bol, vivante !’‘Les adultes ne devraient pas seulement raconter souvent cette histoire aux enfants, mais se la répéter chaque soir en s’endormant. Jamais notre société en mutation n’a eu au-tant besoin de petites souris baratteuses.’

Notre optimisme ne doit tou-tefois pas nous empêcher de réfléchir et d’agir pour inciter nos responsables politiques à rechercher de bonnes solu-tions à nos problèmes, actuels et futurs.

Ne nous laissons pas domi-ner par l’anxiété, développons notre enthousiasme et l’esprit d’entreprendre qui, avec en plus une bonne dose d’opti-misme, contribuera au progrès économique et à l’édification d’un monde meilleur.

DGE 1630 Norbert Friob


I N t e r l a N D e N C o M I t É

ILC beLgIë/Luxemburg-

rusLANd zIeT

LeVeNsLIChT IN berLIjN

NAIssANCe à berLIN d’uN CIp beLgIque/LuxembOurg-russIe

NL Via Interlandencomités of ILC’s zet-ten Rotariërs uit verschillende lan-

den zich in om samen haalbare, meetbare en duurzame resultaten te halen binnen de zes prioritaire actiedomeinen van RI. Daarmee willen ze geenszins de concur-rentie aangaan met clubprojecten. Door hun internationale vertakking vergemak-kelijken zij daarentegen de contacten van club tot club en van district tot district. Zij kunnen als katalysator dienen voor cultu-rele uitwisselingen, gemeenschapsacties en de uitwerking van wereldtoelagen.

Hoewel de ILC’s geen officieel RI-pro-gramma vormen, genieten zij de volle steun van onze organisatie. Het recente Vredesforum in Berlijn, van 30 november tot 2 december jongstleden, besteedde trouwens veel aandacht aan de ILC-acties om volkeren dichter bij elkaar te brengen en te vechten tegen vooroordelen.

Alles begon met een ‘Frans-Duits Comité’, dat in 1931 werd opgericht door Rc Wien en Rc Paris. Onder het naziregime werd dit in 1937 opgedoekt. In 1950 ging het in Straatsburg opnieuw van start, als ILC Frankrijk-Duitsland. Sindsdien zijn er 251 ILC’s gesticht, waarvan het laatste op 30 november in Berlijn: het ILC België/Luxemburg-Rusland.

De ondertekening van de oprichtingsakte bezegelt meer dan twee jaar vriendschap-pelijke contacten tussen Rotariërs uit de

verschillende betrokken districten (1620, 1630, 2170, 2220 en 2225). De eerste ont-moeting vond in oktober 2010 plaats in Sint-Petersburg, bij de twintigste ver-jaardag van de plaatselijke Rotaryclub. Die werd bijgewoond door een twintigtal Rotariërs uit onze districten. Er werden hartelijke contacten gelegd en we spraken af die verder te onderhouden. In novem-ber 2011 mochten we in onze districten een Russische delegatie ontvangen. Drie maanden later trotseerden enkele vrienden de Russische winter voor een rondreis van een week door de Gouden Ring, een toeris-tisch aantrekkelijk gebied in het centrum en noordoosten van Rusland. Na deze on-vergetelijke reis, waarbij de koude buiten-temperaturen ruimschoots werden gecom-penseerd met menselijke warmte, waren de vriendschapsbanden sterk genoeg om te kunnen denken aan gemeenschappe-lijke acties in het kader van een ILC.

Dat ILC is nu dus werkelijkheid geworden en de eerste projecten dienen zich al aan. Volgende zomer zal in D 1630 namelijk voor het eerst een HEP-uitwisseling georgani-seerd worden voor jongeren uit Rusland, Oekraïne en Georgië. Zij zijn te gast bij Rc Turnhout, Rc Hoogstraten-Kempen, Rc Houthalen Midden-Limburg en Rc Zonho-ven. D 2170 zal dit voorbeeld volgen en we hopen dat ook D 1620 zich hierbij aansluit.

Daarnaast willen we ook een prachtig project van Rc Moscow-East steunen, dat

via theater de integratie van gehandicapte kinderen wil bevorderen. De zin van dit soort projecten lijkt bij ons nu evident, maar ginds is dat niet altijd het geval. Onze vrienden in Moskou werken daarom aan een aanvraag voor een wereldtoelage van de Rotary Foundation. PDG 1630 Ludo Feyen (Rc Mol) en Elena Matveeva (Rc Moscow-East) zijn hiervoor de ‘verbin-dingsofficieren’ tussen het Prosto-theater in Moskou en Theater Stap in Turnhout. Wij zoeken op dit moment clubs die zich te gepasten tijde mee willen inzetten in het kader van deze wereldtoelage.

Tot slot vermelden we nog een project dat ons bijzonder na aan het hart ligt, ook al is het van een heel andere orde. In Berlijn heeft ons ILC een ontmoeting georgani-seerd tussen de Rotariërs uit Rusland en Georgië. Onze vrienden van Rc Tbilisi lie-ten ons weten dat zij de Rotaryclubs uit Rusland en Georgië graag met elkaar in contact willen brengen om elkaar beter te leren kennen en in te gaan tegen heer-sende clichés en wederzijdse propaganda. De Russische delegatie toonde zich hier-toe graag bereid. Daarom zullen er rei-zen georganiseerd worden tussen beide landen, zodat de Rotariërs elkaar kunnen ontmoeten, in naam van de Rotaryvriend-schap en de vrede.

Vincent Detombay (Rc Liège-Chaudfontaine)Chairman Belux side


C o M I t É I N t e r P a y s

meer INfO | pOur TOuTe INfOrmATION : d 1630 : Vincent Detombay (Rc Liège-Chaudfontaine) – [email protected] d 1630 : Alain Kaiser (Rc-Liège Chaudfontaine) – [email protected] d 1630 : PDG Ludo Feyen (Rc Mol) – [email protected] d 2170 : PDG Georges Richard (Rc Bruxelles-Europe) – [email protected] d 2170 : ADG Marcel Zuckerman (Rc Antwerpen-West) – [email protected] d 2170 : Zahava Zuckerman (Rc Antwerp-International) – [email protected] d 2170 : Tony Janssens (Rc Antwerpen-Oost) – [email protected] d 1620 : Aaron Blomme (oud-bursaal/ancien boursier) – [email protected]

fr Les Comités InterPays ou CIP (voir p. 38-39 du Directory) œuvrent à la

réalisation d’objectifs accessibles, quanti-fiables et durables dans l’ensemble des six axes stratégiques du RI. Les actions or-chestrées par les CIP ne s’inscrivent en aucun cas en concurrence avec celles des clubs. Par les relations internationales qu’ils développent, ils sont à considérer comme des facilitateurs dans les contacts de club à club et de district à district. Ils peuvent servir de catalyseur à l’élabora-tion d’échanges culturels, à la réalisation d’actions d’intérêt public et au développe-ment de Global Grants.

Bien que les CIP ne soient pas encore un programme officiel du RI, ils béné-ficient totalement du soutien de notre mouvement. Le forum pour la paix or-ganisé à Berlin du 30 novembre au 2 dé-cembre 2012 était d’ailleurs centré sur les différentes actions initiées par les CIP qui contribuent au rapprochement des peuples et à la lutte contre les préjugés.

Le premier ‘Petit Comité Franco-Alle-mand’ fut créé en 1931 à l’initiative des Rc Wien et Rc Paris. Il fut interdit par le régime nazi en 1937, avant de renaître à Strasbourg en 1950, sous la forme du CIP France-Allemagne. Depuis, 251 CIP

ont été constitués de par le monde… dont le dernier ce 30 novembre 2012 à Berlin, et qui réunit la Belgique, le Luxembourg et la Russie.

La signature de la charte est la consécra-tion de deux années d’amitié entre des Rotarien(ne)s des différents districts im-pliqués (1620, 1630, 2170, 2220 et 2225). La première rencontre s’est tenue en oc-tobre 2010 à Saint-Pétersbourg, lors de la célébration du vingtième anniversaire du Rotary club local (une vingtaine d’amis de nos districts avaient fait le déplacement). D’excellents contacts s’étaient noués à cette occasion, et une envie de se revoir en avait résulté. En novembre 2011, une délégation russe a visité la Belgique et le Grand-Duché avant que, trois mois plus tard, quelques amis bravent l’hiver mos-covite pour participer à une excursion d’une semaine dans l’Anneau d’Or… Après ce voyage inoubliable, dont la chaleur des relations fut inversement proportionnelle aux températures extérieures, les liens d’amitié sont devenus assez solides pour pouvoir parler ‘actions’ et envisager la si-gnature de la charte.

Le CIP Belgique/Luxembourg-Russie existe donc officiellement aujourd’hui et il est porteur de projets. Tout d’abord, le

D 1630, à travers l’échange HEP qui sera organisé l’été prochain par les Rc Turn-hout, Hoogstraten-Kempen, Houthalen Midden-Limburg et Zonhoven, accueil-lera pour la première fois des jeunes de Russie, d’Ukraine et de Géorgie. Le D 2170 suivra également en 2013, et nous espérons l’adhésion prochaine du D 1620.

Ensuite, le Rc Moscow-East présente un magnifique projet d’intégration dans la société, par le théâtre, d’enfants handi-capés. Parfois, ce qui semble si évident chez nous doit encore faire l’objet de nom-breux efforts ailleurs… Nos amis mosco-vites sont en train de monter un dossier de Global Grant (subvention mondiale). Le PDG 1630 Ludo Feyen (Rc Mol) et Elena Matveeva (Rc Moscow-East) jouent le rôle d’officiers de liaison entre le Théâtre Prosto de Moscou et le Theater Stap à Turnhout. Sachez que nous recherchons des clubs qui souhaiteraient s’investir dans ce Global Grant le moment venu.

Enfin, nous tenons à signaler un projet qui nous tient particulièrement à cœur même s’il est un peu périphérique. À Ber-lin, notre CIP a organisé la rencontre des délégations russe et géorgienne. Nos amis du Rc Tbilissi ont émis le souhait d’établir rapidement des relations entre les Rotary clubs de Géorgie et de Russie afin d’œuvrer au rapprochement de leurs populations et de lutter ensemble contre les clichés et les propagandes diverses. La délégation russe a chaleureusement accepté de s’engager dans ce programme. Des voyages s’organiseront entre les deux pays pour permettre aux Rotariens de se rencontrer et de célébrer ensemble les va-leurs d’amitié et de paix prônées par le RI.

Vincent Detombay (Rc Liège-Chaudfontaine)Chairman Belux side

Des liens d’amitié qui se sont encore renforcés durant le dîner de gala du 1er décembre à Berlin…


M a g a Z I N e

sue eN gerArd

eeN rOmANTIsCh

rOTAry-VerhAAL

In 2006 was een

Australisch GSE-team

te gast in D 1630.

Eén van de

deelneemsters verblijft

nog steeds in België.

De reden? Ze heeft hier

haar hart verloren!

Sue Mitchell was indertijd kre-dietmanager bij een houtbe-drijf in Mount Gambier (Zuid-Australië). Toen ze via Rotary de kans kreeg om met een Group Study Exchange ons land te bezoeken, hapte ze met-een toe. Het team uit D 9780 (een district dubbel zo groot als België!) verbleef in mei 2006 in D 1630. De teamleden waren te gast bij Rc Genk-Noord, Rc Tessenderlo, Rc Bilzen Alden-Biesen en Rc Hasselt.

‘Er zijn aardig wat gelijkenis-sen zijn tussen de Vlamingen en de bewoners van het Aus-tralische binnenland, maar geschiedkundig, cultureel en geografisch zijn er toch ook grote verschillen’, zegt Sue. ‘De bedrijfsbezoeken waren heel interessant. Tijdens de laatste week van ons verblijf bezochten we Ieper en om-geving, waar we ook de Last Post-ceremonie bijwoonden. Héél indrukwekkend om te zien hoe deze traditie in ere wordt gehouden!’

Op de districtsconferentie van D 1630, waar het GSE-team te gast was, ontmoette ze Gerard

De lotgevallen van sue haalden recent zelfs een Australische krant

Jochems. Die was toen voorzit-ter van Rc Hasselt en sloot als tenor de conferentie af met een opera-aria. ‘Misschien was het wel mijn stem die de vonk deed overslaan’, lacht hij.

Sue keerde terug naar Aus-tralië maar bleef via e-mail en Skype contact houden met Gerard. Op weg naar een fa-miliebezoek in Nieuw-Zeeland, maakte Gerard een tussenstop in Melbourne, waar de twee el-kaar opnieuw zagen. Van het één kwam het ander en be-gin 2007 verbleef Gerard twee maanden Down Under… In mei van dat jaar reisde Sue voor negen maanden naar België en de rest van Europa.

Even later werd het bedrijf waar Sue werkte, overgenomen door een concurrent. ‘Ik kon blijven, maar moest dan ver-huizen naar Tasmanië. Zo ver van mijn familie wonen, zag ik toen helemaal niet zitten.’ In april 2009 aanvaardde ze een vertrekpremie en keek uit naar nieuwe mogelijkheden.

Een maand nadien stond ze met een toeristenvisum opnieuw in

België, waar ze introk bij Ge-rard. Het paar kocht een kam-peerwagen en vertrok enkele maanden op reis door Europa.

‘Half september 2009 zag ik op de website van de Australische ambassade in Brussel toeval-lig een vacature. Men zocht er een office manager voor de de-fensieafdeling. Ik solliciteerde en kreeg de job. In november, op de dag dat mijn terugvlucht was gepland, begon ik er te werken. Ik organiseer nu onder meer alle bezoeken van de Aus-tralische minister van Defensie en van de stafchef van het leger. Elke ochtend en elke avond zit ik twee uur op de trein, maar dat heb ik er graag voor over.’

Gerard besluit: ‘Ik heb enorm veel bewondering voor het aan-passingsvermogen en het wer-kethos van Sue. Zij heeft mijn leven extra kleur gegeven. We zijn heel gelukkig samen en ho-pen binnenkort nog eens een flinke reis te ondernemen!’

s.V.


de bOekeNpLANk

Au rAyON LIVres

beLgeN IN bOrdeAuxIn België wordt graag en veel wijn uit de Bordeauxstreek ge-dronken. Wat minder geweten is, is dat niet minder dan 35 Belgische wijnbouwers het Bordelese avontuur zijn aange-gaan, en dat dikwijls met groot succes. Onder het motto ‘de beste Bordeauxwijnen komen uit België’ worden in dit boek een aantal vooraanstaande wijnbouwers van Belgische nati-onaliteit belicht, onder andere de gezichten achter bekende domeinen als Le Clos des Quatre Vents, Château Prieuré-Lichine, Château Pabus, Château de Fontenille en Château Perayne. Belgische wijnbouwers in de Bordeaux gaat die-per in op de man of vrouw achter de wijn, het wijndomein, de wijnsoorten, de vinificatiemethoden, de wijnhandel enz. Auteur Dirk De Mesmaeker is journalist-presentator bij Ring-TV en schrijft geregeld voor het tijdschrift Culinaire Ambiance.

dirk de mesmaeker, Belgische wijnbouwers in de Bordeaux, standaard Uitgeverij, 29,95 €

wALLONIe OCCupéeCet ouvrage s’appuie sur des photos prises durant la Seconde Guerre mondiale. Les 250 clichés choisis par les deux au-teurs, historiens, retracent l’invasion et ses conséquences, les rapports de force entre les différents détenteurs du pouvoir en Wallonie occupée, la question de la (sur)vie au quotidien, l’effritement du pouvoir allemand et, enfin, les journées de la Libération. 124 communes sont ici évoquées : les grands centres urbains, mais aussi les bourgades péri-phériques. Première synthèse de l’histoire de la Wallonie urbaine sous l’Occupation, le livre met l’accent sur les malheurs de l’époque, en particulier dans les banlieues ou-vrières, mais il souligne aussi, grâce à de nombreux clichés amateurs (donc en dehors de la propagande officielle), la vo-lonté des citadins de préserver leur cadre de vie traditionnel.

A. Colignon & f. maerten, La Wallonie sous l’Occupation, éd. Renaissance du Livre, 20 €

TOp 5

1 Dagelijkse kost 4, jeroen meus

2 Vijftig tinten grijs, e.L. james

3 Vijftig tinten donkerder, e.L. james

4 sOs piet 365, piet huysentruyt

5 post Mortem, peter Terrin

TOp 5

1 La vérité sur l’affaire Quebert, joël dicker

2 Blake et Mortimer (t. 21), juillard/sente

3 Cinquante nuances de Grey, e.L. james

4 Questions royales, frédéric deborsu

5 L’hiver du monde, ken follett

kOpLOpers eN AChTerbLIjVersHet is een van de grote wereldvraagstukken: waarom zijn sommige landen rijk en andere arm? Ligt de verklaring in culturele verschillen, het klimaat of geografische omstan-digheden? Waarom is bijvoorbeeld Botswana een van de snelst groeiende economieën ter wereld en blijven landen als Zimbabwe en Congo ondergedompeld in geweld en ar-moede? De auteurs tonen aan dat het vooral de politieke en economische instituties zijn die het economische succes of falen van een land bepalen. Dit wordt geïllustreerd met tal van fascinerende voorbeelden, zoals Korea. In Zuid-Korea legt de overheid verantwoording af en heeft de bevolking volop economische kansen. Noord-Korea wordt dictatori-aal geregeerd en kent al tientallen jaren onderdrukking en hongersnood. Op basis van vijftien jaar veldonderzoek en historische research kwamen de auteurs tot een nieuwe, opzienbarende politiek-economische theorie.

d. Acemoglu & j. robinson, Waarom sommige landen rijk zijn en andere arm, nieuw Amsterdam, 34,95 €

dérIVe COmmuNAuTArIsTeEn pleine guerre napoléonienne, un navire français fait naufrage au large de Hartlepool. Parmi les débris, un seul survivant : un chimpanzé, mascotte de l’équipage portant l’uniforme tricolore. Mais dans ce petit village d’Angleterre où personne n’a jamais vu de Français, l’animal correspond assez bien à l’idée que l’on se fait de l’ennemi. Aussitôt, le singe est traîné en justice, accusé d’espionnage… Le récit se pose comme une fable sur l’ignorance, la bêtise et la peur de l’autre qui font que l’homme peut se rendre coupable des pires atrocités en toute bonne foi. Absurde et cruel, l’histoire creuse ce qui fait le terreau des nationalismes : repli sur soi, misère intellectuelle et morale, patriotisme aveugle… Bref, il s’agit là d’un sujet terriblement d’actualité, admirablement servi par un trait souple et vivant.

j. moreau & w. Lupano, Le singe de Hartlepool, éd. Delcourt, 15,20 €

NOsTALgIsCh meesTerwerkjeVaders aftershave, moeders zonnebrandolie, het zijdeach-tige haar van zijn eerste geliefde, Gauloises en Gitanes, kaneel voor op de taart en in de glühwein, kooltjes om je warm te houden, inktpotten op school, hooi op de velden… In 63 teksten beschrijft Philippe Claudel evenzoveel geu-ren uit zijn verleden. Stuk voor stuk roepen ze een vergeten wereld op waar nog slechts flarden van bestaan: zoete en bittere geuren, soms eenvoudig, soms complex. Als nooit tevoren beschrijft hij zijn wortels, de streek rondom Nancy, het stadje Dombasle-sur-Meurthe (waar hij geboren is en nog altijd woont) zijn ouders en zijn zussen. In de loop van het boek ontstaat een landschap van naaldbomen, beek-jes en akkers van donkere aarde. Een wereld van eenvou-dige, oprechte mensen die sterven in het bed waarin ze geboren zijn.

philippe Claudel, Geuren, De Bezige Bij, 17,50 €

sOuVeNIrs du peTIT éCrANCet ouvrage recense chronologiquement les émissions em-blématiques de la télévision française, tous genres confon-dus, depuis 1949 jusqu’à nos jours. Impressionnant ! Malgré la progression des nouvelles technologies, nous restons tous des enfants de la télé : en moyenne, nous la regardons plus de 3h40 par jour… Faites-vous partie, comme Michel Drucker, de ceux qui ont connu un monde sans petit écran ? Qui se souvient encore de Jacqueline Joubert, la première speakerine, ou de Pierre Sabbagh, l’un des inventeurs de la télévision ? Avec ses 528 pages largement illustrées, l’ouvrage ne se lit pas comme un roman mais se consulte comme une véritable encyclopédie. Une belle façon de revoir nos anciennes vedettes et de regarder la télé… sans allu-mer son poste !

m. drucker & g. Verlant, Les 500 émissions mythiques de la télé française, éd. Flammarion, 29,90 €

NL

fr

l e Z e N l e C t u r e


C l u b s

(Voormalig) burgemeester Patrick Janssens en minister Monica De Coninck

Reinhilde Decleir, bezielster van Tutti Fratelli, en sien Eggers

rC ANTwerpeN-rINg

kuNsT eN kreefT VOOr TuTTI frATeLLI

We vroegen een tachtigtal Antwerpse kunstenaars uit diverse disciplines, aangevuld met BV’s en politici, om speci-aal voor ons een kunstwerk te maken. Hiervoor werd hen een schildersdoek en materiaal ter beschikking gesteld waarmee ze aan de slag konden. Dat le-verde 65 werken op, die ge-veild werden door ons clublid Mon Bernaerts.In de Belle Epoquezaal van het Hiltonhotel op de Antwerpse Groenplaats mochten we zo’n 500 gasten ontvangen. Na de receptie en een bezichtiging van de kunstwerken genoten alle genodigden van een heer-lijke kreeft, een goed glas wijn en aangenaam tafelgezelschap. Rond 22u kon de veilingmees-ter dan aan zijn taak beginnen.Werken van de aanwezige mi-nister Monica De Coninck, burgemeester Patrick Jans-sen en cultuurschepen Filip Heylen brachten respectie-velijk 2.000 € en twee keer 1.200 € op. Ook werk van ge-vestigde kunstenaars was in trek, bijvoorbeeld van Fred Bervoets (2.600 €), Hannes D’Haese (2.400 €) en Jan De Smet (2.400 €). Veel belangstelling was er ook voor de schilderijen van Axel Daeseleire (1.800 €) en Jan

De zesde editie van het Lobster Art Event,

een exclusieve avond met kreeftendiner en

kunstveiling, bracht dit jaar 58.000 € op.

Dankzij dit evenement kon onze club de voorbije

jaren maar liefst 320.000 € aan goede doelen

schenken.

Decleir (2.400 €). Zo liep het totaalbedrag al snel aardig op. Topstuk van de avond werd een portret van Luc Tuymans van de hand van Karl Meersman: dat leverde liefst 3.500 € op.De opbrengst van de avond schonken we aan Tutti Fra telli, een sociaal-artistieke werk-plaats in het hartje van Antwer-pen, opgezet door actrice Rein-hilde Decleir. Via de kunsten brengt Tutti Fratelli mensen – allochtoon, autochtoon, kunste-naar, werkloze, student, zaken-man of kassierster – samen. In deze tijd waar mensen, zeker in een stedelijke context, meer en meer geïsoleerd leven, is Tutti Fratelli een ontmoetingsplaats, een creatief podium en een vrije denkruimte. Daaraan willen wij, als Rotaryclub, graag onze steun verlenen.

Luk Geuens

NL De PR-actie van Rotary BeLux op de luchthaven van Zaventem loopt ten einde.

De voorbije zes maanden waren er op 19 LCD-schermen in de ontvangstruimten promofilmpjes voor Rotary te zien. Vijf spotjes van 20 seconden belichtten Rotary telkens vanuit een andere invalshoek. Zo kwamen onder meer onze inspanningen voor PolioPlus, water en alfabetisering aan bod. Aan het einde verscheen een QR-code, die toegang geeft tot de mobiele website van Rotary BeLux. De luchthaven ontvangt maandelijks 1 tot 1,5 miljoen passagiers, onder wie veel zakenmensen. Het potentieel voor Rotary is dus enorm. Eerder hield ook Rotary nederland een gelijkaardige actie op schiphol. Voor de campagne werd een PR-toelage aangevraagd bij RI in Evanston. De komende maanden zullen de resultaten van de actie geëvalueerd worden. De filmpjes blijven intussen (ook in het nederlands!) beschikbaar op www.youtube.com/district1620.

fr La campagne de relations publiques du Rotary BeLux à l’aéroport de Zaventem se termine. Durant six mois, dix-neuf écrans LCD ont projeté

des films promotionnels sur le Rotary dans les zones d’accueil de l’aéroport international. Cinq spots d’une vingtaine de secondes chacun ont éclairé le Rotary sous un angle différent. étaient ainsi présentés notre action PolioPlus, nos projets liés à l’eau ou encore nos efforts en matière d’alphabétisation. À l’issue de chaque spot apparaissait un code QR donnant accès au site mobile du Rotary BeLux. L’aéroport accueille chaque mois un à un million et demi de passagers, parmi lesquels de nombreux hommes d’affaires. Un potentiel énorme pour le Rotary… À noter que nos amis néerlandais avaient auparavant lancé une action similaire à schiphol. Pour la campagne belge, une subvention PR a été demandée au RI à Evanston. Dans les prochains mois, les résultats de cette action seront évalués. En attendant, les films projetés sont disponibles sur www.youtube.com/district1620.

NeemT rOTAry bINNeNkOrT eeN hOge VLuChT?

Le rOTAry prêT à preNdre sON eNVOL ?


C l u b s

rOTAry zweNgeLT debATCuLTuur AANIn een democratische en vreedzame samenleving worden conflicten en meningsverschillen

opgelost door gesprekken en onderhandelingen. Om jongeren die vaardigheid bij te helpen

brengen, organiseerde Rc Landen op 14 november de derde editie van haar ‘Inter-Scholen Debat’.

NL Het Inter-Scholen Debat sluit in die zin naadloos

aan bij het thema van het huidige Rotaryjaar, ‘Peace Through Service’. Volgens het Ne derlands Debat Instituut ‘draagt het debat bij aan een kritische denkhouding, goed burgerschap en gedegen be-sluitvorming. Ieder standpunt verdient het om met interesse aanhoord en scherp getoetst te worden. Een goed debat is de zuurstof van de democratie.’ De ontwikkeling van een debat-cultuur is bijgevolg essen tieel

Voor deze derde editie vaardig-den het Koninklijk Atheneum in Tienen en de Bovenbouw Sint-Gertrudis in Landen elk twee teams af. De thema’s voor de debatten werden in overleg met de scholen gekozen en op voorhand bekendgemaakt. Zo konden de leerlingen zich terdege voorbereiden, wat de kwaliteit van de debatten zeker ten goede is gekomen.De jury bestond uit twee le-den van Rc Landen (dr. Patrick Yde en Geert Smets) en Raf Lemmens, HR-directeur van het H. Hart Ziekenhuis in Tienen. Zij beoordeelden de prestaties op inhoud, stijl en strategie. De avond werd op voortreffelijke wijze aan elkaar gepraat door debatleider Benoit Morrenne, eveneens lid van Rc Landen.In de eerste voorronde namen de twee teams van KA Tienen het tegen elkaar op over de stelling ‘Het schooluniform moet opnieuw worden inge-voerd en piercings en tattoos moeten op school worden ver-boden’, een thema dat duidelijk leeft binnen de school. Tijdens

Links een team van KA Tienen, rechts het winnende team van sint-Gertrudis

De jury is één en al aandacht

rC LANdeN

de tweede voorronde debatteer-den de teams van Bovenbouw Sint-Gertrudis over de stelling ‘Foutloos Nederlands hoeft niet, zolang we elkaar maar begrijpen’. De kleine finale tus-sen KA Tienen en Sint-Gertru-dis ging over de stelling ‘Jon-geren zijn wél geïnteresseerd in politiek’. Ten slotte namen de winnaars van de voorron-des het tegen elkaar op over de enigszins provocerende stel-ling ‘Softdrugs zoals cannabis moeten worden gelegaliseerd’. Tijdens dit debat werd onder meer geschermd met de ‘ga-teway-theorie’ en de ‘stepping stone-theorie’, tegengestelde wetenschappelijke visies die de invloed van het legaliseren van softdrugs op het gebruik van harddrugs behandelen.De sfeer zat er alleszins goed in. Elk van de deelnemende teams had een grote schare supporters gemobiliseerd, waarvan sommigen zelfs spe-ciale T-shirts droegen met de naam van hun favoriete team. Ook de leerkrachten en de le-den van Rc Landen waren in groten getale opgedaagd. Aan aanmoediging en applaus ont-brak het dus niet.De winnaar van deze derde debatavond was een team van Sint-Gertrudis. De prijzen be-stonden uit boekenbons. Bo-vendien ontvangen alle deel-nemers een gratis ticket voor RotaRock, een rockfestival dat onze club jaarlijks organiseert.Aangemoedigd door dit suc-ces, hoopt onze club dit evene-ment de volgende jaren verder uit te breiden. Er wordt zelfs luidop gedacht aan een natio-nale competitie…

Bastiaan Bruyndonckx

voor een democratie. Dat daar-mee bij de jeugd – onze toekom-stige leiders – moet worden ge-start, spreekt voor zich.Het doel van onze debat wed-strijd is om leerlingen van de hoogste graad van het secun-dair onderwijs (5de en 6de jaar) de kans te bieden om hun spreekvaardigheid en debat-techniek aan te scherpen in een competitieve setting. Voor de organisatie tekenen onze club-commissies New Generations en Dienst aan de Gemeenschap en de Landense Jeugdraad.


C l u b s

rC hOOgsTrATeN-kempeN

Sinds 2008 is Rc Hoogstraten-

Kempen een actieve partner van de

Belgische NGO CDI-Bwamanda. Die

bereikt meer dan 800.000 mensen

in de Congolese Evenaarsprovincie,

de armste van het land. Verspreid

over drie jaar schonk de club liefst

28.000 o. Al verscheidene keren

trokken enkele Rotariërs naar

Congo om te zien wat er met hun

steun op het terrein gebeurt.

rOTAry sTeuNT INTegrALe sTreekONTwIkkeLINg IN NOOrd-CONgO

NL Zo reizen we half oktober 2009 met een delegatie van drie clubleden

voor een tweede missie r ichting Bwamanda. In ons kielzog nemen we Pierre Appel mee, specialist medische beeldvorming bij Siemens. Naast een eva-luatie van onze eerste donatie, willen we immers de dienst medische beeldvorming van het regionale ziekenhuis voor de Evenaarsprovincie weer op de sporen krij-gen. Siemens leverde daarvoor twee echo-toestellen, waaronder een draagbaar mo-del op batterijen voor veldwerk in extreme omstandigheden. Van Agfa Gevaert kre-gen we een nieuw ontwikkelapparaat voor röntgenfoto’s, samen met liters ontwikkel-vloeistoffen, -cassettes en een duizendtal films. Zelf voegden we nog een RX-lichtbak met nieuwe lampen toe. De toe-stellen vertrokken in september 2008 per boot richting Matadi en de haven van

Precaire toestanden in het ziekenhuis van Bwamanda

Een pas bevallen vrouw wast haar baby in een teiltje Pierre Appel en één van de plaatselijke medici


C l u b s

Kinshasa. Het kostte CDI Bwamanda en-kele maanden en heel wat extra ‘sponso-ring’ om de goederen door de douane te krijgen. Nadien volgden nog enkele we-ken transport op open platbodems over de Congostroom en de Ubangirivier. Na 12 maanden bereikten de toestellen de haven van Mogalo. Nadien ging het per vracht-wagen naar het 30 km verder in de brousse gelegen Bwamanda.

rATTeN, muggeN eN kAkkerLAkkeNOp de luchthaven N’djili wemelt het van de ratten. De stoutste exemplaren durven het zelfs aan om in de geïmproviseerde bar van je bier te komen slurpen. Bonjour monsieur, bienvenue au Congo… Vanuit Kinshasa vliegen we naar Gemena, hoofd-stad van de Evenaarsprovincie en bastion van de aanhangers van de familie Bemba. De laatste 80 km leggen we af met een terreinwagen, voorbij schamel rokende hutten en moerassen vol malariamuggen.Verrassing bij onze aankomst in Bwa-manda: zuster Greta heeft sinds ons eer-ste bezoek, een jaar eerder, gezorgd voor een sanitaire uitbouw in elke gastenka-mer. Gedaan dus met al onze straffe ver-halen over rondspringende spinnen in de douches en nachtelijke expedities over krakende kakkerlakken en meterslange duizendpoten, op zoek naar een toilet waarvan de briluiteinden zijn samenge-plakt met roofingtape. In het hospitaal zijn vijf jonge geneesheren aan het werk, in de meest primitieve en pre-caire omstandigheden. Na één of twee jaar houden de dokters het meestal voor beke-ken en keren ze terug naar Kinshasa, waar ze meer kunnen verdienen. Heelkundige ingrepen en anesthesie worden uitgevoerd door enkele verpleegkundigen. Zij zijn ten-minste vastgeroest in het dorp…Er staat een mobiel röntgenapparaat maar er worden sinds jaren geen foto’s meer genomen, wegens geen films en geen functionerende ontwikkelapparatuur. De ziekenzalen zijn gevuld met malariapati-enten. 40° koorts, geen sanitair. Geiten en kippen lopen ongestoord binnen en bui-ten. De bevallingskamer: twee primitieve verlostafels. Een gezin telt hier gemiddeld tien kinderen. 10 % van de moeders sterft in het kraambed. Moeder en kind verdwij-nen enkele uren na de geboorte terug in de brousse. Kindersterfte: 10 à 15 % mor-taliteit perinataal, 30 % van de kinderen haalt zijn vijfde levensjaar niet. De gemid-delde leeftijd voor volwassenen daalde de laatste jaren van 42 naar 39 jaar.De families van de zieken staan in voor het onderhoud van hun zieke familielid. Zij verblijven op de binnenplaats van het zie-kenhuis. Onder het centrale afdak wordt er

gekookt. ’s Nachts vlijen de familieleden zich met tientallen neer in de ziekenzalen, op de grond tussen de bedden.

sNeLCursusPierre Appel levert hier schitterend werk. Na drie dagen uitborstelen (zonder bor-stel) van de voormalige donkere RX-kamer, uren intensief sleutelwerk zonder sleutel, waterpassen zonder waterpas, bri-coleerwerk met buizen en wouldbe-reci-piënten en na urenlang experimenteren met instellings- en belichtingswaarden, slaagt hij erin de eerste RX-foto sinds ja-ren te voorschijn te toveren. Er zullen er nog duizenden volgen. Tussendoor leidt Pierre twee verpleegkundigen op tot ba-sisniveau röntgenlaborant. De dokters en enkele verpleegkundigen krijgen onder-tussen van de radioloog in onze groep een snelcursus radiologie. Aan de hand van een korte theoretische uiteenzetting per orgaan en een zelfgemaakte röntgenatlas kunnen zij voortaan de meest courante ziektebeelden opsporen. De echografische opleiding gebeurt met het kleine veldtoe-stel van Siemens. Onze apotheker haalt inmiddels de ziekenhuisapotheek onder-steboven en levert een bladzijdenlang ver-slag af over stockage, catalogisering en ontbrekende basisgeneesmiddelen.

VrIeNdeN VOOr heT LeVeNVolgende bestemming: Bokilio, een dorp op 50 km van Bwamanda, dat tijdens de optocht van het leger van Kabila (1998-2001) werd geplunderd en platgebrand. Raymond Aweda heeft hier goed werk gele-verd met onze toelage van 28.000 j, die via de Belgische Ontwikkelingssamenwerking werd vervijfvoudigd tot 140.000 j. Op één jaar tijd herstelde men het directiegebouw van de plaatselijke koffieplantage, de ge-motoriseerde koffiepelmachine en een droogplatform voor koffiebonen. Het dak van de grote drooghal voor koffie, maïs en palmpitten is vernieuwd. Er kwam een ex-tra manuele pelmachine en een tweede ge-motoriseerde pelmachine voor koffiebonen. De stroomgenerator is hersteld. De dorps-school ging weer open en het dispensarium werd opgefrist. Voor de landbouw werden geselecteerde zaden aangeschaft. De up-grading van de infrastructuur zorgde op een jaar tijd voor een omzetstijging van 300 tot 400 %, cijfers die zich rechtstreeks vertalen in een inkomensstijging voor de families in Bokilio. Om ons gunstig gezind te stemmen voor het evaluatierapport krij-gen we het klassieke streekgerecht voorge-schoteld: gekookte bokkenpenis en gevulde darmrolletjes. Raymond wuift ons uit met de woorden: ‘Chers Rotariens, vous êtes mes amis pour la vie!’

OpsTANdEen week na ons vertrek uit Bwamanda breken er in Dongo, op 150 km van Gemena, onlusten uit tussen twee stam-men. Jongeren van de Enyelestam raken slaags met jongeren van de Monzayastam na een ruzie over visrechten. Zeven lokale agenten die probeerden de orde te her-stellen, worden gedood. De animistische priester ‘Monsieur Udjani’ ziet zijn kans om de macht in de regio te grijpen. Enkele ex-generaals van het oude Mobutuleger en enkele volgelingen van Bemba sluiten zich bij de rebellen aan. De opstandelin-gen trekken richting Gemena. Onderweg worden verscheidene dorpen geplunderd. 150.000 vluchtelingen verlaten Gemena en de regio Dongo. Zij steken in paniek de Ubangi over naar Congo-Brazzaville of de Centraal-Afrikaanse Republiek. Heel wat gewonden worden verzorgd in het hospi-taal van Bwamanda. Onze pas opgerichte RX-dienst wordt onmiddellijk gedoopt met soldaten- en burgerbloed. Met behulp van het reguliere leger worden de rebellen op 50 km van Gemena een halt toegeroe-pen. Ondertussen is er een relatieve rust teruggekeerd in de Evenaarsprovincie. Dit jaar trekken we met een cardioloog, een orthopedist en enkele Rotariërs terug naar Bwamanda voor een nieuwe evalu-atie en om te bekijken wat we verder nog kunnen doen.

Wim Brosens, klaus raeymaekers & Hans Cuykx Rc Hoogstraten-Kempen

Meer info: www.cdibwamanda.com

De nieuwe gemotoriseerde pelmachine


C l u b s

Les 10 règles de la protection de l'enfant de Plan international

1. La protection de l'enfant est un état d'esprit - Pensez protection 2. En toute circonstance, la protection de l'enfant est la chose la plus importante 3. Traitez à tout moment les enfants avec dignité, respect et égard pour leurs droits4.4. Laissez les enfants s'exprimer - soyez à l'écoute des enfants pour garantir leur sécurité 5. La Protection de l’Enfant est l'affaire de chacun – nous avons tous la responsabilité de protéger les enfants 6. Informez-vous sur la Protection de l’Enfant – renseignez-vous sur le problème de l'abus et sur les risques pour les enfants 7. Assurez-vous que vos actes garantissent la sécurité de l'enfant – Pensez à la manière dont les enfants pourraient être mis en – Pensez à la manière dont les enfants pourraient être mis en danger et abordez ce problème. 8. Faites preuve de vigilance ! Soyez attentif/ve aux enfants et aux signes qui pourraient indiquer un abus9. L'impensable peut arriver – les enfants sont généralement abusés par des personnes qu'ils connaissent et en qui ils ont confiance 10. Si vous avez des raisons de croire qu'un enfant est en danger ou abusé, signalez-le !ou abusé, signalez-le !

Luttons contre les violencesfaites aux enfants

Le rOTAry s’AssOCIe à pLAN pOur LuTTer CONTre LA TrAITe des eNfANTs

Dans le village de Tohoun vivaient

Bayi, une petite orpheline, et sa grand-

mère. Un jour, la vieille dame, acculée

par la misère, décida d’envoyer sa

petite-fille travailler comme domestique

dans la grande ville voisine. Au moins

Bayi mangera à sa faim et gagnera

beaucoup d’argent, pensa-t-elle. Ce

fut au contraire le début d’un long et

douloureux calvaire pour la gamine qui

fut retrouvée, quelques mois plus tard,

agonisante dans la rue…

fr L’histoire est touchante et naïve. Elle s’inspire pour-

tant de faits réels et fait partie d’un album entièrement écrit et illustré par et pour des enfants béninois1 : ‘Luttons contre les violences faites aux enfants’. Réalisée sous la supervision du Rotarien Jean-Marc Simonis et reproduite en 12.500 exem-plaires sur les rotatives de l’Im-primerie Centrale à Lux-embourg, cette bande dessinée a pu voir le jour grâce aux ef-forts conjoints de l’ONG inter-nationa le Plan 2, des Rc Marche-en-Famenne et At-tert-Sûre et Semois (D 1630) et du Rc Lagune-Cotonou (Bé-nin). Elle a pour objectif de sen-sibiliser les enseignants et les

parents aux risques encourus par les enfants, de faire prendre conscience à ceux-ci de leurs droits et de les inciter à partici-per activement à leur propre protection.

des mILLIers de VICTImesDepuis de très nombreuses an-nées, l’Afrique subsaharienne (et le Bénin en particulier) est malheureusement connue pour être une région où se pra-tique à grande échelle le trafic international d’enfants.

‘On estime qu’au Bénin comme au Togo voisin, deux pays où nous avons un projet commun, le nombre de mineurs victimes de la traite se situe entre 40.000

et 300.000’, explique Fabrice Lepla, de Plan Belgique. ‘Nous ne pouvons malheureusement pas être plus précis dans notre estimation car là-bas, beaucoup de filles et de garçons naissent sans être déclarés aux autori-tés. Certains sont la proie de trafiquants professionnels qui les revendent comme esclaves dans les mines, au Nigéria notamment. D’autres, prin-cipalement des fillettes, sont emmenés en ville pour travail-ler comme domestiques chez des nantis. D’autres encore partent vers des plantations ou des chantiers de construction. Toutes ces victimes subissent d’importants traumatismes physiques et psychologiques

tant leurs conditions de tra-vail sont épouvantables. Cer-tains d’entre eux ont à peine six ou sept ans et doivent tra-vailler tous les jours du ma-tin au soir, sans interruption. Pour toute rémunération, ils reçoivent de leur patron la pro-messe, généralement non te-nue, de se voir offrir à l’issue de leur contrat un vélo ou des morceaux de tôle ondulée pour le toit de la maison de leurs parents. Sans oublier bien en-tendu le manque d’instruction et l’analphabétisme…’

Le Bénin a certes mis en place des instruments juridiques de protection et de prévention, mais ces textes de loi ne sont pas assez mis en pratique. Les services de police et de protec-tion sociale ainsi que les comi-tés villageois de protection des enfants, impulsés par le Minis-tère de l’Action Sociale, sont souvent démunis et doivent être davantage renforcés pour être réellement efficaces. ‘Cette ancienne colonie française compte parmi les pays les plus pauvres du globe et les moyens de son administration sont très limités’, poursuit Fabrice Lepla. ‘Ainsi, les gendarmes ne peuvent parfois pas se dépla-cer pour inspecter les villages de leur district. Ils ont bien des mobylettes mais ils n’ont plus d’argent pour payer l’essence !’

1 Ces enfants sont membres de ‘Violences against Children’, un projet régional qui concerne sept pays de l’Afrique de l’Ouest : Bénin, Côte d’Ivoire, Gambie, Ghana, Guinée, Mali et Togo.2 Plan veut améliorer à long terme les conditions de vie des enfants afin qu’ils puissent s’épanouir dans un monde qui respecte leurs droits. Ils sont au cœur de toutes les actions de l’OnG. Info : www.planbelgique.be.3 Le Couffo est l’un des deux départements du Bénin où Plan Belgique lutte contre la traite des enfants. Depuis deux ans, l’OnG travaille aussi dans l’Atacora (nord). C’est dans ces deux secteurs qu’ont été distribués les 12.500 exemplaires de la BD ‘Luttons contre les violences faites aux enfants’.

deux CLubs du d 1630 eT uN CLub du béNIN


C l u b s

Le rOTAry s’AssOCIe à pLAN pOur LuTTer CONTre LA TrAITe des eNfANTs

VIOLeNCe à TOus Les NIVeAuxLe trafic international n’est pas le seul fléau qui touche les mineurs, ceux-ci sont égale-ment exposés à d’autres types de violences, comme les châ-timents corporels, le harcè-lement sexuel, le viol, le ma-riage précoce et souvent forcé, l’excision ou l’infanticide. Les auteurs en sont souvent les adultes proches (parents, tu-teurs, enseignants, maîtres artisans, etc.) et les enfants eux-mêmes. La BD évoque d’ailleurs ces formes de vio-lence, par exemple dans l’his-toire d’Abla, vendue par son père en mariage à un homme riche pour financer les études de son frère, ou dans celle d’Assiba, tellement harcelée par ses camarades de classe et ses parents qu’elle décide de mettre fin à ses jours.

‘La violence est présente à tous les niveaux de la vie do-mestique’, poursuit Fabrice Lepla. ‘Elle touche principa-lement les petites filles et est souvent normalisée, banalisée. C’est aussi le cas en milieu sco-laire : jusqu’il y a peu, de nom-breux parents considéraient qu’un professeur ne pouvait être bon que s’il battait de

temps à autre ses élèves ! Sans compter que, comme beau-coup d’autres pays africains, le Bénin s’est focalisé sur la quantité de mineurs scolari-sés au détriment de la qualité de l’enseignement. Le gouver-nement a engagé des milliers de personnes sans aucune formation pédagogique. Cela a fortement affecté l’efficacité d’un système où les condi-tions scolaires sont déjà par-ticulièrement difficiles. Cette mauvaise qualité de l’éduca-tion renforce évidemment les parents, et parfois les enfants eux-mêmes, dans leur convic-tion qu’il vaut mieux quitter le système scolaire au plus tôt et partir travailler. À quoi bon aller à l’école puisque cela ne sert à rien ?’

mIeux fOrmer Les eNseIgNANTsC’est pourquoi, outre la bande dessinée, le projet comprend un deuxième volet qui est consacré à la formation des enseignants et qui touche plus précisément sept écoles ma-ternelles et 17 Centres de Pe-tite Enfance Communautaire du département du Couffo, si-tué au sud du pays3. Concrè-tement, au terme de cette ac-

tion qui a débuté en septembre 2012, les directeurs des éta-blissements précités auront suivi au moins une session de formation et l’accompagne-ment qui les rendront capables d’assurer un bon encadrement des enfants. Les animateurs et éducateurs auront, eux, béné-ficié d’au moins deux sessions de supervision formative. De plus, les 17 centres, transfor-més en écoles maternelles, au-ront reçu du matériel didac-tique destiné aux enseignants et aux élèves. Enfin, les capa-cités des organisations com-munautaires de base (asso-ciations des parents d’élèves, associations de mères d’élèves et comités d’enfants) auront été renforcées afin de garantir une gestion transparente et ef-ficace de ces 17 centres, assu-rant ainsi leur pérennité.

‘Cet accent mis sur l’enseigne-ment maternel est pour nous primordial’, précise Pierre Herbiet, l’initiateur du projet au sein du Rotary. ‘Il est ad-mis que c’est un moyen d’ac-célération de l’enseignement primaire et surtout de l’achè-vement du cycle primaire. En améliorant la qualité de l’enca-drement des Centres de Petite

Enfance Communautaire, on lutte plus efficacement contre la pauvreté et, partant, contre la traite des enfants.’

reNdre L’éduCATION pLus effICACe eT pLus ATTrACTIVeUne opinion largement par-tagée par Fabrice Lepla : ‘Je pense en effet qu’avec un projet comme celui-ci, qui vise à amé-liorer l’éducation des enfants en rendant l’école plus attrac-tive, et qui a également pour but de sensibiliser les popula-tions aux risques liés à l’envoi d’enfants vers des destinations inconnues, nous parviendrons à sauver progressivement de plus en plus de mineurs de la traite. Chez Plan Belgique, nous constatons des progrès notables au Bénin : depuis avril 2010, le nombre d’enfants qui achèvent le cycle primaire a pratiquement doublé, les aban-dons scolaires ont diminué, l’analphabétisme est en recul et les déclarations de naissance ont augmenté. Ce projet permet également de montrer au gou-vernement qu’il est possible de changer les choses et de rendre les lois effectives avec relative-ment peu de moyens.’

stéphane Etienne

Raconte -nous ce qui t‛es arrivé mon enfant.

…

Bayi raconta sa mésaventure au médecin…

Ma pauvre enfant, tu n‛as plus rien à craindre.je vais de ce pas appeler les

affaires sociales pour qu‛ils viennent te chercher.

Quelques jours plus tard, Bayi fut confiée aux affaires sociales où elle fut prise en prise en charge et elle apprit un métier.

Poussée par la douleur, elle se précipita hors de la maison…

6

Un passant la découvrit..

Oh , pauvre enfant!! Que lui est-il arrivé ? Je vais

l‛emmener à l‛hôpital.

A l‛hôpital, elle reprit connaissance...Elle marcha longtemps. Blessée, épuisée, affamée, elle perdit connaissance dans la rue.

Décidement tu veux me tuer !, Petite sorcière !!! Mais c‛est

moi qui aurai ta peau !!!

Nanonba se jeta sur Bayi et la roua de coups à l‛aide du malaxeur enduit

de pâte chaude.


C l u b s

rC wezembeek-krAAINem

queL AVeNIr pOur Les serVICe CLubs ?

Le Rc Wezembeek-Kraainem a été

créé il y a vingt ans. Pour marquer

l’évènement, le club a organisé un

forum consacré aux différents défis qui

se poseront aux service clubs dans la

société de demain. Aux personnalités

invitées à venir donner leur point de

vue, il avait été demandé de nourrir

leur réflexion d’une petite dose de

provocation, car celle-ci peut parfois

déclencher un électrochoc salutaire

dans notre mode de pensée…

114 personnes s’étaient ins-crites pour participer au forum, ce qui constitue indéniablement un succès. L’objectif de la ma-nifestation était de développer une réflexion sur le futur et sur l’utilité des service clubs en gé-néral. Comme l’affirmait en pré-ambule le PDG 2170 Alain Van de Poel, ceux-ci ont parfois une fâcheuse tendance à s’autocon-gratuler pour éviter de se re-mettre en cause… Ce forum se veut la première étape d’un pro-cessus de réflexion global qui doit durer une année entière. Au final, il est prévu que les conclusions tirées soient trans-mises au Board, à Evanston.

Aujourd’hui, nous assistons à des changements profonds dans notre société. Des notions telles que la responsabilité so-ciétale des entreprises nous interpellent tout particulière-ment car elles sont directement liées à l’éthique. Un intérêt ac-cru pour d’autres formes de ré-seau, centrées sur le business, se pointe à l’horizon… Se pose ainsi la question de savoir com-ment une organisation comme le Rotary doit s’intégrer dans le tissu socio-économique du futur, et en particulier face à la génération Y.

Jacques di Costanzo, membre du conseil d’administration du RI (Board) : ‘Le Rotary doit se remettre en question et évo-

luer, sous peine d’être margi-nalisé. Il doit rester en phase avec la société qui, elle, évo-lue de manière exponentielle. Mais il ne faut pas se conten-ter d’être un caméléon qui change de couleur en fonction de l’environnement. Nous de-vons innover, anticiper et être les artisans du changement, tout en conservant notre ob-jectif principal : le service.’

Serge Gouteyron, past-vice-président du RI, a évoqué l’histoire du Rotary et a brossé un tableau de ses valeurs et vertus.

Baudouin Velge, président du Cercle de Lorraine (club d’af-faires) s’est dit impressionné par les réalisations diverses du Rotary et a le sentiment que celles-ci ne sont pas suf-fisamment relayées auprès du grand public. Dommage, car il y a là matière à améliorer l’at-tractivité du Rotary et à en-rayer le déficit d’image dont il semble souffrir.

Nicolas Debray, fondateur et CEO de Semetis (agence spé-cialisée dans le placement de publicités sur internet), est un passionné d’informatique et donc un digne représen-tant de la génération Y. ‘Deux milliards de personnes dans le monde sont régulièrement connectées à internet (et les

chiffres sont à la hausse), le Net est donc plus qu’une mode ou une simple passade. Même si ce nouvel outil ne modifie pas profondément la nature des relations et des commu-nications humaines, il permet toutefois d’en améliorer le fonc-tionnement.’ Et il est évident que le Rotary doit pleinement l’utiliser s’il veut développer une communication perfor-mante entre ses membres et vers le public.

Olivier Willocx, administra-teur délégué du BECI (Cham-bre de Commerce et Union des Entreprises de Bruxelles), qui avait mis ses locaux à disposi-tion du Rc Wezembeek-Kraai-nem pour la tenue de ce forum : ‘La première règle que l’on pourrait se fixer, c’est arrêter de parler du passé pour se foca-liser sur le futur. Remplaçons les critiques par des proposi-tions constructives. Pourquoi ne pas développer des groupes de réflexion en (très) petits co-mités ? Car lorsqu’on est trop nombreux, on fait attention à ce que l’on dit, on a tendance à vouloir plaire à la majorité, et cela bride notre créativité.’

Julien Pouget, sociologue, expert sur les questions gé-nérationnelles et la gestion des âges en entreprise : ‘La génération Y – les personnes nées entre 1980 et 1995 – est

bien représentée dans notre population, car ce sont pour la plupart des enfants de baby-boomers. Les ‘Y’ sont très connectés et consomment l’in-formation de manière instan-tanée. Ils n’ont pas pour ha-bitude de devoir attendre un résultat, ce qui pose parfois problème en entreprise. C’est une génération mondialisée : ils ne savent pas ce qu’est un visa ! Les ‘Y’ sont ‘poly-chrones’, c’est-à-dire qu’ils sont capables d’accomplir plu-sieurs tâches en même temps (exemple : suivre un cours tout en envoyant un SMS) mais, en contrepartie, ils ont du mal à rester longuement concentrés. Ils ont tendance à ne pas mas-quer leurs émotions, ne sont

Julien Pouget

Jacques di Costanzo

© philippe Demeuse

© philippe Demeuse


2013gereChT, gereChTIgheIdeN beTere sAmeNLeVINg

NL dOeL:Jongeren, al dan niet van Rotary, Rotaract, studenten of jonge professionals, krijgen de kans om via bezoeken en seminaries, hun leiderschaps- en organisatietalent te ontdekken.

dOeLgrOep:Jongeren met interesse voor justitie en onze samenleving.

prOgrAmmA:Kennismaking met onze justitie vandaag via bezoeken en uiteenzettingen van prominente sprekers. Werkgroepen o.l.v. een coach, persvoorstelling door de deel nemers als slot.

wANNeer:Maandag 1 april 2013 16u30 – zaterdagmiddag 6 april 2013.

pLAATs:Gerechtsgebouwen in en rond Gent en Brussel. Verblijfplaats van de jongeren in Hostel 47 in centrum Gent.

TAAL:De voertaal is Nederlands. Iedereen kan in zijn eigen taal vragen stellen.

INsChrIjVeN voor 31 januari 2013.

CONTACT: [email protected]

24 kandidaten zullen geselecteerd worden.

fr buT : Offrir à des jeunes (enfants de Rotariens, Rotaractiens, étudiants, ou jeunes professionnels) la possibilité de découvrir leurs capacités de direction et d’organisation.

CIbLe : Des jeunes intéressés par la justice et notre société.

prOgrAmme : Faire connaissance avec notre justice d’aujourd’hui sur base de visites et de conférences par des orateurs éminents. Groupes de travail avec un coach professionnel. Conférence de presse en clôture.

quANd : Du lundi 1er avril 2013 (16h30) au samedi 6 avril 2013 à midi.

LIeu : Les activités se déroulent dans les différents tribunaux de Gand et de Bruxelles et environs. Les jeunes sont logés à l’Hostel 47, dans le centre de Gand.

LANgue : Chacun pourra s’exprimer dans sa langue maternelle. Les séminaires seront donnés en néerlandais, le rapport et le communiqué de presse seront établis en néerlandais.

INsCrIpTION : avant le 31 janvier 2013.

CONTACT : [email protected]

24 candidat(e)s seront sélec tionné(e)s.

D1620 D1630 D2170

AVeC LA jusTICe VersuNe meILLeure sOCIéTé

pas effrayés par le change-ment et désirent entretenir des relations d’égal à égal, car ils ont une vision horizontale du monde, comme sur internet.’

Génération Y et service clubs, entente impossible ? A priori, il n’y a rien de contraire au point de vue des valeurs car ces jeunes aiment s’engager, ils se sentent attirés par l’hu-manitaire. Mais ils cultivent la défiance institutionnelle en re-mettant souvent en cause tout ce qui semble relever de l’ordre

établi. Il faudrait donc jouer à fond le principe de la transpa-rence et être prêt à expliciter et à justifier la présence de cer-taines règles rotariennes, no-tamment le fonctionnement in-terne (protocole, hiérarchie…).

Roland Vaxelaire, directeur général chez Responsability Management, a animé le débat en interaction avec le public. Morceaux choisis. ‘Contraire-ment au Cercle de Lorraine, par exemple, le Rotary est un lien avant d’être un lieu. Il est

un réseau réel qui favorise les échanges (notamment de jeunes), il doit adopter une ‘structure déstructurée’ !’Jacques di Costanzo n’est pas d’accord : ‘Le Rotary ne doit en rien subir une mutation ou modifier sa structure, sa phi-losophie ou encore son éthique pour plaire aux jeunes généra-tions. Il doit au contraire uti-liser les compétences, le dyna-misme et l’esprit d’innovation de ces jeunes pour se mettre au service de la société.’‘Si Paul Harris avait créé le

Rotary aujourd’hui, il fixe-rait des règles tout à fait dif-férentes. Il faut les assouplir…’ Et, en guise de conclusion : ‘Les frictions entre les généra-tions ont toujours existé. So-crate, déjà, les déplorait. Nous aussi avons été, à une époque, en conflit avec nos parents, avec la société. Cela doit nous inciter à faire preuve d’ouver-ture d’esprit.’

Denis Crepin

rI CONVeNTION LIsbON23-26 June 2013

INfO & regIsTrATION : www.rICONVeNTION.Org

Documents

Rotary Contact 01 2013